Menu

Basis

De liefde… als antwoord

Mw. drs. N.M. Drop is emeritus-predikant in de Protestantse Kerk in Nederland. Zij is lid van de redactie van Ouderlingenblad

Wat geloof ik nu werkelijk? En, nog wezenlijker wellicht, waartoe dient mijn leven eigenlijk? Vragen die een mens in z’n stille momenten kunnen bezighouden of zelfs onrustig maken. Waar dient het allemaal toe?

Iemand adviseerde eens om in alles wat je van God en de Bijbel weet, zo af te dalen, het zo af te pellen, dat je uiteindelijk ‘de kern van je geloof’ overhoudt, die ‘op de nagel van je duim geschreven zou kunnen worden’. De kern in een paar woorden, die je je nooit laat afpakken, hoe de twijfel ook kan toeslaan door wat je overkomt of wat anderen je aanpraten of bevragen. De kern als de drive en het houvast tegelijk in je leven.

Vraag en antwoord

In zijn leer en leven onder ons wordt Jezus op de proef gesteld, meerdere keren zelfs. De Joodse leiders met name proberen Hem te betrappen op godslasterlijke uitspraken. Over Gods geboden bijvoorbeeld, die voor hen zo heilig zijn en zo duidelijk hun doen en laten bepalen. Die misschien wel de kern van hún geloven vormen. Jezus gaat een spade dieper en noemt de liefde … De Wet en de Profeten, Gods geboden, laten zich samenvatten in dat ene woord ‘liefde’. De liefde tot God en de liefde voor de naaste. Deze twee geboden…

Laat liefde zich gebieden?

Bij ‘Wet en Profeten’ en ook bij wat we van de Joodse leiders lezen, denken we als vanzelf aan de Tien Geboden, zoals Mozes en het volk Israël in Exodus 20 die van God zelf horen. Tegenwoordig duiden we ze liever aan als ‘leefregels’ of ‘aanwijzingen voor het goede leven’. En als we, in Jezus’ spoor, die aanwijzingen samenvatten in dat kernwoord ‘liefde’, dan mag dat dé aanbeveling voor ons leven zijn: maak het (be)oefenen van de liefde tot de drive en het houvast in je leven. Dat lijkt makkelijk gezegd misschien, maar al doende ervaren we hoe we daar levenslang mee bezig zijn, met vallen en opstaan, steeds weer opnieuw.

Omdat God of Jezus of de Bijbel dat gebieden? Ons dat opleggen, als een soort voorwaarde of toets van geloven? Nee, veel meer als antwoord, als dank vooral voor de liefde die van God komt. Begint de Bijbel immers niet met verhalen van Góds liefde voor mensen, voor ons? Bij de Schepping, in wat Hij ons geeft? Bij Noach en de Zondvloed? In de zending en zegen voor Abraham? En zo vele, vele verhalen meer… Steeds Gods liefde en trouw voor aarde en mensen. Zouden wij dan niet ‘naar Zijn beeld en gelijkenis’ willen zijn…?

Neem mijn leven, laat het Heer,

toegewijd zijn aan uw eer.

Maak mijn uren en mijn tijd

tot uw lof en dienst bereid.

Neem ook mijne liefde, Heer,

’k leg voor U haar schatten neer.

Neem mijzelf en voor altijd

ben ik aan U toegewijd.

Lied 912.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken