Menu

Premium

Preekschets Matteüs 3:11b-12 – Tweede Advent

Tweede adventszondag

Matteüs 3:11b-12

‘… na mij komt iemand die meer vermag dan ik; ik ben zelfs niet goed genoeg om zijn sandalen voor hem te dragen. Hij zal jullie dopen met de heilige Geest en met vuur; hij houdt de wan in zijn hand, hij zal zijn dorsvloer reinigen en zijn graan in de schuur bijeenbrengen, maar het kaf zal hij verbranden in onblusbaar vuur.’

Schriftlezing: Matteüs 3:1-12

Het eigene van de zondag

Het Kerstfeest komt merkbaar dichterbij. Terwijl veel leesroosters voor de eerste adventszondag een evangelielezing aangeven over het komen van God in het algemeen buigen we nu verder naar Kerst toe. Vaak worden voor de tweede en derde zondag van advent evangelielezingen over Johannes de Doper aangegeven. Zoals het joodse volk door de doper naar Jezus geleid werd, zo laten ook wij ons door Hem leiden.

Dit geeft een eigen accent aan de paarse kleur van Advent. De doper roept op tot boete en inkeer.

Uitleg

Wie op de tweede (en derde) zondag van Advent over Johannes de Doper gaat preken doet er goed aan te beginnen met een (hernieuwde) kennismaking met de doper. Lees nog eens de belangrijkste bijbelpassages over de doper:

  • Lucas 1:5-24, 41, 57-80

  • Matteüs 3 én de parallellen: Marcus 1:1-11, Lucas 3:1-22 en Johannes 1:6-8, 19-34

  • Handelingen 10:37-38, 13:24-25

  • Johannes 3:22-36

  • Matteüs 11:2-19 (Lucas 7:18-35)

  • Matteüs 14:1-12 (Marcus 6:14-29, Lucas 3:18-20)

Verder: er zijn veel monografieën over Johannes de Doper verschenen, maar bij de preekvoorbereiding is een korter hoofdstuk of artikel geschikter. Ik doe enkele suggesties:

  • J. van Bruggen, Het evangelie van Gods zoon, 42-62. Van Bruggen noemt de aandacht voor de doper als een van de kenmerken van de commentarenreeks CNT3 (Open testament, 24).

  • Het tijdschrift Schrift kwam in 2010 met een themanummer over Johannes de Doper: Annette Merz, ‘Johannes de Doper en Jezus. De onderlinge relatie van twee profeten’.

  • B. Witherinton, John the Baptist, in: J.B. Green, ed., Dictionary of Jesus and the Gospels, Leicester 1992, p. 383-391.

In het kader van de tweede adventszondag kies ik als preektekst voor Matteüs 3:11b-12. De doper komt dan vooral als voorloper aan het woord. Het eschatologische en het appellerende van de doper mag ook in de preek doorklinken, maar dat gebeurt in de aankondiging van de Komende.

Johannes’ aankondiging van de Komende staat in een eschatologisch kader. De doper sprak over het hemelse Koninkrijk dat dichtbij kwam (vs. 3) en over het komende oordeel (vs. 7). Ook in beeldspraak: de bijl aan de wortel (vs. 10) en de wan die kaf en koren scheidt (vs. 12). Vermoedelijk sluit deze preektekst daardoor goed aan bij de preken in de voleindingstijd en de eerste adventszondag.

Johannes zegt inhoudelijk niets over het hemelse Koninkrijk. Zijn hoorders moeten er een zekere voorstelling van hebben gehad vanuit de profeten. Verder laat Johannes het aan Jezus over om het evangelie van het Koninkrijk te vertellen. De boodschap van Johannes is vooral appellerend, of zo men wil dreigend te noemen. De toegang tot het komende Rijk is niet vanzelfsprekend. Ook niet voor het joodse volk. Johannes sluit hierin aan bij de oudtestamentische profeten (bijvoorbeeld Amos 5:18).

De ernst van de prediking krijgt extra nadruk door het symbool van de onderdompeling: het afsterven van het huidige leven en het opstaan in een nieuw leven. Deze onderdompeling is zo opmerkelijk dat de profeet er de naam ‘de doper’ aan ontleent.

Deze intensivering van de eschatologische prediking voert de spanning op: het is dichtbij gekomen. Maar het belangrijkste komt nog: ‘Ik doop met water, maar na mij komt Iemand…’ Het moment is nu aangebroken.

In de eschatologie van de oudtestamentische profeten is al sprake van een centrale figuur. Zo bijvoorbeeld in Jesaja 11:1-10, de profetenlezing voor de tweede adventszondag in het A-jaar. Als Johannes Hem ter sprake brengt geeft hij eerst een beschrijving van zijn persoon (11b) en daarna van zijn werk (11c en 12).

De Komende is een unieke persoonlijkheid. Johannes beschrijft Hem in menselijke categorieën. Hij komt, lopend op sandalen. Tegelijk is Hij meer dan een gewoon mens. Zelfs de grote Johannes (Matteüs 3:5, 11:11) valt bij Hem in het niet. Hij beschikt over de Geest, zoals Johannes beschikt over het doopwater. In nog onscherpe contouren komt hier iets van het wonder van de incarnatie in beeld. Johannes brengt ons in de buurt van het Kerstfeest.

Waarom deze bijzondere Persoonlijkheid? Johannes’ eschatologisch georiënteerde prediking maakt het menselijk onvermogen duidelijk. De tekening van de Komende laat ons Gods genade ervaren en wekt verwachtingen.

Over het werk van de Komende zegt Johannes meer, al blijft veel van het beeld nog onscherp. Aanleiding om te focussen op enkele duidelijke elementen. Hij komt dopen met de Geest en vuur. Dat lijkt één handeling: in het Grieks staat het ene voorzetsel ‘en’ voor beide. Ook de komst van de Geest met vuur in Handelingen 2 lijkt in die richting te wijzen. Maar in de context van Johannes’ preek heeft het komende oordeel een dominante plaats en is het vuur het oordeelsvuur (vs. 12). Daarom is de doop met Geest en vuur onderscheidend bedoeld, zoals het scheiden van het graan en het kaf in vers 12 (Schmidt).

Het kan verleidelijk zijn bij de doop met de Heilige Geest te denken aan de vervulling met de Geest als ‘second blessing’. Wellicht is daar in het boek Handelingen en in de brieven van Paulus sprake van. Maar in de prediking van de doper is de doop met de Geest de typering van heel het reddende werk van Christus, dat gepaard gaat met een overvloedige werking van de Heilige Geest. De uitdrukking ‘doop met de Geest’ sluit nauw aan bij de eschatologische profetie van Joël 3:1.

Heel het werk van toe-eigening, wedergeboorte, geloof, rechtvaardiging en heiliging duidt Johannes met één term aan: Christus doopt met de Geest (Calvijn). Op deze manier laat hij heel veel open en wekt hij tegelijk hoge verwachtingen.

Met de doop met vuur bedoelt Johannes het oordeel. Aan het eind van deze eschatologisch geladen perikoop komt het oordeel nog eens terug. Vers 12 is een mooi vertelde gelijkenis die in verschillende varianten in het onderwijs van Jezus terugkomt. Opmerkelijk is de laatste actie in de gelijkenis: het verbranden van het kaf. Daarmee wijkt de gelijkenis af van de gewone praktijk op de dorsvloer. Kennelijk wil de doper de ernst van het oordeel benadrukken. Wie Jezus’ werk afwijst komt niet alleen buiten het Koninkrijk terecht, maar hem staat ook een zwaar oordeel te wachten.

Nu het oordeel aan het eind van de perikoop terugkomt, is Christus het subject. De wan is in zíjn hand. Hoewel Johannes’ woorden alleen maar de vage contouren tekenen van de persoon en het werk van de Komende , is het wel duidelijk dat er alleen bij Hem redding van de komende ondergang is. Wie Hem niet aanvaardt wordt door Hem veroordeeld. Een bij voorbaat krachtig appel om de Komende te volgen.

Aanwijzingen voor de prediking

Om te beginnen een waarschuwing: hoed u voor een betoog over uw eigen opvattingen over Koninkrijk, bekering, eschatologie, doop met de Geest, enz. Zorg dat Johannes aan het woord komt en pas zijn motto op jezelf toe: Hij moet groter worden en ik kleiner (Johannes 3:30).

Leef je in in een toeschouwer of dopeling uit die tijd. Ook als je deze identificatiemethode niet in je preek gebruikt helpt het je om Johannes zelf aan het woord te laten komen. Beleef de toeloop, de doop en de prediking met de ogen, de oren en het gevoel van zijn tijdgenoten. Bedenk wel dat er geen aanwijzingen zijn dat Johannes vrouwen en kinderen doopte.

De preek kan een aanknopingspunt vinden in die van vorige week over Matteüs 24:32-33 of in de profetenlezing uit Jesaja 11:1-10. Wanneer is het zover? Johannes’ optreden is het begin van een antwoord. We komen dichter bij de Hoofdrolspeler die al in Jesaja 11 en andere profetieën genoemd wordt. Johannes laat veel open en wekt hoge verwachtingen. Wie daar in de preek bij weet aan te sluiten doet recht aan de doper en helpt de gemeente om verwachtingsvol naar het Kerstfeest toe te leven. Besef wel dat dit ook verwachtingen wekt. Wat gaan we na Kerst, in de epifanieëntijd zien en ervaren van die krachtige werking van de Geest waarmee Jezus komt?

Ga bij het uitwerken van de preek na of de belangrijkste aspecten van het optreden van de doper in de preek tot hun recht komen: het eschatologische, de dynamiek van het komen, het appellerende en het verschil tussen Johannes’ en Jezus’ prediking.

Voor wie het oecumenisch leesrooster volgt is dit de eerste van twee of drie preken over Johannes. De tweede komt op de derde adventszondag en de derde op de zondag na Epifanie. Dit biedt de gelegenheid op bepaalde vragen over Johannes nog dieper in te gaan. Maar de eerste preek moet wel de belangrijkste aspecten van Johannes’ prediking en doop bevatten.

Aanwijzingen voor de liturgie

Psalm 80, de klassieke introïtuspsalm voor de tweede adventszondag, sluit mooi aan bij de dynamiek van Johannes’ optreden.

De profetenlezing is in het A-jaar Jesaja 11:1-10. Er zijn mooie verbindingen. Aansluitend past Psalm 72. Uit het Nieuwe Testament geeft het oecumenisch leesrooster Romeinen 15:4-13 en Matteüs 3:1-12 aan.

Van de adventsliederen uit het Nieuwe Liedboek is met name 439 geschikt: Verwacht de komst des Heren (LB 126).

Geraadpleegde literatuur

  • J. van Bruggen, Matteüs – Commentaar op het Nieuwe Testament – serie 3, Kampen 1990.

  • J. Schmidt, Das Evangelium nach Matthäus (RNT), Regensburg 1956.

  • L. Floor, De doop met de Heilige Geest, Kampen 1982.

  • J. van Bruggen, Het evangelie van Gods zoon, 42-62.

  • Het tijdschrift Schrift kwam in 2010 met een themanummer over Johannes de Doper: A. Merz, ‘Johannes de Doper en Jezus. De onderlinge relatie van twee profeten’.

  • B. Witherinton, John the Baptist, in: J.B. Green, ed., Dictionary of Jesus and the Gospels, Leicester 1992, 383-391.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken