God grijpt in de geschiedenis in. TeNaCh laat ons vele voorbeelden lezen, over schepping, redding, zwangerschap en verlossing. Tweemaal grijpt God in het Oude Testament in op een wijze die je zowel direct als indirect zou kunnen noemen. Direct, omdat er een aantoonbaar gevolg is van het ingrijpen. Indirect, omdat God een bode incognito zijn rol laat spelen. Als die bode naar zijn naam wordt gevraagd, stelt deze een wedervraag: ‘Waarom vraag je naar mijn naam?’ Deze bijdrage onderzoekt of de twee scènes waarin God indirect direct ingrijpt iets kunnen vertellen over de bode als hypostase van God. Laten we ons daarvoor verplaatsen naar de Jabbok en naar een open veld.