Menu

Joseph Roth – Job

Jeany van den Berg

Roman over een eenvoudige man

Deze boekbespreking is afkomstig uit Ouderlingenblad, januari 2021. In de rubriek ‘Bladwijzer’ wordt om de maand een boek besproken, ter introductie en als handreiking voor leesgroepen. Het derde boek in deze rubriek:

Joseph Roth, Job, vertaling Wilfred Oranje, L.J.Veen Klassiek (ISBN 978 90 204 1402 8), hardcover € 21,00, paperback € 12,50, e-book € 9,99.

Er was eens een rijk man… In een groot bos woonde eens… Er was eens een molenaar… Wie kent deze beginzinnen niet? De wereld van de sprookjes kennen we uit onze kinderjaren. Ik heb ze verslonden, de sprookjes in de dikke bundel van de gebroeders Grimm. Een zwart-wit wereld waarin het leed dat een mens trof, werd omgebogen in geluk. Assepoester, Hans en Grietje, Repelsteeltje, noem ze maar op, uiteindelijk loopt het goed af.

Maar zo is het werkelijke leven niet. Met dat inmiddels verworven inzicht begon ik aan het boek van Joseph Roth waarvan de eerste zin luidt: ‘Vele jaren geleden leefde in Zoechnov een man die Mendel Singer heette.’ Die zin deed bellen van herkenning rinkelen. Een sprookje? Maar de titel dan? Job? Genoeg associaties om in het achterhoofd te houden tijdens het lezen.

Inhoud

De wereld van Mendel Singer zal de lezer van nu onbekend voorkomen.

We komen terecht in een klein Oost-Europees dorp aan het eind van de negentiende eeuw. Mendel Singer is een joodse onderwijzer die aan huis, in zijn keuken, kinderen bijbelles geeft. Hij verdient daarmee een bescheiden inkomen voor zijn vrouw Debora en hun vier kinderen. Als we zijn leven binnenkomen, moet het vierde kind nog geboren worden. Het wordt een jongetje, Menoechem, maar al snel blijkt dat het kind zich niet goed ontwikkelt. Mendel en Debora gaan elk op hun eigen manier met dit kind om. Debora wil alles doen ter verbetering, de strijd voor gezondheid voor haar zoon wordt een obsessie. Mendel berust, ‘je moet je noodlot dragen’.

Hoe gaan zij om met het onbekende…? Hoe zouden wij…?

De twee oudere zonen en de dochter groeien op. Ook om hen hebben Mendel en Debora hun zorgen. De jongens worden opgeroepen voor het leger en Jonas gaat. Sjemarja wil niet en hij grijpt de kans om naar Amerika te gaan. Mirjam flirt met elke kozak die ze ontmoet en dat is een doorn in het oog van haar ouders. Als zoon Sjemarja hun de mogelijkheid geeft om naar Amerika te gaan, dan zien ze daarin de kans om Mirjam te ‘redden’, maar ten koste van Menoechem, hij moet achterblijven bij mensen die voor hem willen zorgen.

Mendel, Debora en Mirjam wagen de overtocht naar Amerika. Een wereld die voor hen net zo vreemd is als de Oost-Europees-joodse wereld voor ons, lezers, is. In die wereld moeten ze hun weg vinden en dat blijkt niet simpel.

Opbouw

Het boek bestaat uit twee delen. Het eerste deel beschrijft het leven van Mendel Singer en zijn vrouw en kinderen in het dorp Zoechnov. We hebben te maken met een alwetende verteller, maar hij richt vooral de aandacht op Mendel, waardoor hij duidelijk de hoofdpersoon is.

Het tweede deel speelt zich af in Amerika, in New York, in een wijk voor joodse emigranten. Door die pagina wit tussen het eerste en tweede deel ontstaat ook in vormgeving een duidelijk contrast tussen de beide werelden waarin de familie Singer leefde.

Stijl

Joseph Roth is een verteller die met prachtige zinnen de mensen en hun omgeving kan typeren. Op de eerste bladzijde al: ‘God had zijn (= Mendels) lendenen vruchtbaarheid, zijn hart gelijkmoedigheid en zijn handen armoede geschonken.’ En veel later, in deel 2 op pagina 125: ‘Zo wandelde hij (= Mendel) door de tijd de ouderdom tegemoet, van ochtendgebed naar avondgebed, van ontbijt naar avondmaal, van het moment van ontwaken naar de slaap.’

Het leven van een volwassen mens: anders, maar ook vergelijkbaar

Roth schildert met taal. Opvallend vond ik het kleurgebruik en de beelden waarmee hij ons de omgeving voor ogen tovert. Let eens op al die passages waarin hij woorden als zilver, goud, sterren, blauw en spiegels gebruikt. Waar en wanneer komen ze voor? Wat roept hij ermee op? Is er meer betekenis aan te geven dan alleen sfeer- en natuurbeschrijving?

Thematiek

Niet alleen de stijl van het boek is de moeite waard om bij stil te staan. Dat geldt ook voor de thematiek. De ondertitel luidt: Roman over een eenvoudige man. In 207 pagina’s ontrolt zich het leven van een volwassen mens. Anders dan het onze, alleen al door een andere traditie, een andere tijd en een andere cultuur. Maar toch vergelijkbaar, want ook onze levens kennen hoogte- en dieptepunten. Ook wij moeten ons verhouden tot wat ons overkomt. We kennen de vragen: heeft wat ons treft te maken met onze leefstijl, met ons gedrag? Is het noodlot of besturing? Is wat ons toevalt een wonder of eigen verdienste of simpelweg geluk hebben? Je ziet in dit boek Mendel worstelen. Roth heeft dit boek niet voor niets de titel Job meegegeven. Mendel ‘was vroom, godvrezend en gewoon, een doodgewone jood.’ (pag. 7) Er zijn herhaalde malen toespelingen op de Bijbelse Job. Het is dan ook boeiend om de raakvlakken en overeenkomsten op te sporen. Maar wellicht zijn er ook verschillen te bespreken.

Motieven

In dit boek ontwikkelt zich ook de relatie tussen Mendel en Debora. Zij maken in hun huwelijksleven hetzelfde mee, maar gaan er verschillend mee om en dat brengt verwijdering. Wie kent dat niet? Ingrijpende gebeurtenissen kunnen mensen dichter bij elkaar brengen, maar ook verwijdering veroorzaken. Dit motief komt ook in andere literaire teksten voor. Willem Elsschot heeft in zijn gedicht Het huwelijk schrijnend die verwijdering beschreven, Roth doet dat op zijn manier. Pak dat gedicht er eens bij en sla bijvoorbeeld pagina 43 van dit boek erbij open. Verrassend vond ik dat.

Een ander raakvlak: Mendels zoon Sjemarja ontvlucht zijn land om aan het leger te ontkomen. In Amerika zou hij het gaan maken. Doet zijn geschiedenis niet denken aan het gedicht De tuinman en de dood van P.N. van Eijk? En een laatste: Mendel Singer wordt oud in Amerika. Hij deed me steeds meer denken aan de oude Jacob die zijn land verliet en naar Egypte trok. Wat won hij ermee? Wat raakte hij kwijt?

Het universele thema van de hoop op een godswonder

Het boek Job is het waard om vaker gelezen te worden. Het is haast een voorwaarde om te ontdekken hoe de schrijver steeds een bodem legt voor latere gebeurtenissen, vooruitwijzingen geeft. Maar ook om de rijkdom aan motieven, om de stijl, en vooral om het universele thema van de hoop op een godswonder. Een sprookje?

Auteur

Moses Joseph Roth (Brody, 2 september 1894 – Parijs, 27 mei 1939) was een Joods-Oostenrijks schrijver en journalist. Hij kwam uit het stadje Brody in de oostelijke uithoek van Galicië, een gebied dat tegenwoordig onder Oekraïne en Polen valt. Zijn boek Job is van 1930. Het kan niet anders of ervaringen uit zijn eigen leven heeft hij hierin verwerkt.

Jenny van den Berg studeerde Nederlandse Taal en Letterkunde en was jarenlang docente Nederlands voor havo en vwo in Kampen. Tegenwoordig schrijft zij op verzoek levensverhalen.

Joseph Roth – Job

Joseph Roth, Job, vertaling Wilfred Oranje, L.J.Veen Klassiek (ISBN 978 90 204 1402 8), hardcover € 21,00, paperback € 12,50, e-book € 9,99.

Er was eens een rijk man… In een groot bos woonde eens… Er was eens een molenaar… Wie kent deze beginzinnen niet? De wereld van de sprookjes kennen we uit onze kinderjaren. Ik heb ze verslonden, de sprookjes in de dikke bundel van de gebroeders Grimm. Een zwart-wit wereld waarin het leed dat een mens trof, werd omgebogen in geluk. Assepoester, Hans en Grietje, Repelsteeltje, noem ze maar op, uiteindelijk loopt het goed af.

Boekomslag Job van Joseph Roth
Boekomslag Job van Joseph Roth

Nieuwe boeken