Menu

Joke J. Hermsen – Rivieren keren nooit terug

Jeany van den Berg

Deze boekrecensie verscheen in het tijdschrift Ouderlingenblad, maart 2021 (1123) in de rubriek ‘Bladwijzer’. In deze rubriek wordt om de maand een boek besproken, ter introductie en als handreiking voor leesgroepen. Het 4e boek in deze nieuwe rubriek: Rivieren keren nooit terug van Joke Hermsen.

Enkele jaren geleden peddelde ik met een vriendin op een huurfietsje door de stad van onze studentenjaren. Hier was de sociëteit, daar hadden we onze koorrepetities, weet je nog? Ik zag mijn oude kamer terug. Wat was die klein, had ik daar met zoveel plezier gewoond? En wat was het uitzicht veranderd door de hoge bomen. De repeterende droom over die kamer en een scriptie die maar niet afkomt, komt sinds die tocht nauwelijks meer voor.

Terug naar toen, wat heeft het voor zin? Waarom willen we dat soms? Kan het leven alleen achterwaarts worden begrepen – zoals Kierkegaard stelt?

Inhoud

Ook Ella Theisseling, hoofdpersoon in Rivieren keren nooit terug, houdt zich met deze stelling bezig (pag. 133).

Het overlijden van haar vader brengt Ella in een depressieve stemming en ze besluit in haar eentje op reis te gaan naar Zuid-Frankrijk. Ze heeft warmte en licht nodig. Ze hoopt die te vinden in de regio waar ze als kind met haar ouders en broer de zomervakanties doorbracht: het gebied van de rivier de Gardon, daar beleefde ze ook haar eerste liefde. De reis ernaartoe levert haar veel op: herinneringen, ontmoetingen, bezoek aan kathedralen en musea en antwoorden op de vraag wie ze is en in welke relatie ze staat tot haar vader en moeder. Ella gaat een grote uitdaging aan: een reis in haar eentje en confrontaties met haar verleden.

Ella reist door het Franse land, maar ook door de tijd

Ook de lezer die met haar mee wil gaan, gaat daarmee een uitdaging aan, want zoals in het leven alle ervaringen samen een complex geheel vormen, zo heeft dit boek meerdere verhaallagen.

Structuur en perspectief

Ella reist niet alleen door het Franse land, maar ook door de tijd en de lezer merkt dat. Wie kent dat niet, dat een geur een herinnering oproept, of dat een onverwachte ontmoeting het geheugen aanspreekt en je een gebeurtenis laat herbeleven? Herinneringen ontstaan ook associatief, vaak gewoon tussen de bedrijven door, tijdens het autorijden of onder de afwas. Ella’s zintuigen staan op scherp en de schrijfster beschrijft haar zoektocht overtuigend door te spelen met structuur en vertelperspectief.

Het boek bestaat uit vijf delen, elk voorzien van een titel. Alle delen bevatten 7, 8 of 9 korte genummerde hoofdstukken. Het heden van het verhaal (de gebeurtenissen onderweg naar het zuiden) heeft de zij-vorm en de verleden tijd, in die hoofdstukken wordt óver Ella verteld. Gebeurtenissen in Ella’s jeugd zijn geschreven in de ik-vorm en in de tegenwoordige tijd, Ella vertelt die zelf. Daarnaast komen enkele brieven, dagboekfragmenten, een sprookje en dromen voor. Chaotisch? Of juist heel doeltreffend?

Past deze vormgeving bij de inhoud?

Verhaallijnen en spanningsopbouw

De roman begint in de ik-vorm, in het verleden, bij de rivier de Gardon, bij de oude Romeinse brug, waar Ella haar eerste liefde beleefde. In het jaar dat zij en haar jeugdvriendje Marc ‘uit de toverkring van de kinderlijke verbeelding werden gestoten’, toen ze stonden ‘te trappelen op de rand van het nest en de wetten, bevelen en reprimandes van zich afschudden’. (pag. 10) Wie herinnert zich niet uit zijn jeugd de keren dat je tegen de wil van je ouders in ging en al struikelend je eigen weg zocht? Welke gebeurtenissen waren, achteraf gezien, daarbij bepalend?

Eén van de verhaallijnen in deze roman draait rond dat proces van volwassen worden. In al die flarden herinneringen ontdek je als lezer welke relatie Ella heeft met haar vader en haar moeder. Je kunt je daarbij afvragen welke rol ze had of, sterker nog, op zich nam en of die rol goed was voor een opgroeiend kind. Herkennen we dat, dat jeugdervaringen gevolgen hebben voor ons leven als volwassene?

Ook een reisverhaal, langs steden met een boeiende geschiedenis

In hoofdstuk twee komt de volwassen Ella naar voren: wie is ze, wat is er gebeurd, waarom is ze in Frankrijk en gaat ze naar het archief in Parijs? Je nieuwsgierigheid wordt niet meteen bevredigd. Het kost niet alleen tijd om Ella te leren kennen, maar ook om antwoorden op deze vragen te krijgen. Het boek leest als een speurdersroman én als een psychologische roman. Vindt Ella wat ze zoekt?

Herkrijgt ze evenwicht in haar bestaan? Kan ze haar vaders overlijden een plek geven? Allemaal vragen die maken dat je geboeid blijft, ook als Ella oponthoud heeft in Franse stadjes. Daardoor leest het boek ook als een reisverhaal. Je komt in steden met een boeiende geschiedenis en als je via internet van alles opzoekt, kun je zelfs ‘ter plekke’ zijn.

Decor en motieven

Ga dus met Ella mee op reis en geniet van de oude stadjes waar ze onderweg verblijft. Een roman waarin het verleden van de hoofdpersoon zo centraal staat, verdient een passend decor en dat is het oude Frankrijk van de Morvan, Bourgondië en de Gard.

Ella laat het mes naar twee kanten snijden: op weg naar het zuiden kan ze als kunsthistorica meteen enkele kathedralen en musea bezoeken. Zo komt ze in Autun in Musée Rolin om daar de Eva van Gislebertus te bewonderen, een reliëf in steen. Ze is verwonderd, ze herkent er een zwemmende vrouw in.

De roman is gericht op verklaringen en betekenis geven

Het is een kleine moeite om een afbeelding van dit reliëf op internet te vinden, maar ik kwam geen interpretatie tegen van een ‘zwemmende vrouw’. Waarom ziet Ella dat er wel in? Misschien kun je pas aan het eind van het boek een antwoord op deze vraag vinden. Let namelijk eens op hoe vaak ‘zwemmen’ in het boek voorkomt. Het eerste hoofdstuk begint er al mee: Ella en Marc klauteren bovenop de Romeinse brug over de Gardon bij Collias. ‘We zijn klaar voor de sprong en besluiten zonder voorbehoud. Dit is niet de leeftijd om te twijfelen.’ (pag. 10)

De brug, de stromende rivier, water en zwemmen – verhaalmotieven die steeds terugkeren en die steeds meer betekenis krijgen. Pas als je het boek gelezen hebt, krijgen ook de twee motto’s op pagina 5 een betekenis.

Thematiek

De hele roman is gericht op verklaringen en betekenis geven. ‘Verklaringen kunnen troost bieden,’ antwoordt Ella op een gegeven moment. (pag. 241) Alles heeft met elkaar te maken, maar je kunt je afvragen of het niet wat te veel is. Er zijn veel mooie zinnen die tot nadenken aanzetten. Veel toevallige ontmoetingen met boeiende mensen die een rol hebben in Ella’s zoektocht. Veel pijnlijke jeugdervaringen. Veel verwijzingen naar klassieke literatuur en kunst. Komt het thema juist daardoor goed tot zijn recht? Of overspoelen ze je als lezer? Geen enkel antwoord zal goed of fout zijn, onze eigen (lees) ervaringen bepalen onze persoonlijke conclusies.

De auteur

Joke J. Hermsen (1961) studeerde literatuur en filosofie in Amsterdam en Parijs. Ze promoveerde in 1993 in Utrecht en in 1998 debuteerde zij bij de Arbeiderspers met de roman Het dameoffer. Sindsdien verschenen meerdere essays en romans, waaronder de essaybundel Kairos, in 2014 het best verkochte filosofieboek.

Joke J. Hermsen, Rivieren keren nooit terug, de Arbeiderspers 2018, (ISBN 9789029505437), 264 blz., € 12,50 (paperback), € 7,49 (e-book).

Jeany (mw. drs.) van den Berg studeerde Nederlandse Taal en Letterkunde en was jarenlang docente Nederlands voor havo en vwo in Kampen. Tegenwoordig schrijft zij op verzoek levensverhalen.

Joke J. Hermsen – Rivieren keren nooit terug

Enkele jaren geleden peddelde ik met een vriendin op een huurfietsje door de stad van onze studentenjaren. Hier was de sociëteit, daar hadden we onze koorrepetities, weet je nog? Ik zag mijn oude kamer terug. Wat was die klein, had ik daar met zoveel plezier gewoond? En wat was het uitzicht veranderd door de hoge bomen. De repeterende droom over die kamer en een scriptie die maar niet afkomt, komt sinds die tocht nauwelijks meer voor.

Boekomslag Rivieren keren nooit terug van Joke J. Hermsen
Boekomslag Rivieren keren nooit terug van Joke J. Hermsen

Nieuwe boeken