Menu

Basis

Heilig vuur

De Geest van God kan een stille kracht zijn, ze kan ook een vuurtje zijn dat in je brandt en je gaande houdt. Ze kan zelfs oplaaien tot een heilig vuur, dat moed geeft in bange tijden. Moed om te blijven staan, om in verzet te komen.

Van het heelal kennen we slechts vijf procent. De rest bestaat uit ‘donkere materie’ en ‘donkere energie’. De natuurkundigen snappen er nog niet veel van. Die materie en energie vormen grote onbekenden. Waarom neemt men aan dat ze bestaan? Vanwege hun uitwerking. Iets dergelijks geldt voor geloof. Gelovige mensen weten ook niet veel. Van de heilige Geest snappen ze nauwelijks iets. Zij blijft een grote onbekende. Toch nemen gelovigen haar bestaan aan. Waarom? Vanwege haar uitwerking.

Ik zou die onbekende ‘heilige Geest’ geen ‘donkere energie’ willen noemen, maar liever ‘lichte energie’. Haar uitwerking ervaren mensen als Gods stille aanwezigheid, ‘de schaduw aan je rechterhand’, zoals Psalm 121 het mooi zegt. Als de uitwerking van de Geest wat steviger wordt ervaren, spreken we van inspiratie. Nóg steviger is de Geest er als heilig vuur.

RECHTE RUG

Heilig vuur kan zichtbaar worden als mensen hun rug recht houden: als ze niet bezwijken onder druk, als ze opkomen voor wie en wat ze dierbaar is, als ze zich verzetten tegen onrecht. De Nederlandse pater Frans van der Lugt werkte jarenlang in Syrië. Hij zette er een wijngaard op en verschafte zo de lokale bevolking werk. Ook bood hij veertig mensen met een verstandelijke handicap werk en onderdak. Vanwege de burgeroorlog ging hij naar de stad Homs. De mensen waarschuwden hem dat het te gevaarlijk werd voor christenen. Hij kon maar beter vluchten. Pater Van der Lugt peinsde er niet over. Zolang er nog christenen waren, bleef hij. Met de achtentwintig parochianen die over waren, hield hij elke dag vieringen. Zo zorgde hij voor kleine adempauzes, waarin tussen het helse geweld door het venster even openging voor de hemel. Op 7 april 2014 werd pater Van der Lugt vermoord. Waarom bleef hij, ondanks alle waarschuwingen? Een kwestie van dwaasheid? Of van heilig vuur? Soms is het verschil niet te zien.

WILD EN FIER

De ‘lichte energie’ van God heeft in de christelijke traditie haar eigen feest gekregen: Pinksteren. Pinksteren gaat over een oerkracht. Die zit overal: in het voorjaar, in het leven, in de schepping, in de ziel. Een oerkracht is wild, onbestemd, raadselachtig, ontembaar. Hij is er altijd, maar meestal onzichtbaar. Zichtbaar of niet, je weet nooit wat hij uitwerkt. Ooit werkte ik in Chili als docent theologie. Ik bezocht studenten, onder wie veel voorgangers van pinksterkerken. De meeste pinksterkerkjes stonden in de sloppenwijken. De diensten daar waren levendig, enthousiast, soms wild. Ik voelde me er vaak een stijve calvinist op klompen. Maar ik voelde dat deze pinkstermensen bezield werden door die goddelijke oerkracht van de Geest. Die hield hen staande in de wereld van de sloppenwijken met zijn viezigheid, alcoholisme, te kleine huizen waarin vaak twee families woonden en familieruzies schering en inslag waren.

De bewoners van de sloppenwijken werden door de rijkeren in de stad met de nek aangekeken en gekleineerd. Ze waren ‘niemand’. In hun kerkjes hoorden ze dat ze in Gods ogen ‘iemand’ waren. De heilige Geest maakte van niemanden iemanden, rechtte hun ruggen, schonk hun fierheid en vormde daarmee een ‘lichte kracht’ tegen de sociale ongelijkheid.

MOED

In de levensbeschrijving van de ooit bekende en beruchte dominee Jan Buskes (1899-1980) komt een brief ter sprake die hij van een Franse vriend kreeg. Die ging over moed, een thema dat deze sociaal bewogen en gedreven dominee op het lijf geschreven was. Het ging over de moed die soms nodig is om tegen de geschreven en ongeschreven regels in te gaan. De moed van Jezus dus, die dat regelmatig deed. ‘Was het formeel-juridisch wel juist om de wisselaars uit de tempel te smijten? En mag Iemand wel op een bruiloft water in wijn veranderen als hij nog geen vestigingsvergunning als wijnhandelaar heeft gekregen?’ Buskes las zulke zinnen met veel plezier. Hij zei: ‘Strijd voeren en die strijd zoo noodig verliezen, is niet erg, als we maar weten waarvoor we vechten.’ Woorden vol ‘lichte energie’.

 

Stephan de Jong is predikant van de Protestantse Gemeente Oudemirdum-Nijemirdum-Sondel en redactielid van Open Deur.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken