Over de wetende onwetendheid, door Cusanus
Recensie van Over de wetende onwetendheid van de 15e-eeuwse filosoof, theoloog en wiskundige Cusanus. Dit boek is onlangs verschenen in een Nederlandse vertaling van Gert den Hartogh.
Recensie van Over de wetende onwetendheid van de 15e-eeuwse filosoof, theoloog en wiskundige Cusanus. Dit boek is onlangs verschenen in een Nederlandse vertaling van Gert den Hartogh.
Recensie van Ik mis je terwijl je bij me bent. Mystiek dagboek van een dominee door Marianne Vonkeman. ‘In dit boek is met grote eerlijkheid in prachtige taal en beelden de weg beschreven die de Eeuwige kan gaan met iemand die de aanraking voelt en aandurft.’
Vier Herademing-redactieleden vroegen iemand naar zijn of haar ‘inspirerende momenten’. Connie, Tom, Herbert en Adrie vertelden hoe zij gegrepen werden en zich aangesproken voelden: vier totaal verschillende mystieke ervaringen. Trefwoorden: roeping, heelal, genezing en godservaring.
God is eeuwig en staat boven de tijd. Wij mensen zijn tijdelijk en onderhevig aan de tijd. Hoe kan de tijdelijke mens dan toch een besef hebben van de eeuwige God? De mysticus Jan van Ruusbroec beschrijft hoe het goddelijke zich manifesteert in een ontmoeting met het menselijke, in het ‘eeuwige nu’.
Theoloog en kerkvader Augustinus beschrijft drie verschillende vormen van spirituele tijden: die te maken hebben met (1) werk, (2) bezinning en (3) herstel. Daaruit volgt dat de spirituele tijden gestalte krijgen in onze omgang met de ander, met God, en met onszelf. De tijd die Augustinus daarvoor uittrekt noemt hij de ‘kostbare druppels van het moment’.
Als wij zoeken naar rechtstreeks contact met God, is het van belang dat God niet opgesloten wordt in wat wij aan beelden, woorden, opvattingen, emoties en gedachten meedragen. Rechtstreeks contact voelt als een afgrond, woestijn, nergens, een niet-plek. Een weten dat niets weet, zoals de auteur van De wolk van niet-weten het noemt.
Het verhaal van Jakob en zijn droom gaat over een inspirerende plaats: Beth-El. De Jakobsladder is het beeld geworden van een bijzondere Godservaring. In deze Handreiking biedt theoloog en Herademing-redacteur Neely Kok vragen en overwegingen aan om de tekst nader te beschouwen.
Hildegard van Bingen gebruikte de cirkel als beeld voor de harmonie en de ordening van de schepping. De cirkel (vergelijk de mandala) is een heelheid waarin alles en iedereen een plaats heeft en die door God wordt omvat. Caritas (de verpersoonlijking van de goddelijke liefde) wordt tot uitdrukking gebracht in de cirkelende beweging van vrouwe Wijsheid.
In haar boekje Zomaar een godsvermogen beschrijft Margot C. Berends wat voor haar waardevol is, aan de hand van twaalf dierbare objecten op haar bureau. Ze geeft daar het woord ‘God’ aan. Zo noemt ze het vermogen om in gedachten naar een mooie plek te gaan een ‘godsvermogen’. Verbeeldingskracht: dat is God.