Menu

Basis

‘Hybride kerk’: ongevraagde zegen voor de toekomst

Sinds de coronacrisis doet de ‘hybride kerk’ zijn intrede. Maar wat is dat? Wat zijn de kansen en de valkuilen? En hoe helpt hybride kerk-zijn om in contact te blijven met gemeenteleden en geïnteresseerden?

Aan het begin van de coronacrisis was ik predikant in Tilburg. In het zuiden van Nederland liepen we twee weken voor in de verspreiding van het coronavirus. ‘Patiënt nul’ was opgenomen in Tilburg. Terwijl boven de rivieren nog werd gedacht dat het zo’n vaart niet zou lopen, stonden we in onze regio voor de vraag: houden we de kerk open of gaan we de kerk sluiten? We zijn nu gewend aan het idee, maar toen was dat ongekend. Zelfs in oorlogstijd deden we dat niet.

Coronavieringen

In Tilburg sloten we als een van de eersten de kerk voor het kerkbezoek. Uit voorzorg. En we tuigden in een paar dagen een alternatief op via internet: coronavieringen noemden we ze. Met een eigen website, die inmiddels niet meer bestaat. Maar de ‘livestreams’ zijn gebleven. Zoals in heel veel kerken ieder op zijn eigen wijze een mogelijkheid maakte om live en later met de viering mee te kijken.

Discussies of die livestreams wel moeten blijven als iedereen weer naar de kerk mag komen, vallen meestal uit in het voordeel van de livestreams. Ze zijn niet meer weg te denken. Toch roept het ook vragen op: hoe blijf je bij elkaar? Is er een mengvorm denkbaar, een hybride vorm? En hoe ziet dat er dan uit? En hoe vormt dat de toekomst van de kerk?

Wat we traditioneel op één manier deden, doen we nu op meerdere, hybride, manieren

Wat is dat: hybride?

In mijn studententijd kocht ik een ‘hybride’ fiets: een fiets die je zowel als stadsfiets en als toerfiets kon gebruiken. Een paar jaar later reed ik in een hybride auto: één die op benzine en op elektriciteit kon rijden. In coronatijd deden allerlei hybride vormen hun intrede in ons leven: je kunt thuiswerken en toch op afstand mee vergaderen of naar kantoor gaan. Je kunt naar de kerk gaan, of live of later de livestream meemaken. En zelfs familiebezoek kunnen we (vaak helaas) ook online doen, als iemand ziek is, maar ook als familieleden ver weg wonen. Dan zijn ze er toch bij. Iets wat we dus traditioneel op één manier deden, doen we nu op meerdere, hybride, manieren.

Niet alleen via internet

Net zoals mensen nu weer naar kantoor gaan én thuis blijven werken, betekent ook hybride kerk-zijn niet alleen maar afstand en alles via internet. Van beide kun je de voordelen plukken. Natuurlijk is het goed, en ook fijn, dat je weer collega’s ‘in het echt’ kunt zien en spreken. Toch hoor ik de eersten alweer klagen dat de overleggen veel langer duren als ze niet online gehouden worden, minder efficiënt zijn, en dat je op kantoor nergens aan toekomt. Bovendien maakt reistijd het niet altijd mogelijk alle overleggen op een dag mee te maken.

Alleen thuis was ook niet alles. Het kon eenzaam zijn. En aan het eind van de dag had je vierkante ogen van het beeldscherm. Toch heeft het veel meer mogelijkheden gegeven om werk en privé beter in balans te brengen door niet altijd weg te zijn. Het is dus niet zwart-wit, of-of, maar én-én.

Voordelen van hybride kerk-zijn

Werkt dat voor de kerk ook zo? Ik hoor dat veel kerkenraden het fijn vinden eindelijk weer samen te kunnen komen voor hun vergaderingen. Wie ziek of verkouden is, sluit zo mogelijk online aan, waardoor er minder afwezigen zijn. Tegelijkertijd zie ik kleine overleggen veel meer online gebeuren, zeker wanneer tijd schaars is. Dat vraagt natuurlijk wel om de mogelijkheid om te videobellen, en de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat niet iedereen dat kan. Maar heel velen ook wél. Dus laten we die mogelijkheid niet uitsluiten, zonder mensen die het niet kunnen uit te sluiten. Ook dat kun je hybride oplossen: nodig zo iemand bij je thuis uit om via jouw videoverbinding mee te praten.

Alleen thuis was ook niet alles, het kon eenzaam zijn

Hybride uitvaartdiensten

Er is ook iets gebeurd rondom uitvaarten. Zeker bij uitvaarten was het heel pijnlijk dat maar zeer weinig mensen een uitvaartdienst konden meemaken tijdens de verschillende lockdowns. Livestreams boden een uitkomst.

Maar niet alleen voor diegenen die anders gekomen waren. Het bereik van uitvaartdiensten is enorm vergroot. Niet alleen kijken nu nog mensen mee die te ver weg wonen of door hun gezondheid niet kunnen komen. Ook kijken heel veel mensen mee die net op te grote afstand van de nabestaanden staan om naar de uitvaart te komen. Nu de drempel zo laag is om mee te kijken, kijken ze vaak toch mee. Nabestaanden zijn vaak verrast door de grote hoeveelheid reacties die ze achteraf krijgen.

Bovendien gebeurt er nog iets anders: veel families hebben naast de moeite van de beperkingen ook ervaren hoe fijn het is om in een kleinere besloten kring afscheid te nemen van hun geliefde. Dat de camera daarop staat vonden ze niet erg. Wel ervaren ze het als een weldaad dat het allemaal niet zo massaal hoeft. Dat geldt natuurlijk niet voor iedereen. Maar ik voorzie dat we dit vaker gaan zien: een kleinere besloten groep die de uitvaart ter plekke meemaakt, en een veel grotere groep dan vroeger die de uitvaart live of later meekijkt. Twee keer winst wat mij betreft.

Hybride kerkdiensten

De genoemde voordelen kunnen de meesten wel beamen: het is fijn als niet meer elk overleg je de hele avond kost, en op de uitzending van een uitvaartdienst volgt vaak nog persoonlijk contact.

Het uitzenden van reguliere kerkdiensten ligt gevoeliger. Immers, raak je niet mensen kwijt als het wel heel makkelijk is om via internet de kerkdienst te bekijken? Hebben we immers ook niet zelf ervaren dat je dat op een gegeven moment ook wel zat bent, zodat je ook wel eens een keertje (of vaker) overslaat? En wie stimuleert je dan om toch te kijken als je niet de stimulans hebt van een groep die samenkomt?

In plaats van een reden om de stekker er dan maar uit te trekken, lijkt het me eerder een uitdaging om de meerwaarde van de ontmoeting met elkaar en samen met God naar voren te brengen, en uit te dragen. Wat doe je als gemeente om kerkgang te laten ‘lonen’? Zonder overigens kijkers via internet te ‘straffen’ door ze van alles te onthouden. Wil je mensen wegjagen, dan moet je ze vooral degraderen tot ‘toeschouwers’ die enkel mogen kijken hoe leuk anderen het hebben.

Blijf zoeken naar manieren waarop zij ook tijdens de dienst mee kunnen doen (live door het appen van gebedspunten of het invullen van een ‘mentimeter’ (een online enquête-vorm) of van te voren door een stukje lezing op te nemen, een persoonlijke overweging of wat dan ook).

Wat doe je als gemeente om kerkgang te laten ‘lonen’?

Het voordeel is dat de huiskamer en de kerkzaal op die manier veel meer met elkaar verbonden zijn. Hoe mooi is het dat je als kerk(dienst) de huiskamer binnenkomt, en die ook kunt meenemen in je viering? Is dat niet juist wat we verlangen: verbinding tussen kerk en thuis? Je kunt dus het één doen, zonder het ander te hoeven laten. Het is én-én. Als je zorgt dat je in verbinding blijft met mensen die komen en mensen die kijken, dan blijven ze wel komen.

Verdere ontwikkeling

Dit betekent volgens mij niet dat alles bij het oude blijft, met alleen wat meer verschillende vormen. Onder deze ontwikkeling gaat een veel diepere ontwikkeling schuil die we ergens ook wel aanvoelen of vrezen, denk ik. Want als meekijken met allerlei vieringen van verschillende kerken zo makkelijk wordt, waarom zou je dan altijd naar dezelfde kerk ‘gaan’? Zelfs als je lijfelijk naar een kerkgebouw gaat? Ja, de ontmoeting en de onderlinge gemeenschap met mensen die je kent zijn enorm waardevol, maar waarom zou je niet elders ook mensen kennen en relaties met hen aanknopen? Ook in gelovige verbondenheid?

Wat we zullen gaan merken is dat de viering, de eredienst aan God, nog steeds het hart vormt van Gods kerk. Maar de concrete gemeente, het concrete gebouw, wordt veel minder de centrale plek waarmee alles wat er rondom je geloof gebeurt verbonden is. Ook hier is het weer niet of-of, maar én-én. De functie van een kerkgebouw met de vierende gemeenschap verandert niet. Maar het is niet meer het centrale punt. De kerk is een knooppunt in een netwerk van diverse relaties die mensen aanknopen om hun geloof in hun dagelijks leven vorm te geven. Zoals ze dat nu ook al lang doen.

Veel mensen gaan naar festivals, komen in andere kerken, gaan naar conferenties, zinzoekersweekenden, lezen boeken, delen plaatjes met inspirerende teksten op Instagram met hun vrienden, enz. enz. En eigenlijk, als je heel eerlijk bent, is dat toch de kerk die Jezus voor ogen had? Die ene kerk is toch ‘katholiek’, alles omvattend, waar twee of meer in Zijn Naam aanwezig zijn? Zonder grenzen van gebouwen en gemeenten, maar één Kerk?

Behouden of verliezen?

De coronacrisis heeft deze ontwikkeling niet veroorzaakt. De hybride kerkvormen hebben deze ontwikkeling wel blootgelegd en zich als onontkoombaar aan ons opgedrongen. We mogen onze kracht vinden in Jezus, die gezegd heeft: ‘Ieder die zijn leven wil behouden, zal het verliezen; maar wie zijn leven verliest omwille van Mij, zal het behouden.’ (Lukas 9:24) We zullen verbaasd zijn wat voor moois hieruit op kan bloeien. Tot eer van Hem.

Otto Grevink was internetdominee bij MijnKerk.nl (2016-2021) en predikant in Tilburg (2017-2021). Momenteel is hij ambulant predikant in Sprang-Capelle (NB) en pionier bij Zin op School in Waalwijk. Ook begeleidt hij startende en lopende pioniersplekken door het hele land voor de Protestantse Kerk in Nederland en de vernieuwingsbeweging Op Goed Gerucht. 

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken