Menu

Premium

Kindermoment herders (Kerstmorgen)

Een wandelaar op pad

Bij Jesaja 52: 7 – 10 en Lucas 2: (1) 15-20

Uit de bijbel

Dat de herders op weg gaan om met eigen ogen te gaan zien, wat er gebeurd is, is één van die geheimenissen van het evangelie die we niet gemakkelijk kunnen doorgronden. Want veel is er niet te zien. Een pasgeboren kind gewikkeld in doeken, liggend in een voederbak. Ze zullen toch wel eens eerder een zuigeling gezien hebben. En wellicht hebben sommigen onder hen wel meegemaakt dat een vrouw geen tijd had om naar huis terug te keren en het kind midden op het veld geboren werd. Wij lezen nog regelmatig dat dat gebeurt in een taxi of onderweg in een vliegtuig. En wat te denken van al die ontheemden en vluchtelingen die in barre omstandigheden hun kind ter wereld moeten brengen? Nee, heel bijzonder is het niet.

Nu had een engelenkoor hun oren open gezongen, vertelt Lucas ons, en dat zal wel helpen. Een hemelszingend koor kom je niet dagelijks tegen. De boodschap zal wel aangekomen zijn. Maar wat voor zin heeft het dan nog om te gaan kijken. Liever zouden we ons koesteren in het gezang over vrede op aarde en de mensen in wie God een welbehagen heeft. We zouden tegen elkaar zeggen hoe mooi het was, en hoe ontroerend. We zouden elkaar aanstoten en de heupflacon met sterke drank nog eens doorgeven. Maar de negenennegentig schapen achterlaten om dit ene lam te gaan zoeken? Het kampvuur verlaten en de kou trotseren, op zoek naar een kind in de nacht? Wat zou dat toevoegen aan dat vredige en warme gevoel dat we al hadden, nadat de engelen ons deelgenoot hadden gemaakt van het grote nieuws.

Toch is dat precies waar het bij Lucas op aan komt. Niet om het goede verhaal op zich, niet om onze ontroering en emoties, niet om het welbehagen dat wij met Kerst ervaren, maar om het onbehagen dat er een vluchtelingenkind geboren is, met niets anders dan een paar doeken om zich te beschermen tegen de kou. Dat moet je gaan zien. Om deelgenoot te worden van het verhaal.

Want het zijn de keizers en hun landvoogden die onaangedaan in hun warme paleizen blijven. Die met hun decreten het leven van gewone mensen op de kop zetten, maar er zelf part noch deel aan hebben. Dat kan niet de bedoeling zijn, zegt Lucas. Laten we daarom met eigen ogen gaan kijken, of het ook anders kan. Het gaat dus niet om het zien, maar om het op weg gaan. Zo maakt de lofzang van de engelen geschiedenis.

Met de kinderen

Deze zondag ronden we ons ‘Hemelse boodschappen’ project af. Er is een opzet voor een viering en een kerstspel om in de viering of anders in de kinderdienst te doen. Je kunt er voor kiezen om de kinderen in de kerk te laten en alleen de allerkleinsten naar de kinderdienst te laten gaan. Bij wijze van verkondiging kan in de kerk het kerstspel gedaan worden.

In de kerk

Voorin de kerk staat het geopende drieluik. In het midden zien we een landschap met daarvoor een tafel waarop de zelfgemaakte muziekinstrumentjes van de vorige week liggen.

Verder nodig:

  • een doos met stro.

  • een doos met spullen voor een kerststal. De laatste is nodig als het kerstspel van pag. 46 in de kerk gedaan wordt. Deze doos kan ook meegegeven worden naar de kinderdienst als het spel in de kinderdienst gedaan wordt.

  • een lege doos waarin de muziekinstrumentjes gaan als ze gebruikt zijn. Deze doos gaat dan mee naar de kinderdienst

V=Voorganger; KvdZ = Kind van de Zondag; A = allen

Orde van dienst extra kerstspel

  • Personen: Manuel (een klein kind); Moeder Ria; vader Jos (grote kinderen of volwassenen)

  • Nodig: Kerstboom, kerststal (ingepakt in een grote doos) stoelen, tafel, radio of cassettedek.

Manuel is een geadopteerd kind uit Zuid – Amerika. Hij is nog niet zo lang in zijn nieuwe gezin en spreekt nog niet goed Nederlands. De kerstboom staat in de ‘kamer’ en Manuel zet samen met moeder de kerststal op. Manuel is al in pyjama en houdt een engel omhoog, die hij uit de doos heeft gehaald. Moeder leert de woordjes.

Meer informatie op www.kinderdienst.nl

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken