Menu

Premium

‘Kleding’ in de Openbaring van Johannes

Hebreeuwse tekst die wordt uitvergroot met een loep

Al dadelijk aan het begin van het eerste hoofdstuk van het boek Openbaring wordt Christus getekend in zijn heerlijkheid. Johannes is op Patmos, en hij raakt daar in vervoering des geestes, op de Dag des Heren. Johannes hoort de klank van een trompet achter zich, hij draait zich om en ziet dan te midden van zeven gouden kandelaren ‘iemand als eens mensen zoon’, – de NBV vertaalt prozaïscher ‘iemand die eruitzag als een mens’. In de grondtekst staat ‘de zoon van een mens’, of ‘mensenzoon’. En dat kán inderdaad een oosterse omschrijving zijn van ‘mens’, of ‘man’. Hier is echter meer aan de hand. De eerste hoorders van het boek Openbaring – het boek is allereerst voorgelezen, de voorlezer wordt zelfs zalig geprezen – hebben ongetwijfeld onmiddellijk aan het boek van de profeet Daniël gedacht. Daarin is sprake van een gestalte die zou komen op de wolken des hemels, Daniël 7:13. Op die tekst werd al gezinspeeld in Openbaring 1:7, ‘Zie, Hij komt op de wolken’. Wie Daniël ook voor ogen gehad mocht hebben, de volgelingen van Jezus zagen Daniëls woorden als profetie aangaande de Messias. De Mensenzoon van Daniël begeeft zich naar Hem die op een troon gezeten is en die omschreven wordt als ‘oud van dagen’, een ‘hoogbejaarde’, – een uitdrukking die waarschijnlijk ‘de Eeuwige’ of ‘de Eeuwig Blijvende’ betekent. Degene die op de troon gezeten is, is God Zelf. Zijn hoofdhaar, zegt Daniël, is ‘wit als wol’. De gestalte nu die Johannes achter zich tussen de kandelaren ontwaart heeft ook haren ‘wit als wol’. Wat door Daniël van God gezegd werd, betrekt Johannes op Christus. Christus, gekruisigd als een slaaf, geslacht als een lam, wordt hier verkondigd als degene die verheven is tot goddelijke waardigheid. Daarvan getuigt ook de beschrijving van de kleding van Christus.

Lees het hele artikel

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken