Menu

Premium

Papyrus en perkament

Terwijl men in Mesopotamië op kleitabletten schreef, werd in Egypte en het oude Israël een ander schrijfmateriaal gebruikt: papyrus. Door de vondst van de Dode Zeerollen, die op leer zijn geschreven, is men geneigd te vergeten dat de woorden van de profeten oorspronkelijk op papyrus zijn opgetekend. Een duurzaam schrijfmateriaal, maar niet bestand tegen vuur, zoals de Judese koning Jojakim wist, toen hij de papyrusrol met Jeremia’s profetieën in stukken sneed en op een vuurbekken verbrandde, zoals in hoofdstuk 36 van het bijbelboek Jeremia wordt verhaald. Wellicht de oudste boekverbranding in de geschiedenis…

In de oudheid groeide in de delta van de Nijl de moerasplant papyrusriet (Cyperus papyrus) buitengewoon uitbundig. De Egyptenaren begrepen reeds vroeg dat deze rietsoort hun veel voordeel kon brengen. Het meterslange riet werd gebundeld en diende zo als pijler voor gebouwen. Toen architect Imhotep natuurstenen gebouwen ging maken voor het grafcomplex van farao Djoser in , bootste hij de rieten pijlers in steen na. Zo ontstond de zuil met kapiteel, basis voor de later wijdverbreide klassieke bouwstijl. Papyrusriet bood meer mogelijkheden. Wanneer het werd geschild, verkreeg men repen merg. Men legde die precies naast elkaar en dwars daaroverheen kwam een tweede laag. Wanneer de repen werden samengedrukt, kleefden beide helften aan elkaar vast. Het sap in het riet bleek een goede lijm. Eenmaal gedroogd, was het papyrusvel klaar om te worden beschreven. De ene kant was echter geschikter dan de andere. Het maakt namelijk uit of men op horizontale dan wel verticale repen schrijft. Horizontale repen lopen mee met de richting van het schrift, verticale staan er haaks op. Recto (voorkant) en verso (achterkant) waren daarom van groot belang voor een schrijver. Door het aantal repen te variëren kon men grotere of juist kleinere vellen maken. Men kon ook vellen aan elkaar plakken, zodat een papyrusrol ontstond. te schrijven gebruikte men een penseel of een rietpen. De Egyptische schrijvers beschikten over een handig palet, met vakjes voor zowel zwarte als rode inkt en een opening om het schrijfgerei in te steken.

Papyrus is een duurzaam materiaal, mits het droog wordt bewaard. In vochtig klimaat vergaat het; vandaar dat buiten Egypte weinig teksten op papyrus bewaard zijn gebleven. In droog klimaat echter doorstaat papyrus zonder probleem duizenden jaren. Vuur is echter fataal, zoals hierboven reeds vermeld.

Perkament

Ondanks de voordelen van papyrus stelde men zich de vraag of er geen schrijfmateriaal zou zijn dat beter bewaard blijft, ook in minder gunstige omstandigheden. Zo kwam men erop om naast papyrus ook perkament te vervaardigen. Een belangrijk centrum voor het maken van dit schrijfmateriaal was de stad Pergamon in Klein-Azië (tegenwoordig in Turkije) en aan deze stad dankt perkament zijn naam. Perkament is niet plantaardig, maar wordt gemaakt van de huid van kalveren, koeien, geiten, schapen, konijnen of ezels. Allereerst moet de huid soepel worden gemaakt en dienen haarwortels en vleesresten te worden verwijderd. Als dit is gebeurd, wordt de huid op een houten raam opgespannen, waarna die met puimsteen en kalk wordt gepolijst, zodat een vlak schrijfoppervlak ontstaat. Gezien het gekozen materiaal en de langdurige bewerking is het te begrijpen dat perkament veel duurder in de aanschaf was dan papyrus en daarom aanvankelijk alleen in uitzonderingsgevallen werd gebruikt. Nog goedkoper (namelijk gratis) was een ander schrijfmateriaal, dat tot nu toe nog niet is genoemd: de potscherf. Voor het maken van aantekeningen en conceptteksten was de potscherf (of ostrakon) ideaal. Pas als men tevreden was met het resultaat, werd de tekst op papyrus overgeschreven; het ostrakon werd weggegooid. De ironie van de geschiedenis is dat ostraka – althans in Israël – duurzamer zijn gebleken dan papyrus of leer. Kladjes op een potscherf zijn bewaard gebleven, maar de uiteindelijke tekst op papyrus of perkament niet.

Van alle leersoorten leverde de huid van kalveren het mooiste resultaat. Voor het vervaardigen van de torarollen in de synagoge kiest men nog steeds voor kalfsleer als schrijfmateriaal. het dure kalfsleer (vellum of velijn) nog mooier te maken, werd buiten het jodendom het leer geverfd met purper, de kleur van de Romeinse keizers, en met goudkleurige inkt beschreven.

Van rol naar boek

Het gebruik van perkament in christelijke context kende zijn hoogtepunt in de middeleeuwen. Er is een nauwe band tussen perkament en de christelijke traditie. Hoewel de oudste fragmenten van het Nieuwe Testament op papyrus zijn geschreven, koos men reeds vroeg voor perkament als schrijfmateriaal voor de bijbelhandschriften.

Daarbij nam men een opmerkelijke beslissing. Het was gewoonte geweest om vellen perkament tot lange stroken aan elkaar te plakken en om een stok te rollen tot een boekrol (Latijn: volumen van de stam volvere, ‘draaien’), zoals nu nog bij een torarol het geval is; alleen gebruikt men in de joodse traditie voor een torarol twee stokken in plaats van één. De rol met het bijbelboek Ester, die wordt gebruikt bij het feest van Poerim (Lotenfeest), wordt wel om één stok gewikkeld – een megilat Ester (Esterrol) is ook veel minder lang dan een torarol. In de vroege kerk koos men echter voor een andere oplossing. De vellen perkament werden dubbelgevouwen tot een boekkatern. De katernen werden aan elkaar genaaid en zo ontstond de codex, de rechtstreekse voorloper van het huidige boek. Wie wel eens in een synagoge heeft gezien hoe men een bijbelpassage opzoekt door aan de rollen te draaien, net zolang totdat men de juiste kolom heeft bereikt, begrijpt het voordeel van de codex. Bladeren is veel gemakkelijker dan draaien. Het is niet verwonderlijk dat de codex een succes werd, ook buiten de kerk.

In de middeleeuwse kloosters werd het beschrijven van perkament een belangrijke opdracht, waarbij men zich niet beperkte tot de Bijbel of christelijke geschriften. Een bijzondere ontwikkeling was het illustreren van de manuscripten. De kunst van het vervaardigen van meestal ingekleurde illuminaties neemt in de geschiedenis van de christelijke kunst een belangrijke plaats in. In schoonheid zijn deze manuscripten op perkament nimmer overtroffen. Niettemin kwam aan het einde van de middeleeuwen een ander schrijfmateriaal in beeld: papier.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken