Menu

Premium

De heerlijkheid van de HEER als een verterend vuur

Hebreeuwse tekst die wordt uitvergroot met een loep

De traditionele vertaling van het Hebreeuwse kebōd yhwh is ‘heerlijkheid van de heer’. Het werkwoord kbd heeft de notie in zich van ‘zwaar zijn’. In Exodus 24:17 wordt de ‘heerlijkheid van de heer’ nader gekwalificeerd als ‘een verterend vuur’. Het is niet eenvoudig om kebōd yhwh (verder aan te duiden als KY) goed te vertalen. De Naardense Bijbel kiest voor ‘de glorie van de Ene’ en de NBV voor ‘de majesteit van de heer’. Deze woorden roepen het idee op van een overweldigende schoonheid, van een uitzonderlijk fenomeen. Ze passen goed in de context van een cultische lofprijzing (Jes. 6:3). Gewoonlijk is de KY niet zichtbaar. De omhulling met een wolk is gebruikelijk (Ex. 24:15). In de Sinai-theofanie (Ex. 19:16-20) wordt de KY niet expliciet genoemd, maar zijn wel een aantal elementen aanwezig die naar de KY verwijzen, zoals met name de ‘zware wolk’. In Ex. 24:18 wordt dan vermeld dat de heer neerdaalt op de berg in vuur. Het volk is toehoorder van de verschijnselen waarbij het woord kol (stem) een belangrijk element is. De NBV vertaalt de stemmen/stem als natuurverschijnselen of als de weergave van de klank van een muziekinstrument. De Naardense Bijbel vertaalt letterlijk met ‘stem’. Een terechte vertaling, omdat de theofanie met zijn akoestische elementen preludeert op de dialoog tussen Mozes en de heer: ‘Mozes spreekt en de heer antwoordt in een stem’. Op de berg Sinai krijgt de relatie tussen de heer en Mozes, waarbij de heer zijn woorden via Mozes doorgeeft aan het volk, de dābār-relatie, duidelijk gestalte. In Exodus 19:21-24 spreekt de heer woorden uit, waarin de afstand tussen Hem en het volk, maar ook tussen Hem de priesters nadrukkelijk wordt geformuleerd. De berg Sinai is taboe. Dit taboe wordt in het begrip kādosj (heilig) gekwalificeerd. De enige die de HEER enigszins nabij’ kan komen, is Mozes.

Lees het hele artikel

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken