Menu

Basis

Armoede en zendingswerk

In deze rubriek geven buitenlandse studenten die in Nederland theologie en missiologie studeren een impressie bij het thema.

Het Nieuwe Testament geeft twee voorbeelden van zendingswerkers. In de eerste plaats de mensen die door Jezus worden uitgezonden en de opdracht krijgen niets met zich mee te nemen (Lukas 10:4). Ze vertrouwen erop dat er voor hen gezorgd wordt, door de mensen die ze tegenkomen in het zendingswerk. Een ander voorbeeld is Paulus: de apostel die bij voorkeur zelf werkte en in eigen onderhoud voorzag (2 Tessalonicenzen 3:7-8). Het komt vaak voor dat zendingswerkers afkomstig zijn uit economisch meer welvarende gemeenschappen en zich richten op minder bedeelden. Uitzendende instanties, organisaties of kerkelijke gemeenten in hun thuisland ondersteunen hun werk financieel, met voldoende basiszekerheid wat betreft levensonderhoud en lokale woonen reiskosten.

In de ogen van de armere gemeenschappen, zij die de zending ontvangen, is deze gegarandeerde bestaanszekerheid een luxe. Zendingswerkers werken meestal in een omgeving waar salarissen lager liggen en mensen moeite hebben de eindjes aan elkaar te knopen. De standaard voor levensonderhoud in de vorm van huisvesting, kleding, gezondheidszorg en voeding ligt ook een stuk lager.

Voor de zendingswerkers zelf is dit frustrerend. Zij leven, zeker ten opzichte van hun thuisland, in eenvoud en hebben niet veel. Het is daarom in mijn ogen belangrijk dat zendingswerkers dit uitleggen aan de gemeenschappen waar ze te gast zijn en daarbij onderstrepen dat ze helemaal niet zo welvarend zijn. Tegelijkertijd moeten zij ook erkennen dat zij relatief gezien rijker zijn dan de mensen naar wie ze toe gekomen zijn. Het blijft balanceren: rijk in de gemeenschappen waar ze te gast zijn en hulpbehoevend voor de ondersteunende partners in het thuisland. Ik geloof dat in de Zimbabwaanse context de twee nieuwtestamentische voorbeelden naast elkaar kunnen werken. Voor lokale gemeenschappen is het goed wanneer zij vanuit zichzelf iets bieden aan de zendingswerkers. Omdat deze ook arm zijn, is het tegelijkertijd goed dat de zendingswerkers vanuit hun thuisland ondersteund worden. Zo gebeurt het ook al: er zijn lokale zendingsgemeenschappen die de huisvesting verzorgen van hun zendingswerkers. Het belangrijkste is dat alle partijen ‘samenwerken’.

Vertaald uit het Engels: Jacoline Batenburg

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken