Menu

Basis

Pastoraat bij ontslag en werkloosheid

De werkloosheid in Nederland daalt. Toch zoeken meer dan 300.000 mensen betaald werk, komen sommige groepen moeilijker aan een baan (ouderen, starters op de arbeidsmarkt, mensen met een handicap of chronische ziekte, allochtone jongeren) en hebben steeds meer mensen alleen tijdelijk een baan of werken op een oproepcontract. En gezien het belang dat nog steeds aan betaald werk gehecht wordt, hakken ontslag en werkloosheid er flink in.

Betaald werken doen we niet alleen omdat het salaris oplevert waarmee we de kosten van ons levensonderhoud kunnen betalen, maar ook om deel te nemen aan de samenleving. Het werk levert ons sociale contacten op, een maatschappelijke positie; het geeft structuur aan onze tijdsindeling en biedt ons mogelijkheden om onze talenten te ontplooien. Dat het op al deze punten in ons werk wel eens kan wringen, doet niets af aan die belangrijke betekenis. Je werk kwijtraken, betekent dat je op al deze punten verlies lijdt.

Coaches Jakob van Wielink en Riet Fiddelaers-Jaspers wijzen er dan ook op dat mensen na een ontslag een rouwproces doormaken. Je kunt daarin verschillende fases onderscheiden, waarin verschillende gevoelens overheersen. Deze fases zijn een hulpmiddel om inzicht te krijgen in het proces en de situatie waarin mensen verkeren; in werkelijkheid zijn de grenzen tussen de fases vaak niet duidelijk te trekken.

In eerste instantie kan er (zeker bij een min of meer plotseling ontslag) de fase van de schok zijn, waarin er sprake is van verslagenheid en verbijstering. Vervolgens kan er de fase zijn van verzet en agressie. Men probeert het ontslag aan te vechten en kan agressief gedrag vertonen jegens het bedrijf, de directe omgeving en de samenleving. In een derde fase kan men zich eenzaam en depressief voelen. De vraag overheerst ‘hoe nu verder?’ Wanneer mensen er niet in slagen om op korte termijn een nieuwe baan te vinden, kan er ook sprake zijn van gevoelens van frustratie en twijfel over de eigen mogelijkheden en kwaliteiten. Wanneer het besef doordringt dat betaald werk weleens voor langere tijd geen optie is, kunnen gevoelens van wanhoop en machteloosheid zich aandienen. Mensen kunnen dan als verlamd berusten in hun situatie. In een vierde fase is er sprake van gevoelens van aanvaarding en verwerking. Men krijgt weer belangstelling voor wat er gebeurt, krijgt weer behoefte aan contacten en zoekt weer naar nieuwe mogelijkheden om het leven inhoud te geven.

Hiernaast leidt verlies van betaald werk vaak tot een financieel benarde situatie en, als iemand langer werkloos blijft, tot armoede.

Wat betekenen ontslag en werkloosheid in onze maatschappij?

In onze samenleving is betaalde arbeid een belangrijk middel om mee te doen aan en te integreren in die samenleving. Het karakter van die betaalde arbeid is ingrijpend veranderd: ‘vaste banen’ zijn zeldzamer, tijdelijke contracten komen veel meer voor; het aantal mensen dat als zelfstandige aan de slag gaat, groeit; flexibel en ondernemend zijn, een leven lang leren, jezelf blijven uitdagen – dat telt meer dan routine en trouw aan een werkplek.

We maken de overgang mee van de verzorgingsstaat naar de ‘participatiesamenleving’, een samenleving waarin het toonbeeld van maatschappelijke participatie het hebben van betaald werk lijkt te zijn, tegelijkertijd is dat betaalde werk voor velen niet beschikbaar en lijken velen dan dus gedoemd tot onvolwaardige maatschappelijke participatie.

Sinds 2014 daalt de werkloosheid wel, maar met name mensen boven de 55 jaar komen lastig weer aan het werk. Dat geldt ook voor mensen met een handicap of chronische ziekte. Jongeren onder de 25 jaar, ‘starters’ op de arbeidsmarkt, krijgen vaak te maken met korte contracten, met alle onzekerheid van dien, en steeds weer de dreiging van verlies van werk.

Het vooroordeel dat werkloosheid een individueel probleem is, is hardnekkig. ‘Als je je maar beter inzet, je bij- of omschoolt, je wat flexibeler opstelt, is er wel werk voor je’, is nog altijd een leidend idee.

Wat betekent werk in de christelijke traditie?

Al eeuwen lang wordt door kerken en theologen nagedacht over werk.

In de regels van kloosterordes (Benedictijnen, Franciscanen) en bij kerkvaders als Augustinus is er aandacht voor een balans tussen (lichamelijk) werk, rust en bezinning – deze drie hebben in het kloosterleven ook met elkaar te maken. Maar over het algemeen werd werk gezien als noodzaak om brood op de plank te krijgen en om luiheid tegen te gaan (vooral voor de ‘lagere standen’). Er was zo een kloof tussen het dagelijkse, werkzame leven en een geestelijk (geloofs)leven.

Luther en Calvijn doorbraken dit onderscheid. Zij zagen werk als iets dat bij de menselijke bestemming hoort, als dienst aan God en aan de naaste. Ieder werk, ieder ‘beroep’ kon als een roeping gezien worden. Calvijn noemde je werk je ‘wachtpost’, deel van je geestelijk leven, een recht én een plicht.

De Franse denker Jacques Ellul stelt dat in de Bijbel werk als zodanig nooit ‘dienst aan God’ is. Jezus roept ook nooit op tot arbeid. Werk moet gewoon gedaan worden, is noodzakelijk.

In de loop van de 20ste eeuw tot nu toe is de kerk betaald werk op tweeërlei wijze gaan waarderen. Werk wordt als belangrijk geduid voor mensen omdat ze er niet alleen hun levensonderhoud mee verdienen, maar ze er ook bestemming en ontplooiing in vinden en er zo zin aan ontlenen. Tegelijkertijd relativeren kerken betaald werk als dé zingever van het bestaan ook. Vanuit de kerken is en wordt aandacht gevraagd voor andere vormen van werk en activiteiten die evenzeer zin geven aan het bestaan en bijdragen aan de samenleving.

Do’s en don’ts

Wel doen:

  • Wees in pastorale contacten ook alert op wat in het leven van mensen speelt rond werk en inkomen – mensen lopen vaak niet te koop met werkloosheid, ook kan een rol spelen dat mensen niet verwachten dat dit een thema is om met iemand van de kerk over te praten.
  • Zie en hoor mensen met hun emoties. Onderkennen en erkennen van die emoties biedt mensen juist de gelegenheid om daar niet in te blijven steken.
  • Toon niet alleen belangstelling direct na een ontslag, maar ook in de periode daarna.

Liever niet doen:

  • Mensen zeggen dat ze ‘hun schouders eronder moeten zetten’ en dat ze, hoe het ook afloopt, ‘er wel sterker uit zullen komen’. Achteraf kan iemand best zeggen dat hij of zij na een crisis milder, of rijker is geworden. Het werkt echter niet als een ander dat, vooraf, vertelt.
  • Een duidelijke uitspraak doen over iemands kansen op werk (‘Jij vindt iets’ of ‘Dat gaat niet lukken, jij bent echt te oud’).

Deskundigen

Vakorganisaties zijn deskundig op het gebied van de begeleiding bij ontslag:
www.cnv.nl
www.fnv.nl
RMU(Reformatorische Maatschappelijke Unie) is een christelijke vakorganisatie waar werknemers, werkgevers en zelfstandigen zonder personeel lid van zijn. De RMU ondersteunt ook kerken met workshops, lezingen en deskundige hulp, rond alles wat met werk te maken heeft.

KerkinActie binnenland heeft onder andere projecten op het gebied van armoede en ondersteunt gemeentes/diakenen hierbij. Een cursus op maat, zoals een dag voor een kerkenraad, is ook mogelijk. Het werk wordt uitgevoerd door de dienstenorganisatie van de Protestantse Kerk.

Project Job HulpMaatje vrijwilligers die met werkzoekenden op weg gaan. Bestaat al in diverse kerkelijke gemeentes.

Encour verzorgt trainingen voor werkzoekenden, trainingen voor kerkenraden, workshops  en lezingen over Kerk en Werk, en organiseert job-groups van en voor werkzoekenden.

Mensen die te maken hebben met een arbeidsbeperking (door een chronische ziekte, door een aangeboren beperking of een beperking die ontstaan is na ziekte of ongeval) ondervinden vaak belemmeringen om werk te krijgen en te houden.
www.samenveerkrachtig.nl biedt informatie, tips en lotgenotencontact.
www.particibaan.nl helpt werkgevers die mensen met een arbeidsbeperking in dienst willen nemen.

Verdieping

Werk en welvaart van morgen.
Brochure van de Raad van Kerken over zinvolle participatie, waarbij betaald en onbetaald werk meetellen. Met aandacht voor werk en welvaart in de kerkelijke traditie, kerken en werkloosheid, perspectief van het goede leven, cijfers, ervaringen en stemmen uit de kerken.

Riet Fiddelaers-Jaspers en Jakob van Wielink, Aan de slag met verlies. Coachen bij veranderingen op het werk. Ten Have, 2014 (4e druk).

Trinus Hoekstra is diaconaal specialist bij Kerk in Actie.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken