Menu

Premium

Missionair werk in het perspectief van de wereldwijde kerk

‘What’s in name?’

Toen ik op een zondag in maart van het jaar 1999 in het kerkgebouw van de Hervormde gemeente van Pesse als predikant werd bevestigd en samen met mijn lief werd uitgezonden naar Managua (Nicaragua) werd ik een zendingspredikant. Althans, dat was een begrip dat in de Hervormde kerkorde werd gebruikt en geheel op mij van toepassing leek. Dat zendingspredikantschap voelde echter ongemakkelijk.

In de eerste plaats door het onderscheid dat het maakte tussen ons als echtgenoten. We zouden immers beiden als docent gaan werken, mijn vrouw als docent sociale wetenschappen en ik als theoloog, en we deelden in dezelfde (uit)zending. Blijkbaar viel de term ook niet zo goed bij de uitzendende instantie, aanvankelijk de Raad voor de Zending en al snel KerkinActie. Daar werden we beiden ondergebracht in de categorie ‘uitgezonden medewerker’ die het sluimerende verschil tussen medewerkers maskeerde. Overigens liet men zich aan de basis hierdoor niet misleiden. Toen we op verlof de Gereformeerde kerken en Hervormde gemeenten in allerlei uithoeken van de classes Hoogeveen en Meppel bezochten, werden we door een ZWO-commissielid aangekondigd als ‘dominee Bom en Conny’…

Het tweede ongemak had te maken met de maatschappelijke inflatie van het begrip zending, veelal opgevat als een aan kolonialisme gelieerde vorm van zieltjes winnen. Deze betekenis had op het niveau van de landelijke instituties een veel grotere invloed dan op het plaatselijke vlak. Vanuit dat landelijke perspectief was de zending van de toenmalige Samen op Weg-kerken, met haar nadruk op wederkerigheid en leren van elkaar, haar oude kaders ontgroeid en zou het mooi zijn als dat ook in de naam tot uitdrukking zou komen.

Lees verder

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken