Menu

Basis

Altijd al ben ik erbij

Vrouwe wijsheid bij Hildegard van Bingen

Vrouwe Wijsheid heeft een enorme invloed gehad op de geschiedenis van de spiritualiteit. Aan haar werden eeuwige eigenschappen toegeschreven, die ons bestaan en ons samenleven kunnen verrijken. Zij is een eeuwige gestalte, niet gebonden aan tijd en plaats en roept ons op tot een verlossende ommekeer en een keuze voor de weg van God.

Wijsheid als goddelijke vrouw

In het hedendaagse West-Europese christendom is vrouwe Wijsheid nagenoeg van het toneel verdwenen. Maar in het oosterse christendom is ze volop te zien op ikonen, waarop ze als een gevleugelde gestalte verschijnt. Zij is eeuwig, niet gebonden aan tijd en plaats. Onze hedendaagse cultuur heeft wijsheid gereduceerd tot levenskunst. Wijsheid heeft te maken met inzicht en ervaring die wij zelf kunnen ontwikkelen. Deze interpretatie van wijsheid komt slechts gedeeltelijk overeen met de Bijbelse visie op wijsheid. In de wijsheidsliteratuur wordt niet alleen ingegaan op wat wijsheid is, maar vooral op wie zij is. Wijsheid wordt daar voorgesteld als een goddelijke vrouw, in het Hebreeuws Chokma, in het Grieks Sophia en in het Latijn Sapientia. De Bijbelse wijsheidsliteratuur is van grote invloed geweest op de christelijke spiritualiteit. Door de eeuwen heen hebben geestelijke auteurs zich door vrouwe Wijsheid laten inspireren. Een van hen is Hildegard van Bingen (1098-1179). In haar werken ontmoeten we Wijsheid. Haar gestalte treedt op de voorgrond in een visioen dat Hildegard ontving. Zij bezingt Wijsheid als een gevleugelde gestalte in een lied dat zij zelf heeft gecomponeerd: O virtus Sapientiae. Hier volgt de liedtekst.

Wijsheid is de onbeslagen spiegel van Gods werkzaamheid

O virtus Sapientiae

‘O virtus Sapientiae

quae circuiens circuisti

comprehendo omnia in una via,

quae habet vitam.

Tres alas habens

quarum una in altum volat

et altera de terra sudat

et tertia undique volat.

Laus tibi sit, sicut te decet,

O Sapientia’

‘O kracht van wijsheid

die cirkelend bent rondgecirkeld

alles omvattend in één weg;

die het leven bevat.

U hebt drie vleugels,

waarvan één in de hoogte vliegt

en de andere uit de aarde opwasemt

en de derde vliegt overal.

Lof zij u zoals het u past,

O Wijsheid.’

Wie dit lied beluistert – en dat raad ik echt aan – merkt hoeveel aandacht Hildegard besteedt aan de ‘o’-klank. Ze laat deze klank opstijgen tot in de hemel en roept de alomvattende kracht van Wijsheid aan. Haar kracht vloeit uit in een cirkelende beweging die alles omvat in één weg en die het leven draagt. Met haar vleugels schept ze verbinding tussen hemel en aarde. Met haar ene vleugel reikt ze naar de hemelen en met haar andere daalt ze af naar de diepten van de aarde, om mensen met het leven zoals het eigenlijk bedoeld is in contact te brengen. Haar inspanning om ons op haar weg te zetten brengt Hildegard tot uitdrukking in het ‘zweten’. Het kost haar blijkbaar veel moeite! Met haar drie vleugels bewerkt ze een verbinding tussen alles wat leeft in de hemel en op aarde.

Dit lied roept associaties op met vrouwe Wijsheid in de wijsheidsliteratuur, waarin zij Gods kracht vertegenwoordigt. Haar niet te doorgronden kracht is betrokken op alles wat leeft: zij alleen heeft de kring van de hemel doorlopen en is door de diepte van de afgrond getrokken. Ze heeft over de golven van de zee gewandeld, op heel de aarde gestaan en kreeg macht over de volkeren (Sir. 24, 5-6). Op deze wijze brengt Wijsheid een intense betrokkenheid teweeg op ieder bestaan. Het is mogelijk dat Hildegard deze bron gebruikt heeft om dit lied te schrijven. Zij was vertrouwd met de wijsheidsliteratuur en heeft daaruit geput, ook voor de weergave van goddelijke Wijsheid in haar visioen dat we straks gaan bekijken. Maar eerst volgen hier enkele aspecten van Wijsheid in de Bijbel.

Eeuwige kwaliteiten

Wijsheid treedt als persoon op in Spreuken, Baruch, Job en in de wijsheidsboeken van Salomo en Jezus Sirach. In de wijsheidsliteratuur komen de volgende eeuwige eigenschappen van deze goddelijke vrouw tevoorschijn: haar licht. Zij is zuivere straling van het eeuwige licht. Hiermee in verband staat haar spiegelfunctie. Wijsheid is de onbeslagen spiegel van Gods werkzaamheid. Zij laat zien dat God wil dat het de mensen en de wereld goed gaat, want zij is beeld van zijn goedheid. Kenmerkend is haar kracht en leiderschap: ‘Ze is één, maar kan alles; ze blijft in zichzelf, maar vernieuwt alles (…) haar kracht strekt zich uit van het ene uiteinde tot het andere (…), alles bestuurt ze even voortreffelijk’ (Wijsh. 7, 25-27; 8, 1). Dan haar goddelijke oorsprong, Wijsheid was er al toen de wereld werd geschapen: ‘De Eeuwige verkreeg mij als het begin van zijn weg. Uit eeuwigheid ben ik gevormd, vanaf het begin, voordat de aarde bestond’ (Spr. 8, 22-23). Zij geeft onderricht over de weg: ‘Ik heb je de weg van wijsheid gewezen, op rechte paden heb ik je gevoerd (Spr. 4, 11). Vrouwe Wijsheid wijst de weg, maar boven alles ís zij de weg: ‘Want wie mij vindt, vindt het leven’ (Spreuken 8, 35). Wie de weg van Wijsheid gaat, zal ten volle leven. Vervolgens haar verblijf. Ze troont naast God (Wijsh. 9, 4), maar heeft ook een huis gebouwd op zeven pilaren, hier ontvangt zij haar gasten (Spr. 9, 1). Tot slot haar kostbaarheid. Deze is niet te vergelijken met goud en zilver, ook niet met robijnen en kristallen (Job 28).

Scivias

Bovengenoemde aspecten van Wijsheid treffen we ook aan in het visioen over Wijsheid bij Hildegard van Bingen. Dit visioen staat in haar boek Sci-vias: ‘Ken de wegen’ (1141-1151). Een van deze wegen is de weg die Wijsheid onderricht. Zij kent de weg van God. Maar vóór ik hierop inga, eerst iets over het ontstaan van Scivias. Hildegard van Bingen was benedictines. Hoewel zij aanvankelijk als kloosterlinge een verborgen leven leidde, nam haar leven een nieuwe wending toen ze in een visioen de opdracht kreeg om de geheimen van God openbaar te maken. Ze werd persoonlijk geroepen en aangesproken door het levende Licht. Haar boek Scivias schreef ze als antwoord op deze uitnodiging, die God onontwijkbaar tot haar richtte.

Scivias is een gids voor de gelovige mens op weg naar het hemelse Jeruzalem. Het eerste deel beschrijft een pelgrimstocht van de ziel, het tweede deel gaat over de mens die verlost wordt door Christus. In het derde deel beschrijft ze de geschiedenis van God en mens in de metafoor van een bouwwerk met verschillende muren, torens, zuilen, die ieder verwijzen naar een heilsgebeurtenis uit het Oude en het Nieuwe Testament, met als hoogtepunt de menswording van God in Jezus Christus.

Dit gebouw (zie de illustratie hiernaast) wordt ondersteund door deugden – dit zijn goddelijke krachten – die Hildegard personifieert als vrouw. Een van deze personages is Wijsheid. Zij treedt op de voorgrond tussen de zuil van Jezus Christus en de toren van de kerk. Gezien de joodse achtergrond van Wijsheid zouden we verwachten dat ze een plek zou hebben bij de ‘muren’ van het Oude Testament. Maar dat doet Hildegard niet; zij brengt Wijsheid in verband met de Heilige Geest. Hier volgt een fragment uit het visioen, waarin Wijsheid op de voorgrond treedt.

Gerend moet er worden en God zal u te hulp komen

Visioen van Wijsheid

Een goddelijke stem vertelt Hildegard wat ze ziet: ‘Nu zag ik binnen dit gebouw in de richting van de toren zeven marmeren zuilen staan van een witte kleur. Ze waren in een wonderlijke rondte gedraaid en zeven el hoog, en droegen op hun hoogste punt een ronde verhoging die daar sierlijk bovenuit stak.

