Menu

Premium

Preekschets Hebreeën 4:10

Achtste zondag van de zomer

‘Want wie Gods rust is binnengegaan, vindt rust na zijn werk zoals God na het zijne.’

  • Bijbelgedeelte: Hebreeën 4:1-10
  • Preektekst: Hebreeën 4:10
  • Thema: Driemaal rust.

Liturgisch kader

De tijd tussen Pinksteren en Advent is de tweede periode van de tijd door het jaar. De liturgische kleur is groen, een kleur die zowel hoop als verwachting uitdrukt. In deze periode wordt de kerk erbij bepaald, dat wij leven tussen de uitstorting van de Heilige Geest en de wederkomst van de Heer. Het is hopen en verwachten in het leven van alledag. Het koninkrijk van God is reeds, maar ook nog niet, en in die spanning leeft de gelovige.

Deze spanning doet ons uitzien naar Gods grote toekomst, terwijl we tegelijk, in het hier en nu, moeten doen wat onze hand vindt om te doen. Beloften zijn vervuld, maar er staan ook nog beloften open. En het leven van alledag brengt, naast hoop en verwachting, ook gebrokenheid, zonde, wanhoop en moedeloosheid met zich mee.

De tekst uit Hebreeën 4 past daarom goed bij de zomerperiode. Er wordt uitgezien naar de toekomst: het rusten bij God in zijn eeuwigheid. Tegelijk gaat het om onze menselijke behoefte, en Gods opdracht, om te rusten tijdens het leven op aarde. De spanning zit erin, dat we die rust, zowel in alledaagse leven als in de eeuwigheid, mis kunnen lopen.

In de prediking blijft die spanning staan. De oproep en belofte om deel te krijgen aan de eeuwige rust en onze portie rust op aarde. Dat dit ook cadeaus van God aan ons zijn. Tegelijk dient de ernst overeind te blijven staan dat deze rust volgens de auteur van de Hebreeënbrief ook misgelopen kan worden. 

Liederen kunnen aansluiten bij het onderwerp rust zowel aardse rust, eventueel gekoppeld aan de rustdag, als de eeuwige rust die de gelovige wordt beloofd. Enkele suggesties: Lichtstad met uw paarlen poorten (Evangelische Liedbundel 413) verwijst naar Hebreeën 4 in het derde couplet. Hebreeën 4 verwijst naar psalmen 95 vers 7-11. Het ligt daarom voor de hand om deze psalm te lezen of te zingen. Liedboek voor de kerken, gezang 428: Jezus, mijn verblijden laat iets van de spanning zien van die rust van God. Voor de schrijver is rust en vrede te vinden bij Jezus in dit leven in een wereld vol moeite. Tegelijk is die rust en vrede pas volkomen als wij bij Jezus in het leven na de dood zijn.

Uitleg

Hebreeën 4 wordt op verschillende manieren ingedeeld. Sommige uitleggers eindigen de eerste alinea bij vers 11, anderen na vers 13. In ieder geval bouwt hoofdstuk 4 voort op de grote lijn van de Hebreeënbrief tot dat moment. De auteur roept zijn lezers op om trouw te blijven aan Jezus en aan het geloof. De situatie van de gemeente zal daarom eentje zijn van geloofsafval of dreigende geloofsafval. De schrijver wil aan de hand van het Oude Testament laten zien, dat het niet goed afloopt met hen die niet op God vertrouwen en afvallig worden.

Voor de context is het belangrijk om hoofdstuk 3 vanaf vers 7 in het achterhoofd te houden. De schrijver citeert hier Psalm 95, waarin verwezen wordt naar Israël in de woestijn (onder andere Exodus 17). Vervolgens legt de schrijver Psalm 95 uit met het oog op zijn hoorders, de christelijke gemeente.

In de tekst van hoofdstuk 4 zou je een ‘theologie van de rust’ kunnen lezen. Dat rust het centrale thema is blijkt al uit het feit dat er tenminste 11 keer naar rust verwezen wordt. (3:11; 3:18; 4:1; 4:3 2 keer; 4:4; 4:5; 4:8; 4:9; 4:10; 4:11). Drie vormen van rust worden onderscheiden.

De eerste rust is de sabbatsrust uit Genesis 2:2. God rustte na zijn werk en daarom draagt hij de mens op de sabbat te houden.

De tweede rust is de landrust. Het volk Israël mag leven in het beloofde land nadat het uit Egypte is getrokken. Maar als gevolg van hun ongehoorzaamheid in de woestijn, mag een hele generatie niet binnengaan in de rust van het beloofde land.  

De schrijver haalt psalmen 95 aan, en legt deze uit met het oog op de toekomst. De schrijver gaat ervan uit dat psalmen 95 door David is geschreven. Daarom moet het wel om een andere rust gaan dan de landrust. Er staat dus nog een rust open, welke?

Dat is de derde vorm van rust: de eeuwige sabbatsrust bij God. Die rust moeten wij nog binnengaan, ze “staat nog open”.

De centrale gedachte in het vierde hoofdstuk is, dat deze belofte open staat voor gelovigen. Maar dat geloofsafval ertoe zal leiden, dat men niet binnen zal gaan in deze rust van God. Zoals het volk Israël na hun ongehoorzaamheid niet mocht binnengaan in de tweede rust. Net als het volk Israël is de gemeente dus bevoorrecht door de belofte, maar als ze die belofte in de wind slaan, zal dat leiden tot oordeel (Lane). Het horen van de belofte, vraagt om het antwoord van geloof en het trouw blijven aan God. Wie dat doet mag binnengaan in de eeuwige rust.

De toon van de schrijver is daarom vermanend en ernstig. Er staat in het geloof wat op het spel: het wel of niet binnengaan in Gods eeuwige sabbatsrust. In het vervolg van hoofdstuk 4 benadrukt hij die ernst door te stellen dat het Woord van God ons hart ontmaskert. En hij zal deze hoop bieden: Dat Jezus Christus onze hogepriester is, die met onze zwakheid meevoelt en bij wie wij hulp en genade kunnen vinden.

Aanwijzingen voor de prediking

Het woord rust zou een goede ingang kunnen vormen voor de prediking. Het woord roept genoeg associaties op: slapen, weekend, vakantie. Het gevoel als de visite of (klein)kinderen de deur uit zijn: eindelijk rust. Of het gevoel van rust als het werk is gedaan. De hoorders zullen de noodzaak voor rust voelen, geen mens kan eeuwig doorgaan. Tegelijk is rust niet vanzelfsprekend in onze samenleving. Het leven is hectisch en chaotisch, er kunnen tropenjaren bij zitten. Soms kun je de rust niet vinden: slapen gaat moeizaam, je hebt stress of je bent overwerkt. Rust moet je tegenwoordig plannen, je moet er actief mee bezig zijn. Rust, zowel fysiek als mentaal, komt dus niet vanzelf. Het vraagt, gek genoeg, om inspanning.

Daarin ligt een mooie brug, naar waar de briefschrijver het met zijn hoorders en met ons over wil hebben: Dat rust krijgen, vraagt om inspanning. Vervolgens zou het passend kunnen zijn de drie vormen van “rust” in de Bijbel uit te werken. Dat wij als mens niet gemaakt zijn om 24/7 door te werken, maar dat God in de ordening van de tijd rust heeft ingesteld (sabbatsrust, sabbatsjaar, jubeljaar). En dat het onze toekomst hoort te zijn, te rusten in en met God in eeuwigheid.

Zoals rust dus om plannen en inspanning vraagt, zo vraagt de schrijver van de Hebreeënbrief aandacht voor inspanning om de rust van het geloof te verkrijgen. Dat is misschien wel een confronterende boodschap voor de kerkmensen van tegenwoordig. Gods rust ga je niet automatisch binnen, die kun je als mens mislopen. De waarschuwende toon van de tekst hoort ook in de prediking een plaats te krijgen. Tegelijk mag de toon wel hoopvol blijven. De mogelijkheid bestaat om binnen te gaan in die rust, en die rust is een belofte voor de gelovigen. Gods rust ga je binnen door je in te spannen voor je geloof en trouw te blijven aan God.

Ideeën voor kinderen en jongeren

Het thema van rust is voor de kinderen te koppelen aan de zomervakantie. Er zijn perioden waarin je naar school gaat en moet leren, maar er zijn ook perioden waarin je mag uitrusten, zoals het weekend en de vakantie. De link naar een soort vakantie bij God die ons in de toekomst te wachten staat, ligt voor de hand. Voor de jongeren, twintigers en dertigers kun je denken aan de hectiek die het dagelijks leven met zich mee brengt. Veel jongeren raken overspannen of krijgen een burn-out. Rust inbouwen in een hectisch bestaan kan moeilijk zijn. Het kan een bemoediging voor hen zijn te weten dat God niet van ons vraagt altijd door te werken. Dat er ook een maat en grens voor werken is. Je mag rusten, zo zijn wij gemaakt.

Deze preekschets is geschreven door Yorick Breemes, predikant bij de Gereformeerde Kerk Hollandscheveld Nieuwlande-Geesbrug.


Geraadpleegd

  • F.F. Bruce, The epistle to the Hebrews, The New International Commentary on the New Testament, Grand Rapids, 1979, 70-83
  • W.L. Lane, Hebrews 1-8, Word Biblical Commentary 47a, Nashville, 1991, 91-104.
  • E. Heen & P. Krey (ed.), Hebrews, Ancient Christian Commentary on Scripture, Downers Grove, 2005, 58-64

Wellicht ook interessant

Bijbelwetenschappen
Bijbelwetenschappen
Basis

De Levende belichaamt onze verwondingen

Wie niet in de gelegenheid was om op de avond van de eerste dag van de week, nu acht dagen geleden, in de vesper het evangelie van die avond te horen (Johannes 20:19-23), zal het op de achtste dag, vandaag, nog wel willen betrekken bij de lezing van het evangelie. We weten niet of het hetzelfde moment was als een week eerder, dat Jezus in het midden van zijn leerlingen, inclusief Tomas, verscheen. Wel waren de deuren opnieuw gesloten. Misschien niet meer uit vrees voor de joden, maar omdat het hart van een van hen, Tomas, nog geopend moest worden.

Bijbelwetenschappen
Bijbelwetenschappen
Basis

‘Opdat ook jullie doen wat Ik jullie heb gedaan’

Volgens de inmiddels overleden opperrabbijn Jonathan Sacks zijn voor een gemeenschap deze drie zaken het belangrijkst: ouders, leraren en gedenken. Ouders en leraren moeten kinderen vertellen over het verleden, om wat toen fout ging in de toekomst te voorkomen en het goede te doen. De onderwerpen in de lezingen van vandaag bevestigen dat belang. Het vertrek uit de slavendienst in Egypte en de voetwassing door Jezus worden nog steeds verteld en herdacht.

Nieuwe boeken