'De deur naar de toekomst gaat open.' Tjerk de Reus recenseert Niet zonder hoop
Geloof is de hoop op bevrijding, schrijft Tomás Halík in zijn nieuwe boek Niet zonder hoop. Bevrijding waaruit? ‘Uit de kerker van het eigen ik’, aldus Halík, ofwel: ‘het hopeloze om zichzelf heen cirkelen’.
Een boek over hoop, dat is iets oer-christelijks. Vanouds behoort de hoop samen met het geloof en de liefde tot de christelijke deugden. Hoop is ook typisch christelijk in de zin dat ze verder reikt dan het hier-en-nu.
Hoop is gericht op het mysterie van een toekomstige vervulling. Dat we dit dus niet in de vingers hebben, is voor Tomás Halík (1948) een belangrijke notie. In zijn deze week verschenen boek Niet zonder hoop schrijft hij geregeld over hoop die vooral gericht is op iets in het hier-en-nu. Daarvan moeten we toch een beetje loskomen, vindt hij. Hoe je dit moet opvatten, wordt duidelijk als je de tijd neemt om de vijftien hoofdstukken van Niet zonder hoop te lezen.
Zoals altijd bij Halík lukt dat alleen als je geduld en concentratie kan opbrengen. Mediterend lezen, niet meer dan een hoofdstuk per dag – dat is waarschijnlijk het beste advies. Maar dan krijg je er ook veel voor terug: gedachten en inzichten die je verrassen en aan het denken zetten.