Menu

Premium

Geloof om door te geven

Hebreeuwse tekst die wordt uitvergroot met een loep

Bij 2 Koningen 2,1-15 en Lucas 24,49-53

we tuurden en staarden
die wolken
wat prachtig
het lijken net paarden
ik ben in de wolken
mijn vader slingert me rond
en dan
zet hij me weer met beide benen op de grond

Als je lang nadenkt over een woord, kan dat woord heel raar worden. Als we het over ‘de luchtvaart’ hebben, bedoelen we er vliegtuigen mee. Lucht-vaart. Toch zijn het geen boten. Maar het vliegveld heet wel ‘Schip-hol’. Hemel-vaart heeft ook niets met boten te maken. Op tekeningen van Jezus’ hemelvaart zie je Jezus vaak op een wolk naar de hemel gaan. Wat zouden de discipelen bedoeld hebben met hun laatste verhaal over Jezus?

‘Waar is Jezus?’ vroegen de mensen aan de discipelen. ‘Jezus is bij God,’ zeiden de discipelen. ‘En de woonplaats van God is de hemel. De laatste keer dat we Jezus zagen, toen hief Hij zijn handen op en zegende Hij ons. Die zegen geven wij door. Hoe Jezus van ons wegging hebben we niet gezien, dat is ons ontgaan, we waren zo druk aan het praten met elkaar.’

Suzanne brengt haar vader naar het vliegveld. Ze gaan hem uitzwaaien. Hij gaat voor zijn werk naar China, wel vier weken lang. Waarom mama huilt, begrijpt Suzanne niet. Zij zal haar vader ook wel missen, maar nu is ze alleen maar opgewonden. Ze kijken naar vliegtuigen en naar stewardessen in mooie pakjes. Als papa door de douane is, zien ze hem niet meer. Nu komt het leukste. Op het vliegveld is een ballenbak. Eigenlijk is Suzanne er te groot voor, maar met haar kleine broertje duikt ze erin. En over vier weken, joepie, dan komt papa terug met een heleboel kadootjes.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken