Leven van Gerondas Païssios van de Athos

Ter nagedachtenis aan Moeder Maria, hegoumena van het Klooster Moeder Gods Geboorte in Asten, die om deze vertaling gevraagd had. Hij zei: “In het begin is het heel pijnlijk om zijn familie te verlaten om in te treden in de grote familie van Adam, van God.” Daarom leed hij zeer, of liever, hij brandde, in het begin van zijn verzaking aan de genegenheid voor zijn familie. Maar hij streed moedig en met Gods genade maakte hij zijn hart en zijn geest los van zijn familie en slaagde hij erin tot een volledig vreemdelingschap te komen. De Gerondas vertelde: “Toen ik kwam om monnik te worden, hield ik veel van mijn moeder en mijn broer. Ik maakte mij weinig zorgen over de rest van mijn familie. Op een dag hoorde ik stemmen op de binnenplaats van het Klooster. Ik keek naar buiten en zag dat het mijn broer was die mij was komen halen. Ik ben naar mijn cel gegaan en huilde lange tijd. Dat was het! Daarna was het over. Ik heb mijn gezicht gewassen en ging terug. Het was voorbij.”
Lees meer >
35,95

Je bestelt en rekent af bij: Boekenwereld

  • Boekenwereld.com: onze eigen boekwinkel
  • Veilig winkelen, bestellen en betalen
  • Regelmatig gratis e-books
Bindwijze
Hardcover
  • Taal: Nederlands
  • ISBN: 9789079889501
  • Pagina's: 512
  • Publicatiedatum: 30-03-2017
Op voorraad

Gratis verzending

Op werkdagen voor 21.00 besteld, volgende werkdag in huis (NL)

Je bestelt en rekent af bij: Boekenwereld

  • Boekenwereld.com: onze eigen boekwinkel
  • Veilig winkelen, bestellen en betalen
  • Regelmatig gratis e-books

Thuiswinkel waarborg

Onze veilige betaalmethoden:
  • Ideal
  • Mastercard
  • VISA
  • Bancontact
Bekijk de inhoud van dit boek ➔
Ter nagedachtenis aan Moeder Maria, hegoumena van het Klooster Moeder Gods Geboorte in Asten, die om deze vertaling gevraagd had. Hij zei: “In het begin is het heel pijnlijk om zijn familie te verlaten om in te treden in de grote familie van Adam, van God.” Daarom leed hij zeer, of liever, hij brandde, in het begin van zijn verzaking aan de genegenheid voor zijn familie. Maar hij streed moedig en met Gods genade maakte hij zijn hart en zijn geest los van zijn familie en slaagde hij erin tot een volledig vreemdelingschap te komen. De Gerondas vertelde: “Toen ik kwam om monnik te worden, hield ik veel van mijn moeder en mijn broer. Ik maakte mij weinig zorgen over de rest van mijn familie. Op een dag hoorde ik stemmen op de binnenplaats van het Klooster. Ik keek naar buiten en zag dat het mijn broer was die mij was komen halen. Ik ben naar mijn cel gegaan en huilde lange tijd. Dat was het! Daarna was het over. Ik heb mijn gezicht gewassen en ging terug. Het was voorbij.”