Menu

Premium

Beproeving

Hebreeuwse tekst die wordt uitvergroot met een loep

Bij Marcus 1,12-15

Bemoediging en drempelgebed

Voorganger: Onze hulp is in de Naam van de God

Allen: die hemel en aarde gemaakt heeft.

Kind: God is er waar ik ook ben, hoever ik ook ga.

Voorganger: Wanneer wij beproefd worden,
moeten vechten voor ons leven,

Allen: wees met Uw Geest om ons heen,

Kind: stuur engelen op onze weg.

Voorganger: De Naam van uw Zoon
is goed nieuws voor ons allen.

Allen: Keer ons om,
dat wij geloof hechten aan dit goede nieuws,

Kind: dat wij op weg gaan U tegemoet.

Allen: Amen.

Verhaal

Jurre ligt in bed, maar hij kan niet slapen. Hij is bang. ‘Pap!!’ roept hij. Gelukkig, papa komt.
‘Ik kan niet slapen,’ zegt Jurre. ‘Ik ben bang.’ Papa vraagt: ‘Waar ben je bang voor, wat is er aan de hand?’ ‘Ik ben bang voor geesten en voor wilde beesten,’ zegt Jurre. ‘O,’ zegt papa, ‘maar waar zijn die dan?’ ‘Onder mijn bed!’ zegt Jurre. Papa zakt door zijn knieën en kijkt onder het bed. ‘Hier is alleen maar Krook,’ zegt papa en hij legt de knuffelkrokodil op Jurres bed. ‘Verder zie ik geen geesten of beesten.’ ‘Nee,’ zegt Jurre, ‘maar geesten zie je ook niet, toch? Net als in de kerk met de heilige Geest, die zie je toch ook niet, maar die is er toch wel?’
Papa kijkt Jurre aan. ‘Dat klopt,’ zegt hij, ‘maar ben je daar dan bang voor?’ Jurre haalt zijn schouders op, dat weet hij eigenlijk ook niet. ‘Weet je,’ zegt papa, ‘engelen kun je ook niet zien, maar oma vertelde mij vroeger altijd dat die naast je bed staan om je te beschermen in de nacht.’ O, dat vindt Jurre een mooi idee. En hij luistert naar papa, die vertelt over engelen die in de nacht aan het hoofdeind van je bed en bij het voeteneind staan om te waken.
Als papa uitverteld is, is Jurre niet bang meer. Hij denkt niet meer aan de geesten en de wilde beesten, maar aan de engelen en het goede nieuws dat papa over hen vertelde.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken