Menu

Basis

Huff – Wat je van bloed weet

Indrukwekkend, meedogenloos, beklemmend… zijn de woorden die bij het lezen van dit boek opkomen. Tegelijk, een gezin zoals het ‘om de hoek’ zou kunnen wonen. Wat zou je doen als ‘binnen’ naar ‘buiten’ komt…?
Cover van Wat je van bloed weet, geschreven door Philip Huff.

Een dag voor mijn verjaardag, ik was een jaar of acht, hadden mijn ouders een stevige woordenwisseling. Mijn vader was iets vergeten en mijn moeder was teleurgesteld en boos. ‘Ik ga weg.’ En ze ging. Naar haar moeder die op tien minuten fietsafstand woonde. Ruzie, er lag een domper over mijn feestvreugde. Zou ze terugkomen? Natuurlijk kwam ze terug, ze had even een praatpaal nodig gehad. De volgende dag was alles gewoon zoals het moest zijn. Alleen die spanning is me altijd bijgebleven. De stabiele, veilige omgeving die ik kende, was plotseling verstoord. In Wat je van bloed weet kun je, bijna aan den lijve, ervaren wat ruzie tussen ouders voor effect heeft op kinderen.

Inhoud

‘Je wordt wakker in je broertjes bed. Je arm, die uitgestrekt onder zijn rug ligt, slaapt nog. Dit is je eerste indruk van de dag. Dan: je mond is droog en het voelt alsof iemand op je borstkas zit.’ Zo begint hoofdstuk 1. De spanning is meteen voelbaar, wat is hier aan de hand? De hoofdfiguur in deze roman is zoon in een gezin met drie kinderen. Hij heeft een jongere broer, Alex, en een oudere zus, Emilie. Ze wonen in een ruime, vrijstaande villa in Blaricum. Zijn ouders, Peter en Annabelle, hebben een haat-liefdeverhouding met elkaar en uiten zich niet alleen met verbaal geweld, maar ook met fysiek geweld, zowel tegenover elkaar als tegen hun kinderen. Als lezer volg je de zoon vanaf 1992, als hij acht jaar oud is, tot 2016.

… een haat-liefdeverhouding, en uiten zich niet alleen met verbaal geweld

Structuur

In totaal zijn er elf genummerde hoofdstukken die elk worden voorafgegaan door een scène in een cursief lettertype. De ondertitels geven aan wanneer en waar (plaatsnamen) de beschreven gebeurtenissen plaatsvinden. Zo leven we met de hoofdpersoon mee in tijdsprongen tot in zijn volwassen jaren. Op mij werkten de cursief gedrukte scènes in eerste instantie verwarrend: het beeld van het gezin dat daaruit naar voren komt is zo anders dan het beeld dat in de hoofdstukken wordt geschetst. Pas laat in het boek werd me duidelijk wat de schrijver ermee bedoelt, wat de betekenis ervan is.

Perspectief

Bijzonder aan deze roman is het vertelperspectief. Nooit komen wij, lezers, de naam van de hoofdfiguur tegen. Het hele verhaal is geschreven in de jij-vorm. Die vorm wordt zelden gebruikt, maar Philip Huff zal er niet voor niets voor gekozen hebben. Consequent gaat het over ‘jij’ en ‘je’, over ‘je arm’ of ‘je grootvader’. Ook in dialogen wordt ‘jij’ nooit aangesproken met een naam.

Het is de moeite waard om te testen of de hij-vorm een ander effect had gegeven door consequent hij in plaats van jij te lezen.

Personages

Welk vertelperspectief ook, er valt moeilijk aan te ontkomen om mee te leven met een jongen die thuis altijd op zijn hoede is. De kinderen in het gezin krijgen voeding, kleding, een goede opleiding, maar veilig is het niet. Een enkel zinnetje: ‘Je moeder zet een gebakken eitje neer op tafel, legt een hand op je hoofd en aait met haar vingers over je wang. Ze draagt vandaag geen ringen.’(pag. 15) Het lijkt allemaal in orde, liefdevol, maar wat is dat met die ringen? Ringen met een steen, naar de binnenkant gedraaid, kunnen gemeen pijn doen bij een klap!

Drie kinderen in één en hetzelfde gezin, ze reageren allemaal verschillend op de situatie waarin ze opgroeien. Vooral de hoofdfiguur volgen we daarbij. Hij is eerst nog redelijk loyaal aan zijn ouders en probeert invloed uit te oefenen op hun gedrag, ook om zijn broertje te beschermen. Maar naarmate hij ouder wordt en gaat puberen, verzet hij zich meer en meer. Ingrijpende gebeurtenissen en ook contacten met mensen bepalen zijn houding. Op een gegeven moment voelt hij zich splitsen in een eerste en een tweede ik (pag. 120). Een zwijgende jij verandert in een van woede kolkende jij. Hij kiest voor zichzelf, maar er zijn consequenties. De vraag is of hij een andere keuze had gehad.

Via de hoofdpersoon krijg je ook een beeld van zus Emilie en broer Alex. De drie kinderen proberen ieder op hun eigen manier geluk en harmonie te vinden. Hoe of dankzij wie?

Hoe zit het met het beeld dat we van Peter en Annabelle, de ouders, krijgen? Met de jij-vertelvorm verwacht je een eenzijdig beeld, maar Huff weet er toch nuances in aan te brengen zonder die jij-verteller uit te schakelen.

Al met al brengt die beeldvorming me bij een gewetensvraag: stel dat je dit gezin goed kent, welke rol zie je dan voor jezelf? Als oom of tante, als vriend of vriendin, als vader of moeder van een schoolvriendje? Wat zou je in die rol kunnen of willen doen? Blijft die beperkt tot horen, zien en zwijgen? Of kies je voor handelen, maar hoe dan?

Ik vond het schrijnend om te lezen hoe ‘jij’ het verwoordt: ‘Het hele dorp weet ervan als je ouders uit elkaar gaan en iedereen weet van hun ruzies en toch zeggen mensen dat ze hopen dat ‘het goed komt’. Waarom? ‘Het’ kent geen goede afloop, dat weet jij nou wel. Vogels vliegen zoals ze vliegen en ze zingen zoals ze zijn gebekt.’ (pag. 44) Is de hoofdfiguur realistisch? Fatalistisch? Cynisch?

Drie kinderen in één gezin, die allemaal verschillend op de situatie reageren

Thematiek

De auteur speelt met drie verhaalmotieven: leugen, vogels en taal. Ze nemen alle drie een belangrijke plaats in in het leven van de hoofdfiguur. Misschien zijn het kurken waarop de jongen drijft. Eén mooie zin: ‘De leugen: het middel om het leven de waarheid te geven waar je zo naar verlangt.’ (pag. 64)

Fictie

In interviews met de schrijver is te lezen dat het boek wel autobiografisch is, maar vooral ‘een literaire constructie’. Er is veel aandacht geschonken aan de vorm en de verwoording, daar kun je als lezer van genieten. Wat de inhoud betreft zal Huff keuzes hebben gemaakt: wat vertel ik wel en wat niet? Mis je informatie, wat zou je óók willen weten?

Auteur

Philip Huff is het pseudoniem van een Nederlands (scenario)schrijver en regisseur die in 1984 in Naarden werd geboren. Hij debuteerde in 2008 met een kort verhaal in het literaire tijdschrift De Gids. In datzelfde jaar verscheen zijn eerste roman, Dagen van gras, over een jongen van 18 jaar die herstelt van een psychose. Huff werkte veertien jaar lang aan de autobiografische roman Wat je van bloed weet.

Jeany van den Berg studeerde Nederlandse Taal en Letterkunde en was jarenlang docente Nederlands voor havo en vwo in Kampen. Tegenwoordig schrijft zij op verzoek levensverhalen.


Philip Huff, Wat je van bloed weet, Prometheus 2022, 288 blz. € 22,50 (paperback), € 13,99 (e-book). ISBN 9789044650518


Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken