Menu

Filters

Hoofdthema

Rubriek

Soort materiaal

Bron

Kerkelijk jaar

Oude Testament

Nieuwe Testament

Auteur

Lidmaatschap

Basis

De wijngaard en zijn Eigenaar

Jesaja 5 en Matteüs 21: een lied en een parabel. In beide speelt een eigenaar en zijn wijngaard de hoofdrol. De profeet zingt het ‘lied van zijn geliefde’ en zijn wijngaard, die deze geliefde met grote zorg en toewijding bewerkt – maar het resultaat is bitter teleurstellend. De evangelist biedt ons geen poëzie, maar een gelijkenis, namelijk een van de twee parabelen waarmee Jezus de hogepriesters en schriftgeleerden van repliek dient op hun vraag naar zijn bevoegdheid.

Basis

‘Ik ga heen en kom tot jullie’

De gemeente voor wie Johannes zijn Evangelie schrijft, zit er als het ware stiekem bij in de zaal waar Jezus met zijn leerlingen maaltijd houdt (Johannes 13-17). Ze hoort en verstaat zijn woorden tot de leerlingen als ook tot háár gesproken. Vijftig jaar na Jezus wacht zij op Hem, op zijn komst. Wat ze in handen heeft: slechts verhalen óver Hem. Onvergelijkelijk prachtige verhalen, maar verhalen. Waar is Hij zelf? Hoe herkenbaar voor de gemeente anno 2020.

Basis

Tweede roeping van Mozes

Niet voor de eerste keer staan ze tegenover elkaar: God en Farao. Een titanenstrijd. Farao, aan de top van de piramide; zoon van de RaRa’s, de goden van Egypte; de godenzoon die hemel en aarde verbindt en de maatschappij aan zijn voeten heeft. Daartegenover een God die geen naam heeft dan een onuitsprekelijke, JHWH, de Ene, die van zichzelf zegt: Ik ben reddend tegenwoordig. En naast die onuitsprekelijke nog onuitgesproken God staat zijn vertrouweling, die zegt: Ik kan niet spreken. Spreken tegenover niet kunnen (willen?) spreken én niet (kunnen? willen?) horen.

Basis

JHWH zal een rest van Israël wegvoeren

De profeet Micha – tijdgenoot van Jesaja – die optrad tussen 740-770 voor Christus, is niet de eerste nabhi’ in Israël. Vele andere gingen hem voor, naamloze en bekende. Vroeg in Israëls geschiedenis (ca. 1100 v.Chr.) waren er rondtrekkende groepen die op basis van wonderlijke ervaringen, dromen en ‘gezichten’ koningen, legeraanvoerders en gewone mensen van (al dan niet goede) raad voorzagen. Door rituele handelingen in een extatische toestand gebracht, deden deze ‘zieners’ hun uitspraken.

Basis

Wees dienstbaar aan elkaar

‘Waarom is deze avond anders dan alle andere avonden?’ – de klassieke vraag van het jongste kind op de eerste avond van Pesach, de vraag die de opmaat vormt voor het verhaal van de uittocht, elk jaar opnieuw verteld: ‘Wij waren slaven in Egypte (…).’ De uittocht in het nú: elk jaar nieuw. In veel kerken wordt in de viering op Witte Donderdag jaar in jaar uit dezelfde perikoop gelezen, namelijk Johannes 13:1-15. Bijna zou de geregelde kerkganger de vraag kunnen stellen: ‘Waarom lezen we deze avond altijd hetzelfde als alle vorige jaren?’

Basis

Hoe Ester koningin werd

‘Na deze gebeurtenissen’ – dat wil zeggen: nadat in hoofdstuk 1 is verteld hoe koningin Wasti is ontboden op het feest van koning Ahasveros, hoe zij heeft geweigerd te komen en daarom door de koning is geroyeerd – na deze gebeurtenissen ‘gedenkt’ Ahasveros wat zij heeft gedaan en wat over haar is ‘besloten’ (Hebr.: gazar – 2:1). Dit werkwoord kan ook betekenen ‘buiten een gemeenschap gezet zijn’. Wasti is geheel en al weg, uit het zicht, uit de gemeenschap.

Nieuwe boeken