Boven op deze verhoging zag ik een buitengewoon mooie gestalte staan en naar mensen in de wereld kijken. Haar hoofd straalde in zo’n sterke schittering als ware het een bliksem, dat ik haar niet volledig kon aankijken. Haar handen had zij eerbiedig op haar borst bijeengelegd, terwijl haar voeten door de verhoging aan mijn blik waren onttrokken. Op haar hoofd droeg ze een kroon, fonkelend in glans. Ze was gekleed in een goudkleurig tuniek, versierd met kostbare edelstenen in groene, witte, rode en hemelsblauwe kleur. Daardoorheen scheen een purperen schittering. Zij riep tot de mens en de wereld, en zei: “O, tragen van hart, waarom komt u niet? Valt u geen hulp ten deel, als u naar haar zult komen? Telkens wanneer u bent begonnen de weg van God op te snellen, zijn muggen en vliegen met hun gezoem u tot last. Neem dan toch de waaier van de inademing van de Heilige Geest en jaag die van u weg, hoe sneller hoe beter. Gerend moet er worden en God zal u te hulp komen. Wijd je niet huichelachtig toe aan de dienst van God, maar laat u sterken door zijn hand.”’ (Scivias III, negende visioen)

De betekenis van Wijsheid

In dit negende visioen verklaart de goddelijke stem – vertolkt door een menselijke stem – vervolgens de betekenis van wat Hildegard gezien heeft (Scivias III. 24-25). Hildegard begint met de beschrijving van de verhoging waarop Wijsheid staat. Daarin herkennen we haar verblijf: haar huis op zeven pilaren dat ze zelf heeft gebouwd (Spreuken 9, 1). In dit visioen verwijzen deze zuilen naar de Heilige Geest, die de kerk versterken. De hoogte van zeven el is een verwijzing naar de zeven gaven van de goddelijke Geest, die het menselijke inzicht te boven gaan. De gedraaide sierlijke verhogingen bovenop iedere zuil verwijzen naar het niet te bevatten vermogen van God. Daarmee ondersteunt hij diegenen, die zich bezighouden met geestelijke zaken en zich niet laten bepalen door wereldse genoegens.

Dan gaat de goddelijke stem over op de verschijning van Wijsheid in het goddelijk licht. Hildegard kan haar licht niet ten volle aankijken, omdat de intensiteit ervan haar te boven gaat. Deze ervaring beschrijft Hildegard in het vervolg als verschrikkelijk maar liefdevol. Het licht van Wijsheid is vreeswekkend, omdat de kracht ervan groter is dan zij kan bevatten. Tegelijkertijd is haar licht mild voor ieder schepsel: zij ziet en neemt alles in ogenschouw, maar geen mens is in staat de diepte van haar mysterie tot aan het einde toe te doorgronden. Haar verschijning roept associaties op met een theofanie: een verschijning van God met wie Wijsheid is verbonden. Haar verbintenis met God is dynamisch en affectief. We volgen de uitleg van de goddelijke stem aan Hildegard:

‘Dat jij bovenop deze sokkel een buitengewoon mooie gestalte ziet staan, betekent dat Wijsheid vóór alle schepping in de hoogste Vader was. Volgens zijn raadsbesluit ordende zij alle schepselen in de hemel en op aarde. Zij straalt als een prachtig sieraad in God (…), met wie zij in een omhelzing van vurige liefde is verenigd in het drievoudig ritme van een dans. Zij kijkt naar de mensen in de wereld, want zij leidt en behoedt diegenen die haar willen volgen. Zij bemint hen teder, omdat zij in haar gegrondvest zijn. Want deze gestalte wijst op Gods Wijsheid, omdat door haar alles door God is geschapen en wordt bestuurd’ (Scivias III, 9, 25.

Het drievoudig ritme waarin Wijsheid participeert aan het goddelijk leven, verwijst uiteraard naar de Drievuldigheid: Vader, Zoon en Heilige Geest. De goddelijke stem vertelt Hildegard over het eeuwige bestaan van Wijsheid in God. Als zijn vertrouwelinge was zij al bij de schepping aanwezig; ze was er al vóór de wereld werd geschapen. Als uitvoerster van Gods scheppingsplan ordende zij alle schepselen afzonderlijk door hen ieder een plaats en een tijd te geven. Ze blijft op hen betrokken en laat hen niet aan hun lot over. Op deze wijze vertegenwoordigt zij de dragende kracht in het universum.

Het gebaar van haar handen verwijst naar haar vermogen al haar werken te besturen, zodat niemand haar kan weerstaan. Deze leiderschapsfunctie komt overeen met wat over Wijsheid is gezegd: ‘Alles bestuurt ze even voortreffelijk’ (Wijsh. 8, 1). Maar haar wegen zijn ondoorgrondelijk, niet te zien met mensenogen. Daarom zijn haar voeten verborgen voor de blik van de zieneres Hildegard. De weg van Wijsheid is geheimvol, verborgen in het hart van de Vader en ligt voor geen mens open, aldus de goddelijke stem. Wijsheid staat op een verhoging tussen drie andere deugden. Rechts van haar staat Rechtvaardigheid en links van haar Kracht, die is gehuld in een harnas en een draak vertrapt. Heiligheid verbeeldt ze als een driehoofdige gestalte, wat wijst op haar drievoudige waardigheid: deemoed, goede werken en ondoorgrondelijke mysterie.

Haar kleding in het puurste goud, drukt haar kostbaarheid uit, die voor geen geld te koop is. De stola op haar tuniek duidt symbolisch de weg van God aan. Wijsheid draagt deze weg, die begint vanaf haar borst en neerdaalt tot aan haar voeten. Het mysterie van deze weg licht op in de verschillende kleuren van de edelstenen waarmee haar stola is versierd. De edelstenen bekleden de spiegelfunctie van Wijsheid, doordat zij Gods werkzaamheid in de geschiedenis doen oplichten. De groene kleur wijst op de heilsweg van de aartsvaders en profeten. In de witgekleurde edelsteen komt de maagdelijkheid van Maria tevoorschijn in wie God mens is geworden. De rode edelsteen doet het geloof van de martelaren oplichten. Het ‘purper licht’ duidt op de liefde waarmee God en de naaste worden bemind. Door middel van al deze aspecten verkondigt vrouwe Wijsheid haar boodschap. Zij roept ons op tot een ommekeer en om een keuze te maken voor de weg van God. Hoewel deze weg voor ons niet te doorgronden is, blijft zij op ons betrokken: ‘Zo schrijdt zij voorwaarts tot het einde van de wereld. Haar oproep houdt niet op, maar vloeit uit, zolang de wereld duurt.’

Goddelijk leidsvrouw

Het lied O virtus Sapientiae en het visioen over Wijsheid tonen de eeuwige eigenschappen van Wijsheid als goddelijk leidsvrouw. Haar eerste functie is haar blijvende betrokkenheid op alles wat zij geordend heeft. Haar tweede functie is haar onderricht over de weg van God. Met haar licht is ze een lamp voor onze voeten, opdat wij het leven zullen vinden. Een derde functie is haar bestuurlijk vermogen, waarmee ze leiding geeft aan de weg naar onze bestemming. Haar vierde kwaliteit tenslotte, is haar verbindende kracht, waarmee ze alles in de hemel en op aarde draagt. Met deze eeuwige eigenschappen stelt vrouwe Wijsheid zich verantwoordelijk voor het geheel en schept een betrokkenheid omwille van een nieuw samenleven.

Verlossende ommekeer

Hoe nemen wij de oproep van vrouwe Wijsheid tot leidraad om tot die verlossende ommekeer te komen? De leiding van Wijsheid gaat niet buiten ons om, maar is niet in ons menselijk verkeer opgenomen. We ervaren haar leiding soms, als een werkzame aanwezigheid, rakend aan onze situatie, maar die ook overstijgend. Dan beseffen we dat God op ons betrokken is.

In onze meditatie en gebed kunnen we haar merkbare werkzaamheid innerlijk gewaarworden, dat is het onderricht van Wijsheid. In haar tegenwoordigheid kunnen we groeien in ontvankelijkheid voor alles wat zich aandient en geleidelijk een ommekeer ervaren van een ik-gericht leven naar een leven dat gericht is op God.

Literatuur

Wijsheid treedt als persoon op in de volgende teksten van de Bijbelse wijsheidsliteratuur: Spreuken 8, 1 – 9, 9; Baruch 3, 9 – 4, 4, Job 28; Wijsheid van Jezus Sirach 24; Wijsheid van Salomo 6, 12 – 18. Scivias, Ken de wegen, deel I, II en III.

Vertaling en inleiding Mieke Kock-Rademakers, Hilversum 2017. Een andere vertaling van Scivias door Jan van Loo vindt u op de website www.hildegardvanbingen.nl

Een uitvoering van het lied: O virtus Sapientiae: Sequentia, Hildegard von Bingen, Geistliche Gesänge – Spiritual Songs, Harmonia Mundi Freiburg. Ook op youtube staan verschillende uitvoeringen.

Kitty Bouwman, Mater Sapientia, de mystago-gische functie van het goddelijke moederschap en het geestelijke moederschap bij Augustinus, Skandalon 2015.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken