Verstoorde verhoudingen
In de lezingen voor vandaag ontmoeten we twee vrome, godsdienstig betrokken families: Elkana en zijn twee vrouwen, Hanna en Peninna (1 Sam. 1), en de zusters Maria en Marta die Jezus verwelkomen in hun huis (Luc. 10). Hun namen geven de verhalen meteen al een kader. Elkana’s naam suggereert een levitische afkomst, iemand bij wie godsdienst in het bloed zit. Peninna betekent ‘parel’, ‘koraal’, wat associaties oproept met de sterke vrouw (Spr. 31,10). Hanna betekent ‘gunst’, ‘genade’. Maria ‘geliefde’, of ‘rebel’, iemand die de traditie doorbreekt. Marta betekent ‘meesteres’, ‘heerseres’.