Menu

Premium

Preekschets bij Lucas 2:1-20 voor Kerstdag

Kerntekst Lucas 2:3: Iedereen ging op weg om zich te laten inschrijven, ieder naar de plaats waar hij vandaan kwam.

Schriftlezing: Lucas 2:1-20

Het eigene van de dag

Deze dag is voor veel mensen het hoogtepunt van het kerkelijk jaar. De geboorte van een kind roept vertedering op. De vermeende erbarmelijke omstandigheden waarin de geboorte plaatsvindt, versterken een gevoel van medelijden. Het is een jaarlijks terugkerende spanning hoe om te gaan met de kerkgangers die één keer per jaar komen, en in hoeverre je hen tegemoet moet komen – door de keuze van bekende liederen bijvoorbeeld. Hoogstwaarschijnlijk zijn deze onregelmatige kerkgangers al in de kerstnacht geweest, maar ook op de kerstochtend kunnen zij aanwezig zijn. Een musicus, zoals een fluitist of een trombonist, kan deze viering met bekende kerstmuziek een extra feestelijk tintje geven.

Het eigene van de context

Op verzoek van de redactie deel ik in deze preekschets mijn ervaringen met vieren in een zorginstelling voor mensen met een verstandelijke handicap. Op het zorgpark waar ik werk, heeft de geloofsgemeenschap de beschikking over een eigen kerkgebouw. De kerkgangers zijn de bewoners van het zorgpark en daarnaast zijn ook mensen uit buurtschappen uit de omgeving welkom. De diensten hebben een vaste liturgie. Dit vergroot de herkenbaarheid voor de bewoners. Zij kunnen dan zoveel mogelijk gewoon meedoen. Elke zondag is er een organist en een cantor. De laatste is voorzanger voor de gemeentezang, en ze zingt een aantal liederen solo, waarnaar de gemeente luistert.

Op het zorgpark bestaat een jarenlange traditie van het kerstspel. Deze happening is altijd in de week voor Kerst, de repetities daarvoor beginnen eind oktober. Als het dan eenmaal Kerst is, en dan eindelijk ook in de kerk de geboorte van Jezus gevierd wordt, voelt het soms een beetje als mosterd na de maaltijd.

Uitleg

Met het Griekse έγένέτο (het geschiedde) in vers 1, 6 en 15 schetst de evangelist Lucas het geboorteverhaal van Jezus. Deze herhaling is helaas in de NBV 2004 verdwenen. Deze signaalwoorden verdelen de perikoop in drie delen:

  • vers 1-5: een schets van de wereld die bepaald wordt door het keizerlijke gezag in Rome;
  • vers 6-14: de wonderlijke geboorte van de bevrijder en
  • vers 15-20: een impressie van de nieuwe wereld zoals deze door het woord van God tot stand komt.

Lucas plaatst het geboorteverhaal van Jezus polemisch tegenover de macht van keizer Augustus ‘de verhevene’. Vanwege de volkstelling, waarschijnlijk voor belastingdoeleinden, gaan mensen op weg voor registratie in hun geboorteplaats. Op deze manier wordt grote loyaliteit afgedwongen.

Je zou kunnen zeggen dat in de loop van het evangelie steeds meer wordt ingezoomd: naar de uithoek Israël van het grote Romeinse Rijk; in Israël kijken we opnieuw naar een uithoek, te weten Betlehem.

Daar in de velden rond Betlehem, bij herders, neemt God het initiatief en opent de hemel. Herders staan op de lijst ‘verdachte beroepen’, maar voor het kerstevangelie behoren zij tot ‘de essentiële beroepen’! Aan de herders wordt met hemelse grootsheid verteld dat er een kind geboren is, een redder, heden (σέμέρον). De redding, in de persoon van dit kind, is nu, en is steeds opnieuw in het heden. Lucas gebruikt dit woord vaker.

De grote vrees waarmee de herders deze boodschap aanhoren, verandert in grote vreugde als zij het kind gevonden hebben, volgens de aanwijzingen van de engel. De herders hebben een teken ontvangen: een pasgeboren kind in doeken gewikkeld, liggend in een voederbak. Hoe schamel en gewoontjes ziet dit eruit, en hoe contrasteert dat met de titels die de engel noemt: Christus, de Heer.

Iedereen is verbaasd over het nieuws van de herders. Het Griekse θαυμάζέιν is neutraler dan het Nederlandse verbazen of verwonderen. De omstanders kunnen de verhalen van de herders (nog) niet goed plaatsen. Maria zegt niets in deze perikoop. Wat zij niet kan bevatten, koestert zij zorgvuldig.

Aanwijzingen voor de prediking

Ongeacht of je hoorders wel of geen verstandelijke beperking hebben, is het belangrijk om een verbinding te leggen met de context van de hoorders. Voor de bewoners van het zorgpark geldt dit des te meer. Voor de prediker is het van belang om in een preek één facet uit de lezing te kiezen en dit uit te werken. Dit heeft een zekere eenzijdigheid in zich, dat is ontegenzeglijk waar. Echter, op deze wijze kan de boodschap overkomen. De duur van de preek is ongeveer 7 minuten. De spanningsboog van de gemiddelde bewoner is niet langer. Zij hebben een ontwikkelingsniveau variërend van 2 jaar tot circa 7 jaar, daarnaast hebben zij wel levenservaring. Het is de kunst om een preek te houden die past bij hun niveau, maar niet kinderachtig is.

Ik kies vaak voor een interactief begin van de preek. Dat is nu weer mogelijk, nu er mondjesmaat kerkgangers aanwezig mogen zijn (de stand van zaken in november 2021).
De bewoners zijn, in de meeste gevallen, afkomstig uit andere delen van het land. Familie woont op afstand. Het is een terugkerend thema in gesprekken waar voor hen ‘thuis’ is. Is dat bij hun verwanten of is dat in hun eigen woning op het zorgpark? Waar moet je naartoe, als wij ons zouden moeten laten inschrijven? En hoe regelen we dat dan? Hoe afhankelijk zijn de bewoners van taxivervoer. enzovoort. Als je het zo vertelt, is de volkstelling ook voor Jozef en Maria een grote onderneming.

Op kraamvisite gaan, kennen de bewoners vaak wel. De herders zou je kunnen zien als het eerste kraambezoek. Zij hebben het goede nieuws van een engel gehoord, en zij hebben een teken gekregen: een pasgeboren kind in doek gewikkeld, liggend in een kribbe. Zo zien alle pasgeboren baby’s eruit! En toch herkennen zij in het kind dat het een bijzonder kind is, waarin God dicht bij de mensen wil zijn. De herders zijn mensen die niet meetellen, mensen die vaak vergeten worden. Er zullen hoorders zijn die deze ervaring in hun eigen leven hebben opgedaan. Als God ervoor kiest om het verhaal van Kerst te laten beginnen bij deze herders, zou dat dan ook ‘heden’ voor een andere gemarginaliseerde groep kunnen?

Liturgische aanwijzingen

In de context van een instelling voor mensen met een verstandelijke handicap is één lezing te verkiezen, op deze feestdag is dat Lucas 2. De klassieke lezing voor de kerstochtend, Johannes 1, is te abstract. Aan het begin van de dienst vertelt de voorganger kort wat het thema is; voorafgaand aan de lezing uit de bijbel wordt nog eens herhaald waarover het gaat. De bijbel wordt op een lezenaar neergelegd, begeleid met de woorden: ‘Ik leg de bijbel klaar om daar zo uit te lezen. De bijbel, het boek met de verhalen van God en mensen.’ De vertaling is de NBV 2004, maar steeds vaker kies ik er voor om de Bijbel in Gewone Taal te gebruiken. De bewoners die kunnen lezen, hebben vaak deze versie tot hun beschikking. De zinnen zijn kort, en voor deze doelgroep goed te begrijpen.

Voor de liederen gebruiken wij verschillende bundels, zoals het Liedboek. Zingen en bidden in huis en kerk (NLB 2013), Liedboek voor de Kerken (1973), Alles wordt nieuw, de Hervormde Bundel (1938), en eigen, voor onze gemeenschap gecomponeerde liederen. Het aanleren van nieuwe liederen vergt enige tijd en veel herhaling. Voor liederen die gebonden zijn aan een bepaalde kerkelijke periode duurt het daarom wat langer voor zij meegezongen kunnen worden. Kerstliederen zijn over het algemeen bekend.

Voor deze zondag stel ik de volgende liederen voor:

  • Uit het NLB 2013 lied 476, 477 en 487 en ‘Er is een kindeke geboren op aard’.
  • Als luisterliederen uit het NLB 2013: lied 480 en 506.
  • Een geliefd slotlied is ‘Wij gaan heen met het licht in de ogen’ uit de bundel Nader tot jou (2011) van Marten Kamminga.
  • Op deze dag is het slotlied ‘Ere zij God’.

Kerst is zichtbaar aan de hand van de witte antependia en stola voor de voorganger en een liturgische schikking bij de lezing. De adventskaarsen completeren het geheel, met een lied dat elke adventszondag gezongen is, waarvan nu het couplet voor Kerst gezongen wordt.

Op doordeweekse bijeenkomsten gebruiken we vaak de Kijkbijbel, deze afbeeldingen roepen veel herkenning op. Een algemene regel is dat de illustraties niet te gedetailleerd en schetsmatig zijn. In de verstandelijk gehandicaptenzorg is het gebruik van speciale pictogrammen goed ingeburgerd. Ook deze afbeeldingen kunnen een prima ondersteuning zijn en de herkenning bevorderen. Op www.sclera.be is genoeg materiaal te vinden.

Het kerstevangelie laat zich ook goed vertellen met behulp van een kerststal. De zelfgehaakte figuren die van hand tot hand gaan, maken het een levendig verhaal.

Geraadpleegde literatuur

  • Novum Testamentum Graece, 26e oplage, 1983.
  • Lucas / Acta. Deel 1. De oorsprongen van het geloof. Meinema, Zoetermeer, 2006.
  • NBV Studiebijbel, De Nieuwe Bijbelvertaling met uitleg, achtergronden en illustraties. Royal Jongbloed, Heerenveen, 2008 (1).
  • Ben Hemelsoet en Dirk Monshouwer, Lucas. Lezen naar de gewoonte van Pasen. Vertaling met kanttekeningen. Boekencentrum, Zoetermeer, 1997.
  • H. Mulder, Lucas I. Een praktische bijbelverklaring. Tekst & toelichting. Kok, Kampen 1985.

Alida Groeneveld is predikant-geestelijk verzorger bij ’s Heeren Loo Zorggroep. Daarnaast is zij interim-predikant en begeleidt op aanvraag gemeenten in overgangssituaties en veranderingsprocessen.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken