Menu

Basis

Verhalen verbinden

Meervoudig geloven binnen kaders van Bijbel en belijdenisgeschriften

In ons geloven neemt de Bijbel een centrale plaats in. Betekent dat dat we allemaal hetzelfde en net eender lezen? Zijn er ten aanzien van geloof ook grenzen? Of spelen tijd, plaats en omstandigheden ook een rol? Over de verscheidenheid in onze tijd.

Een simpele vraag: kent u alle teksten uit de Bijbel en de belijdenisgeschriften? Mag ik het antwoord geven, zonder uw reactie af te wachten? Nee, niemand van ons kent de gehele inhoud.

Er valt wat te kiezen

We leven om zo te zeggen van fragmenten uit onze geloofsbronnen. Geen mens die alles weet en alles een plaats geeft in zijn beleving. Dus zeggen ‘Ik leef en geloof overeenkomstig de Bijbel en de belijdenis van de kerk’ is te hooggestemd. Als we dit erkennen, zullen we elkaar niet snel de maat nemen.

De bijbelse en christelijke tradities reiken ons enorm veel aan. Te veel, en daarom maken we keuzes voor wat (vandaag) voor ons vruchtbaar en bruikbaar is. Deze keuzes zijn niet hetzelfde als ‘toelaten wat ons uitkomt’. De geloofsgemeenschap hebben we als tegenover nodig bij het kiezen daarvan. Zij helpt onze keuzes te wegen en bij te stellen. De gemeenschap op haar beurt zal ieders beleving eerbiedigen. Hetzelfde geldt voor de kerken: zij leggen allemaal accenten en die ontstaan eveneens door keuzes.

De geloofsgemeenschap kiest wat uit de tradities voor ons vandaag bruikbaar en vruchtbaar is

Zo ontstaan er verschillen. Welke geloofsweg personen en kerken gaan is vaak ingegeven door hun achtergrond en omstandigheden. Achter twee mensen (of kerken) gaan twee werelden schuil. Beide hebben hun waarde. Door dit te erkennen en te aanvaarden neemt de kans op conflicten af. Ja, verscheidenheid verdiept zo het geloof. Door de ander groeit mijn geloof; mits ik die ander luisterend en open nader. De veelkleurige bedding waarin ik verkeer, beïnvloedt mijn kleur. Door andere kleuren wordt mijn kleur scherper of zachter.

Bijbel en belijdenisgeschriften reiken ons geloofsgoed aan. Je zou kunnen zeggen: zij vormen de kaders. De vraag die daarbij rijst, is: mag je ook buiten de grenslijnen van die kaders geloven? Is het geoorloofd je eveneens door wijsheid en geloofservaringen vanbuiten te laten inspireren? Wat er binnen die kaders is uitgestald, is toch voldoende voor geloof en leven? Waarom dan putten uit bronnen daarbuiten? Binnen die kaders ligt veel rijkdom, inderdaad. Maar de geest van Christus kan ook present zijn in andere bronnen. Immers, na Pinksteren is de hele wereld in het vizier gekomen! Deze nieuwe tijd zegt: durf ook over eigen grenzen heen te kijken.

Belijdenis

Rebekka (niet haar echte naam), van huis uit roomskatholiek, was gevraagd om jeugdouderling te worden. In het voorgesprek kwam de loyaliteit aan de belijdenisgeschriften ter sprake. ‘Nou, dan wil ik die wel eerst lezen’, zei ze. Een paar weken later vertelde ze over haar bevindingen in de kerkenraad. Ze was geschrokken van sommige teksten. Ze herkende zich niet in de manier waarop in sommige teksten over God werd gesproken. Ze voelde zich zelfs gekwetst door de veroordeling van de avondmaalsvisie van ‘haar’ Rooms-Katholieke Kerk. Ze was duidelijk: ‘Daar wil ik me niet mee verenigen!’ En ze vroeg aan de kerkenraad: ‘Zijn jullie het met alles eens?’ Er ontstond een boeiend geloofsgesprek.

Het is goed om eerlijk te zijn dat we met veel bijbelteksten geen raad weten

De conclusie van dit geloofsgesprek was: we moeten ruimte geven en krijgen om vrij met het belijden van de kerk om te gaan. We vormen een gemeenschap waarbinnen ieder lid persoonlijk zijn of haar geloofsweg mag gaan. En de kerkenraad deed de ervaring op, dat door het geloofsgesprek de saamhorigheid toenam.

Bijbel

In het algemeen kunnen we stellen dat voor christenen de Bijbel een belangrijk boek is. Hij is voor hen een bron waaruit ze kracht en hoop halen. Brood voor het hart. Licht op het pad. In die beeldspraak, een basis, vinden we elkaar. Terwijl we dit voluit zeggen, zijn we ons ook bewust dat we brood en licht niet aantreffen in alle bijbelse teksten. Er staan teksten die weerstand oproepen. Regels die in strijd zijn met onze rechtsstaat en oproepen die onze democratie aantasten. Woorden die indruisen tegen de rechten van de mens en daden die omlaaghalen. We komen teksten tegen die ons doen uitroepen: wat bizar! Denk bijvoorbeeld aan goddelijke opdrachten om een groep of volk uit te roeien. Of aan wat we lezen over vormen van seksualiteit en voortplanting. Of aan lichamelijke straffen bij overtreding van regels.

Eerlijkheid

Hoe gaan we in de gemeente om met uiteenlopende meningen over Bijbel en belijdenis?

Het is van belang om eerlijk te zijn dat we met veel teksten geen raad weten. Dat ervaren we in de breedte van onze kerk. Er is geen gelovige te vinden die alles wat in onze bronnen staat kent, aanvaardt en toepast. Dat besef maakt ons mild naar elkaar.

De veelkleurigheid van gemeenten nodigt uit de strijd over geloof te veranderen in kansen

We zullen elkaar geen juk van ‘zo moet het, zo hoort het’ opleggen. Er mag ruimte zijn om teksten uit deze bronnen naast ons neer te leggen. Ja, ze zelfs af te keuren. Evengoed mogen we gebruik maken van wijsheid ‘van buiten’. Maar wel zullen we elkaar steeds liefdevol uitdagen. Waarom kun je niet uit de voeten met sommigen teksten uit de bijbelse en christelijke tradities?

Kern en rand

We doen er goed aan voorzichtig te zijn om te onderscheiden tussen belangrijke en minder belangrijke teksten. Geen streep trekken tussen wat tot de ‘kern’ en wat tot de ‘rand’ behoort. Daarmee kunnen we onszelf en de bron tekortdoen. Rand en centrum zijn geen gescheiden compartimenten. Het centrum vind je soms in de rand en de rand duikt geregeld op in het centrum. Bovendien vergt de situatie waarin je verkeert soms dat je je heil júist bij randteksten zoekt. Persoonlijk heb ik meer dan eens iets al dan niet tijdelijk terzijde gelegd. Evengoed heb ik vruchten geplukt in het kleurrijke landschap buiten de vertrouwde kaders.

Minimum

Ik pleit ervoor om weloverwogen uit te gaan van een minimum aan geloofsgoed en het maximum (het vele) los te laten. Dat minimum hoeft niet voor altijd vast te liggen, maar kan van samenstelling veranderen. Ik spreek van weloverwogen. Dat wil zeggen: we denken daar bewust over na. We laten het minimale geloofspakket niet zondermeer ontstaan. De geloofsgemeenschap is de plek waar die bezinning plaatsvindt. Met elkaar, door elkaar, luisterend naar elkaar. De veelkleurigheid van de meeste gemeenten past daar goed bij. De verscheidenheid nodigt ons uit de strijd over geloof te veranderen in kansen. Veel gemeenten schrijven om de vijf jaar een nieuw beleidsplan. Daarin leggen zij ook meestal verantwoording van geloofskeuzen af.

Zij vullen de zin ‘Wij vinden belangrijk dat…’ nader in. Die verantwoording mag uit minimale geloofsuitspraken bestaan, die door gemeentegesprekken zijn ontstaan.

We leggen geen nadruk op wat we niet onderschrijven. Bovenal delen we waarin we inhoudelijk zij aan zij staan. We kiezen verhalen en regels die liefde aanwakkeren, vrede bevorderen, bewogenheid vergroten en vertrouwen versterken. Dáárin dienen we elkaar te vinden. En dat lukt, omdat we dat allemaal willen.

Sleutels om te openen

Laat ik een voorbeeld geven van een minimale geloofsinhoud met een maximale uitwerking. Het biedt allereerst aanknopingspunten voor het omgaan met verscheidenheid in de gemeente. Daarnaast geeft het kansen om het handen en voeten te geven in het kerkenwerk.

Neem het bijbelse sleutelwoord ontmoeten, dat vooral bij Jezus essentieel is. Om meer zicht op dit begrip te krijgen, kunnen we vijf aspecten onderscheiden:

  • met God (Jezus, de Geest)
  • met geloofsgenoten (eigen gemeente en andere gemeenten, wereldwijd)
  • met de schepping (aarde)
  • met jezelf (wie en waar ben ik?)
  • met de wereld, dichtbij (de buurt, wijk, samenleving) en ver weg (buiten de eigen grenzen).

Elk van deze vijf vraagt om creatieve uitwerking. Bijvoorbeeld: hoe kunnen wij God ontmoeten en hoe kan God ons ontmoeten? Dan komt onder meer het gebed, de eredienst, vergeving in beeld. Of de ontmoeting met de schepping, waar kwesties als klimaat, duurzaamheid, leefbaarheid, gelijkwaardigheid opdoemen.

Enzovoorts. Bij alle vijf komen uiteenlopende geloofsaspecten naar boven.

Daarbinnen is ruimte voor veelkleurigheid, júist veelkleurigheid! Twee zien meer dan één, vier meer dan drie. Je ontvangt met dit begrip ontmoeting een sleutel om je hart, je beleid, je doel en zin te openen. Een gebinte dat ons bindt en verbindt. Dat lost de verschillen niet op, maar je gaat al gaande de verschillen waarderen. Verscheidenheid is geen tekort, maar een plus. Alleen, de vraag is: hoe gaan we daarmee om? Hoe stevig willen we te allen tijde vasthouden aan het eigen gelijk? Durven we het eigen gelijk door anderen liefdevol te laten wegen en misschien om te buigen tot meer geluk voor allen?

Verscheidenheid is geen tekort, maar een plus

We hoeven overigens niet vast te zitten aan het sleutelwoord ontmoeten. Wellicht past in uw gemeente een ander sleutelwoord beter. Bijvoorbeeld ‘vrede bevorderen’ of ‘liefhebben’ of ‘verbinden’ of ‘leven met’. Kies een sleutel waarvan je denkt: daarmee openen wij mogelijkheden samen te geloven en te handelen in naam van Christus. Kies je een andere sleutel dan kun je die op dezelfde manier uitwerken als genoemd bij ontmoeten.

Verhalen als cement

Tot slot. Enige tijd geleden vroeg een gemeente in het kader van vorming en toerusting of ik iets wilde vertellen over mijn biografie als mens en dominee. Wil je met ons delen door wat en wie je bent gevormd? Wat is er door de jaren heen veranderd in je geloofsbeleving en hoe kwam dat? Kun je kruispunten aanwijzen op je geloofsweg? ‘Maar,’ vroeg zij, ‘houd het luchtig.’ Ik voelde me uitgedaagd en nam het verzoek aan. Op een theaterachtige wijze (het moest luchtig!) gaf ik een kijkje in mijn roerselen, getiteld ‘Ik ben die ik ben door verhalen’. Verhalen – daarin ligt voor mij de sleutel om vroom en vrolijk om te gaan met verschillen in de gemeente. Verhalen zijn uitnodigend, schrijven niet voor, versterken de onderlinge verbinding, geven ruimte en kennen doorgaans een open einde.

Verhalen van toen en nu, van ons en hen, van hemel en aarde, van hier en ginds houden ons vruchtbaar bij elkaar. Zij verbinden als cement.

Piet (dr. P.) Schelling is emeritus-predikant van de Protestantse Kerk en publicist.

Verdiepingsvragen namens de redactie

  • De auteur noemt een voorbeeld waarin door het geloofsgesprek de saamhorigheid in de gemeente toenam. Wat is daarvoor nodig?
  • Wat vind je van het citaat: ‘Er mag ruimte zijn om teksten uit deze bronnen naast ons neer te leggen. Ja, ze zelfs af te keuren.’
  • Kun je iets delen met de ander(en) van jouw ‘minimale geloofsinhoud’ en hoe die uitwerkt in je leven van alledag?

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken