Menu

Filters

Hoofdthema

Rubriek

Soort materiaal

Bron

Kerkelijk jaar

Oude Testament

Nieuwe Testament

Auteur

Lidmaatschap

Basis

Passage van de Heer

De instelling van het Pascha volgens Exodus 12 vormt de introductie op het grote verhaal van de uittocht. Deze instelling wordt gesitueerd tussen de aankondiging (11,1) en het ten uitvoer brengen van de tiende plaag (12:29). Nog voordat God de bevrijding van zijn volk uit Egypte van start laat gaan, vindt er een ‘religieuze anticipatie’ op dit heilsgebeuren plaats. Men kan er ten minste twee tijdsdimensies in onderkennen: een van onvoltooid verleden tijd én een van toekomende tijd. Zo wordt de viering van het Pascha een ‘heilshistorisch knooppunt’ in de tijd.

Basis

Het ware vasten

Teksten over vasten en verootmoediging staan centraal bij het begin van de Veertigdagentijd. Dat mag wel programmatisch genoemd worden voor deze periode. Het gaat hierbij vooral om de vraag hoe de mens zich moet verhouden tegenover God. Niet manipulatief, maar met een oprechte en deemoedige houding. De achterliggende intentie bij de praktijk van het vasten of bidden is van doorslaggevend belang. Met welke bedoelingen gedraagt iemand zich als een religieus persoon, en welke innerlijke motieven spelen een rol?

Basis

Voorsmaak van Pasen

Jezus’ leerlingen hebben het zwaar in de evangelielezing, omdat de boot op het meer door golven geteisterd wordt. Later raakt Petrus door paniek bevangen. ‘Heer, red me!’ schreeuwt hij. Zoals eens Jona in de buik van de vis roept hij in zijn nood de Heer aan. De tegenkanting die ervaren wordt heeft niet het laatste woord. ‘De stem van de Heer boven de wateren’, zegt Psalmen 29:3. Het zijn de stille krachten die de crisis bezweren, het is de verborgen aanwezigheid van God die mensen opricht uit alles wat hen neerdrukt.

Basis

De Heer riep de naam ‘Heer’ uit

Bij de doop van een mens wordt de drie-ene Naam van God hardop over de dopeling uitgesproken. Zo heeft Jezus het gewild. In het Matteüsevangelie zijn het de laatste woorden die Hij tot zijn leerlingen richt (28:19). Een christen belijdt die God in wiens Naam hij of zij gedoopt mocht worden. Dat is de God van Israël, met die wonderlijk mooie Naam: ‘Ik zal er zijn’ (Hebr.: JHWH). De Enige openbaart zich als Vader, Zoon en Heilige Geest: God bóven ons, God vóór ons, God ín ons. Drie-in-Eén is Hij: onze Schepper, Verlosser én Vernieuwer.

Basis

Te volbrengen deze laatste dagen

Dit is de zondag van het ‘Heden hosanna, morgen kruisig Hem!’ (Liedboek Zingen en bidden in huis en kerk 2013, 556:5). Deze laatste zondag van de Veertig dagen heeft twee gezichten, want bijna letterlijk gaandeweg slaat de stemming rigoureus om. Eigenlijk is er op deze zondag sprake van twee vieringen die in de liturgische praktijk gecombineerd worden als opmaat voor het vieren van de Stille Week. Begonnen wordt er met de feestelijke gebeurtenis van Jezus’ intocht in Jeruzalem, gevolgd door een integrale lezing van het lijdensverhaal (Palm- en Passiezondag).

Basis

Nomen est omen

Je kunt het iemand nog weleens horen verzuchten: ‘Als het beestje maar een naam heeft.’ Het Engelse What’s in a name? komt op hetzelfde neer: ‘Ach, het is maar een naam.’ Het heeft er alle schijn van dat wij westerlingen er toch niet veel van begrijpen. Dat een naam veelzéggend is en iets uitdrukt. In de antieke wereld wist men wel beter. Daar kende men nog de uitdrukking nomen est omen, de naam is een (voor)teken en be-teken-t iets.

Basis

Prijs je gelukkig

In beide lezingen, uit de Apocalyps en uit het Matteüsevangelie, gaat het om een specifieke levenshouding die aanbevolen wordt. Als mensen op de proef gesteld worden en in de beproeving staande blijven, dan kan hun voorbeeld inspireren tot navolging. Uit beide lezingen spreekt de overtuiging dat God de standvastigheid op waarde zal schatten. God staat garant voor deze consequente levenshouding. Vergelijk het getekend zijn van de dienstknechten van God met het zegel op hun voorhoofd (Openbaring 7:3) met het gebruik van het passivum divinum in de zaligsprekingen uit het evangelie.

Basis

Een ontmoeting die ontroert

Op deze laatste Adventszondag vertoont de aankondiging van een geboorte door de profeet Micha onmiskenbaar een messiaans karakter. Het gaat logischerwijs om een koninklijke geboorte, gezien de verwijzing naar koning David (vermelding van Betlehem) en de verwijzing naar Psalmen 72 (vgl. Micha 5:3b met Psalmen 72:8b). Met de geboorte van dit kind breekt er volgens deze heilsprofetie een nieuwe, betere tijd aan.

Nieuwe boeken