Menu

Basis

Zing met elkaar psalmen, hymnen en liederen die de geest u ingeeft

Samen zingen in de liturgie zorgt voor verbinding met elkaar en een veelstemmig verbonden zijn met de Ene. Samen zingen in de liturgie is ook samen belijden.

 

Aan het einde van zijn evangelie vertelt Lucas dat Jezus zijn leerlingen zegent en opgenomen wordt in de hemel. De leerlingen ‘keerden in grote vreugde terug naar Jeruzalem, waar ze voortdurend in de tempel waren en God loofden’. Toen Lucas zijn verhaal over Jezus opschreef, was de tempel al verwoest door de Romeinen. Maar zijn woorden vertellen ons dat er geen directe breuk is met het Jodendom. De leerlingen waren joods, de eerste christenen waren joods, en ook Paulus was joods.

Joden die in de jood Jezus oude beloften waarheid zagen worden; Hij is de messias. Pas veel later is deze ‘christelijke sekte’ losgeweekt en ‘kerk’ geworden.

Oude liederen nieuw gekleurd

De eerste christenen gingen naar de tempel en de synagoge. Op de eerste dag van de week kwamen ze in alle vroegte samen om de opstanding te vieren van de Heer. Of ze daar een liturgie voor hadden, is onduidelijk. Ze vierden de Maaltijd. En ze zullen gezongen hebben. Daarvoor vinden we al aanwijzingen in de brieven van Paulus van rond het jaar 50, en daarmee de oudste documenten uit het Nieuwe Testament. Hij roept de gemeente van Ezefe op: ‘… en zing met elkaar psalmen, hymnen en liederen die de Geest u ingeeft’ (in de brief aan de Efeziërs 5:19). Veel psalmen, hymnen en liederen waren de joodse christenen allang bekend uit de tempel en synagoge. Ook daarin was er geen directe breuk. Het oude werd nieuw gekleurd. Het geloof in Christus bracht nieuwe liederen voort.

De lofzang van Simeon in de tempel

 

DE LOFZANG DIE SIMEON ZONG IN DE TEMPEL, MET HET KIND JEZUS IN ZIJN ARMEN (UIT LUCAS 2:25-35).
 

Ontwaak

In de brieven van Paulus vinden we sporen van liederen die in de vroege gemeente geklonken zullen hebben. Ouder nog dan de lofzangen van Maria en Zacharias die later in de kerk zo’n belangrijke plek kregen in de getijdengebeden. In Efeziërs 5:14 lezen we:

‘Ontwaak uit uw slaap, sta op uit de dood, en Christus zal over u stralen.’

Dat Paulus deze hymne citeert, betekent dat deze al in gebruik was in de gemeente. De woorden belijden dat Christus voor ons de nieuwe dag is, dat Hij ons bevrijdt uit doods bestaan. Of zoals Paulus het schrijft aan de gemeente in Rome: ‘De nacht loopt ten einde, de dag nadert al. Laten we ons daarom ontdoen van de praktijken van de duisternis en ons omgorden met de wapens van het licht’ (Romeinen 13:12).

Paulus schrijft ook aan jonge gemeenten uit niet-joden die helemaal niet bekend waren met de liederen uit de joodse traditie, zoals die in Filippi. Ook daar zal het aan zingen niet ontbroken hebben. Het vermoeden bestaat dat Filippenzen 2:6-11 zo’n lied is vol met lofprijzing en belijden. Of zoals de hymne zelf zegt ‘elke tong zal belijden: Jezus Christus is Heer’.

Belijden

Wanneer Paulus oproept te zingen en hymnen citeert, is dat altijd verbonden met een oproep om al het wereldse te mijden. De duisternis verlaten voor het licht, opstaan uit de dood in nieuw leven. Alsof ook Paulus door heeft dat zingen existentiële concentratie is, waarmee je je met lijf en ziel verbindt aan de Heer en zijn toekomst. Samen zingen in de liturgie is verbinding met elkaar en een veelstemmig verbonden zijn met de Ene.

Samen zingen in de liturgie is ook samen belijden.

 

Harold Schorren is predikant van de wijkgemeente Laurenspastoraat, citypastor van Rotterdam en redactielid van Open Deur.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken