Menu

Premium

Waar ga jij zitten?

Bij Lucas 14,1-11

In de lagere klassen van de basisschool staan de namen van de kinderen vaak op hun stoel in de klas. De juf zet de stoelen regelmatig op een andere plek, zodat je niet altijd naast hetzelfde kind zit. De twee fijnste plekjes zijn de stoeltjes die naast de juf staan. Als je daar mag zitten, ben je namelijk het hulpje van de juf en mag je die dag de juf helpen met allerlei taakjes in de klas. Ook de grotere kinderen hebben op school over het algemeen een vaste plek in de klas, alleen staat hun naam niet op hun stoel.

In de bijbeltekst van vandaag staat ook centraal waar je gaat zitten, tijdens een feestelijke maaltijd. Als opmaat naar deze tekst kun je met de kinderen een gesprekje aanknopen over waar zij zouden gaan zitten als ze geen vaste plek hadden in hun klas.

Vraag eerst hoe het eraan toegaat bij hen in de klas. Hebben ze allemaal een vaste plek? Staat hun naam op hun stoel? Wie heeft deze plek bepaald?

Vraag eens welke plek in de klas favoriet is. Het plekje naast de juf of meester, of een plekje bij het raam of bij de deur?

Vraag ook hoe de juf en de andere kinderen zouden reageren als je eens op een andere plek zou gaan zitten. Bijvoorbeeld op de plek van een klasgenootje, of zelfs op de plek van de juf of meester.

Hiermee kun je kort de overstap maken naar het bijbelgedeelte. Misschien kun je het gedeelte laten lezen door een van de oudere kinderen, bijvoorbeeld uit de Bijbel in Gewone Taal.

Liedsuggestie
Een aantal verzen uit (Nieuw) Liedboek voor de kerken 2013 990, ‘De laatsten worden de eersten’, of (Nieuw) Liedboek voor de kerken 2013, 991.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken