Menu

Premium

Bijl

woud, houthakker

Onze taal kent verschillende gezegden met het woord bijl als kern. Drie daarvan vinden hun oorsprong in de bijbel: ‘De bijl ligt alrede aan de wortel van de boom’, ‘Hij is het bijltje kwijt’ en ‘Men vindt in alle wateren geen bijl’. Het eerste gezegde betekent dat iemand niet lang meer zal leven, het tweede dat iemand er bedremmeld en verlegen bij staat en niet weet wat hij moet doen en het derde houdt in dat men niet altijd op gelukkig toeval kan rekenen. Welke rol de bijl precies in de bijbel speelt, willen we in het vervolg nagaan.

Grondtekst

Het Hebreeuws gebruikt verschillende woorden voor het gereedschap waarmee men hout hakt: qardom, ‘bijl’, groot en klein (Richt. 9:48; 1 Sam. 13:20v.; Jes. 46:22v.; Ps. 74:5); kasjsjiel, (Ps. 74:6, synoniem van qardom); ma’atsad, een soort krom mes om struikgewas mee te kappen, ook ‘beitel’ (Jes. 44:12; Jer. 10:3); barzèl, letterlijk ‘ijzer’, in 2 Koningen 6:5v. en Jesaja 10:33v. gebruikt als bijl; garzèn, ‘bijl’ (Deut. 19:5; 20:19; Jes. 10:15); magzerah, ‘bijl’ (2 Sam. 12:31; 1 Kron. 20:3).

In het Nieuwe Testament noemt alleen Johannes de Doper aksinè, ‘bijl’ (Mat. 3:10; Luc. 3:9; in Luc 13:6-9 heeft een van de handschriften ook bijl).

Letterlijk en concreet

a.De bijl is in de bijbelse tijd net als in onze tijd een stuk gereedschap om hout te klieven en bomen te kappen. Een noodzakelijk stuk gereedschap dat in de smidse wordt vervaardigd. De vormen verschillen; er zijn enkelvoudige en dubbele bijlen, meestal is de steel van hout en de bijl zelf van ijzer. Zie Richteren 9:48; 1 Samuël 13:20-21; Jesaja 44:12. Op ironische wijze beschrijven de profeten hoe godenbeelden zijn gemaakt: mensenwerk, hout dat eerst gekapt is en vervolgens met de hand gevormd wordt; kortom goden van eigen makelij (Jes. 44:12; Jer. 10:3)

b.Verder treffen we de bijl aan in de handen van soldaten. De bijl als wapen kan veel schade aanrichten (Jer. 46:22-23; Ps. 74:5-6).

Beeldspraak en symboliek

a.In de profetie over Egypte gebruikt Jeremia het beeld van houthakkers die met bijlen bomen omhakken (Jes. 46:22-23). Egypte staat voor het woud, de houthakkers en hun gereedschap dienen als metafoor voor Babylonië. Deze houthakkers zullen het woud verwoesten met hun bijlen. De slangen in het bos, een ander beeld voor Egypte, proberen te vluchten voor het geweld van de bijlen. Ezechiël waarschuwt Egypte door te herinneren aan Assyrië waarvan alle takken en twijgen zijn gebroken (Ez.31:12). Ook hier fungeert het woud als metafoor voor een groot volk. Over de verwoestende kracht van houthakkers met hun bijlen, zingt de dichter in zijn klaaglied (Ps. 74:5-6). De Babyloniërs hebben de tempel bewerkt zoals houtkappers een spoor door het bos trekken.

b.Onthullend is het gebruik van de bijl in de handen van koning Abimelek. Met dit werktuig hakt hij boomtakken af en draagt die naar het dak van een gewelf waar de inwoners van Sichem-Toren zijn samengeschoold. Hij roept zijn aanhangers op hetzelfde te doen. Vervolgens steken zij de takken in brand, zodat de mensen omkomen (Richt. 9:46-49). De bijl in de handen van de koning symboliseert een dictatoriale mens die los van God de weg van geweld en machtswellust gaat. Voor zo’n koning is geen levensruimte, zegt het verhaal. Als een boemerang komt het geweld op zijn eigen hoofd terecht, wanneer een molensteen zijn schedel verplettert (9:53-54). Een ander, zwaarder gebruiksvoorwerp velt hem!

c.De bijl symboliseert het oordeel van God. De bijl maakt een einde aan alle grootheidswaan en arrogantie (Jes. 10:33-34). Johannes de Doper spreekt over de bijl die reeds aan de wortel ligt (Mat. 3:10; Luc. 3:9). Het gericht staat voor de deur, het is een uiterst kritiek moment voor de boom Israël. De bijl aan de wortel roept de hoorder op een andere weg in te slaan, het is nog niet te laat, het is nu tijd voor de ommekeer. In deze lijn mogen we ook de gelijkenis van de onvruchtbare vijgenboom verstaan (Luc. 13:6-9); de bijl ligt al klaar, de boom krijgt nog een jaar om vrucht te geven, maar dan…

d.Wat is de bedoeling van het wonderlijke verhaal van 2 Koningen 6:1-7, waarin Elisa het ijzer van een gezonken bijl in de Jordaan naar boven laat komen? Sommigen zien hierin een aanwijzing dat de profeet aandacht heeft voor alledaagse dingen, zoals een zoekgeraakte bijl. Anderen wijzen op de manifestatie van Gods grootheid in het gewone leven. Weer anderen, met name de kerkvaders, hebben dit verhaal in verband gebracht met de doop: zoals de verbinding van het stuk hout met water tot redding van de bijl leidt, zo komen in de doop water en kruishout bijeen tot redding van zondige mensen. Misschien is er nog een andere betekenis. Elisa vereenzelvigt zich met de ene smekeling (vs. 3,5). De profeet hoort zijn profetenzoon, de Heer gaat de weg van de knecht. Het is het verhaal van de eenheid. Het mirakel van de gezonken bijl die boven komt drijven nadat de profeet een stuk hout in de Jordaan heeft gegooid, symboliseert die eenheid: wat gescheiden is komt bij elkaar. Hetzelfde gebeurt in 2 Koningen 5, waarin de heidense Naäman één wordt metIsraël, en in het vervolg, waar de vijanden Aram en Israël samen een maaltijd houden.

Praxis

a.Liederen:

Liedboek: Psalm 1; 36; 74; 148; Gezang 154; 229; 252; 325 (= Liturgie: 503; Gezangen: 731); 396; 489; Alles III: 15; BijbelII: 27; EvangelieI: 3; III: 3; 6; Zingend IV: 69.

b.Poëzie:

Muus Jacobse, Het oneindige verlangen, Nijkerk 1982, blz. 25: ‘De vijgeboom’; 36: ‘Dag van oordeel’. M. Vasalis, Gedichten, Amsterdam 1997, blz. 98: ‘Weer wordt het alles anders’.

c.Verwerking:

Als thema’s doemen op: geweld, oordeel, (on)vruchtbaarheid en bekering.

Verwijzing

Er is verwantschap met ‘boom‘ (de vijgenboom).

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken