Menu

Premium

Allerheiligen

Hebreeuwse tekst die wordt uitvergroot met een loep

Gedenken

Sinds een paar jaar hoor ik van steeds meer gemeenten dat ze rond Allerheiligen en Allerzielen (1 en 2 november) de gedachtenisdienst voor gestorvenen houden. Tegelijk hoor ik steeds meer over ‘seculiere’ herdenkingen op Allerzielen, bijvoorbeeld die in het Vondelpark in Amsterdam (www.allerzieleninhetvondelpark.nl) die volgens het concept Allerzielen Alom is vormgegeven, en op verschillende (katholieke) begraafplaatsen.

Met het oog op de kinderen is het wellicht een idee om beide te combineren. Bijvoorbeeld door met kinderen een Allerzielenherdenking te bezoeken, of door vormen daarvan te gebruiken in de kerk. Bij het noemen van de namen kunnen de kaarsen prima door de kinderen aangestoken worden.

Het idee om waxinelichtjes in bootjes te laten drijven, zoals in het Vondelpark, geeft kinderen de gelegenheid om zo’n bootje te maken en eigen woorden of kleur mee te geven aan het gedenken.

Verhaal

‘Ze is nu aan de overkant,’ zegt opa.

‘Aan de overkant?’ vraagt Sterre. ‘Aan welke overkant?’

‘Bij God,’ zegt opa.

Sterre kijkt naar opa en naar de foto in zijn hand. Opa mist oma. En Sterre mist oma ook. Oma is dood, heeft mama gezegd. Maar volgens opa is oma aan de overkant. Sterre weet niet zo goed wat opa daarmee bedoelt. ‘Bij God’ vindt ze ook moeilijk te begrijpen.

Als Sterre naar huis gaat, loopt ze langs de grote vijver. Ze ziet de eendjes en de twee zwanen erin zwemmen. ‘Hee,’ denkt Sterre, ‘zou oma aan de overkant van de vijver zijn?’ En ze tuurt naar de overkant, maar ze ziet niets. En als ze thuis is, kijkt ze naar de overkant van de weg. Ze zucht. Natuurlijk is oma daar niet. Oma is dood.

Als ze gaan eten, steekt mama een kaars aan. En ze bidden tegelijk: ‘God, zegen dit eten, amen.’

‘Hee,’ zegt Sterre, ‘God is toch aan de overkant? Dat heeft opa gezegd. Oma is aan de overkant bij God.’

‘Ja,’ zegt mama, ‘dat heb je goed gezegd. God is aan de overkant. Maar als we een kaars aansteken en als we bidden, dan voelt God dichtbij.’

‘Denk je,’ zegt Sterre, ‘dat God aan oma een boodschap kan doorgeven?’

‘Dat weet ik niet,’ zegt mama. ‘Wat zou je tegen oma willen zeggen?’

‘Dat ik haar echt niet vergeten ben en dat ik heel vaak rode bloemen teken, omdat oma daar zo veel van houdt.’

En na het eten maakt Sterre een hele mooie tekening. Met een grote vijver met eendjes en zwanen erin en aan de overkant heel veel rode bloemen.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken