< Terug

Zout en licht

Zout en licht

Bij Jesaja 43,9-12 en Matteüs 5,13-16

Gesprek

Nodig: kartonnen borden met teksten als in de tekst aangegeven en in ieder geval ‘goede dingen doen’ en ‘van God houden’.

Introductie: Leid het thema in met een ‘proefje’: chips en brood zonder zout laten proeven, of ontdekken wanneer een lamp het meeste licht geeft – in een stolp, onder een mand of in de vrije lucht? Op internet zijn nog meer soortgelijke introducties op het thema te vinden. Zie ook voorgaande jaargangen van De Eerste Dag.

Maar dan… Wanneer we de oud- en nieuwtestamentische lezing van vandaag aan elkaar koppelen, dan rijst de vraag: waar getuigen we eigenlijk (nog) van?

Vertel dat we op zondag met een heleboel mensen bij elkaar komen. Maar waarom doen we dat eigenlijk? Vertel dat jij weleens met mensen praat die het daarover hebben. Vertel aan de hand van de bordjes wat jij allemaal hoort (en dat mag best een beetje provocerend zijn), bijvoorbeeld: ‘In onze kerk zijn aardige mensen’, ‘De dominee is een toffe peer/heel knap’, ‘De koffie is lekker’, ‘De ramen zijn zo mooi’. Gebruik bewust voorbeelden die de kinderen ruimte geven om je aan te vullen.

Vraag nu aan de kinderen waarom zij naar de kerk komen. Betrek eventueel ook de volwassenen bij het gesprek. Waarom komen zij naar de kerk?

Bespreek vervolgens dat een heleboel mensen níet naar de kerk gaan. Wat missen zij? Wat zouden we ze willen laten zien of vertellen?

Conclusie: Kom eventueel nog terug op je introductie. Vertel dat jullie net hebben bedacht wat ‘zout’ zijn betekent, c.q. hoe jullie je licht kunnen laten schijnen.

Jezus vertelt ons wat Hij van ons wil: dat we goede daden doen, en van God houden. Gelukkig had jij daar al bordjes voor gemaakt / Gelukkig hadden jullie dat al met elkaar bedacht (spreek uit wat van toepassing is).

Marlies Meijer

< Terug