Menu

Premium

Hemel en aarde zullen verdwijnen

Hebreeuwse tekst die wordt uitvergroot met een loep

Bij Lucas 21,25-33(-36)

Het is niet mis wat de aarde te wachten staat: Jezus spreekt over oorlogen, aardbevingen en hongersnoden, over vervolgingen en gevangenschap (Lucas 21,5-24). Vervolgens krijgen deze verschrikkingen ook een kosmische lading: ‘Dan zullen er tekenen zijn aan de zon en de maan en de sterren (…)’. Jezus noemt hier het geweld van de zee en de hemelse machten, die zullen wankelen (21,25-26). De zee dreigt als een nieuwe zondvloed en de harmonie van hemel en aarde vervalt in disharmonie.

Het lijkt wel of Jezus hier voorzegt wat hedendaagse wetenschappers waarnemen. De zeespiegel stijgt en de ozonlaag wordt aangetast. Ook al willen bepaalde politici het niet waar hebben: de klimaatverandering is een feit. Hemelse machten gaan wankelen, en wie had ten tijde van Jezus gedacht dat dit door toedoen van de mensen zou kunnen komen? Deze ontwikkelingen zijn beangstigend: wat bete-kenen ze voor het leven op aarde? Kan de mensheid deze veranderingen overleven?

Deze angst voorziet Jezus: ‘de mensen worden onmachtig van angst voor wat er met de wereld zal gebeuren’ (21,26 – Nieuwe Bijbelvertaling), of: ‘terwijl mensen ontzield raken van vrees (…)’ (Naardense Bijbel). Blijkbaar is dat wat angst met je doet: je verliest het contact met je ziel. Mensen raken afgesneden van hun bezieling en daarmee van hun contact met God. Angst trekt een mens in de kramp: je knijpt je ogen dicht. Toch zijn deze verschrikkingen en de angst niet het einde: ‘dan zullen ze op een wolk de Mensenzoon zien komen, bekleed met macht en grote luister’ (21,27). De komst van een mens vanuit de wolken, zoals ook Daniël dit zag in zijn nachtelijke visioenen (Dan. 7,13).

Een wakkere houding

Toch komt de redding niet alleen van buitenaf. Ook van binnenuit wordt er een houding van de mensen gevraagd die hen klaarmaakt voor het Koninkrijk van God. ‘(…) richt je dan op en hef je hoofd, want jullie verlossing is nabij’ (Lucas 21,28). In plaats van in elkaar te duiken van angst, vraagt Jezus om een rechtopstaande houding, die getuigt van opstanding. Houd je ogen open, want alleen dan kun je de tekenen van de tijd waarnemen, zoals je ook kunt zien hoe de vijgenbomen uitlopen. De vijgenboom, die in de Bijbel als boom van de vrede wordt gezien (zie bijv. 1 Koningen 5,5).

‘Zo moeten jullie ook weten, wanneer je die dingen ziet gebeuren, dat het Koninkrijk van God nabij is’ (Lucas 21,31). De verschrikkingen hebben niet het laatste woord, ze zijn de barensweeën voor een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, die geboren gaan worden. Houd daarom je ogen open, want alleen zo kun je door alle angst heen tekenen zien van deze nieuwe wereld. Het gaat daarbij overigens niet alleen om het waarnemen door te zien, maar ook door te horen. Waar hemel en aarde zullen verdwijnen, daar zullen de woorden van God verder gaan. Het vraagt om open oren en een luisterende houding om die woorden te blijven verstaan.

De hele mens

Volgens het leesrooster eindigt de lezing hier, maar het is de moeite waard nog enkele verzen verder te lezen, omdat Jezus hier verdere aanwijzingen geeft over de gevraagde houding van de mens. Niet alleen het hoofd is namelijk in het geding, het gaat ook om de harten van de mensen: ‘Pas op dat jullie hart niet afgestompt raakt door de roes en de dronkenschap en de zorgen van het dagelijks leven (…)’ (Lucas 21,24). Het is de uitdaging voor het hart van de mens om te zoeken naar evenwicht tussen enerzijds de dronken roes en anderzijds een te veel opgaan in de alledaagse zorgen. Er wordt om een middenweg gevraagd tussen verdoving en stress, zodat je hart vrij genoeg is om de tekenen van de tijd aan te voelen.

Het is daarbij belangrijk te blijven waken en te bidden om te ontkomen aan wat er staat te gebeuren en, zoals de Naardense Bijbel vertaalt: ‘staande te blijven voor het aanschijn van de mensenzoon’ (Lucas 21,36). Blijkbaar zijn niet alleen het hoofd en het hart van de mensen in het geding, het gaat ook om een sterke wil en om standvastigheid. De hele mens wordt aangesproken om zo met een wakker verstand, een bewust hart en stevig op zijn voeten door deze veranderingen heen te komen.

Een meesterproef

Dit doet mij denken aan het eerste grote gebod, waarbij het erom gaat God lief te hebben met heel je verstand, hart, ziel en kracht (Lucas 10,27). Het is net alsof deze laatste gebeurtenissen een meesterproef zijn, waarbij aan het licht komt in hoeverre mensen met hun verstand, gevoel en wil op God afgestemd zijn. Tegelijkertijd roept dit de vraag op naar het tweede gebod: het liefhebben van je naaste als jezelf. In hoeverre is dat belangrijk tijdens deze laatste verschrikkingen? Jezus roept hier niet op om te midden van de benauwdheid naar anderen om te zien of op z’n minst anderen ertoe aan te moedigen ook met opgeheven hoofd uit te kijken naar het Koninkrijk. Het lijkt alsof het ‘ieder voor zich’ is in deze laatste dagen.

‘Deze generatie zal zeker niet verdwenen zijn wanneer dit alles gebeurt’ (Lucas 21,32). Al vele generaties lang hebben mensen gedacht dat in hun tijd het einde der tijden was aangebroken. Elke keer bleek het zover nog niet te zijn, dus wellicht valt het ook in onze tijd mee. Evenzogoed is het ook in onze tijd een uitdaging om ten aanzien van verschrikkingen niet in angst te verkrampen, maar met een wakkere geest, een vrij hart en een sterke wil waar te nemen welke nieuwe dingen er geboren willen worden. Bovendien is het een uitdaging (en dat voeg ik zelf dan maar toe) anderen aan te moedigen hetzelfde te doen!

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken