Bemoediging of ontmoediging
Redactie Theologie.nl
Nu zo ongeveer iedereen met vakantie is, heb ik de gelegenheid te baat genomen alle reacties, die tot nu toe naar aanleiding van mijn boek Marginaal en missionair zijn verschenen te ordenen en nog eens over een en ander na te denken. één ding licht ik er nu uit: de meesten voelen zich door het boek bemoedigd tot zeer bemoedigd. Enkelen voelen zich door het boek juist ontmoedigd. In beide gevallen proef ik in de reacties vaak een diepe emotie.
Wanneer het gaat om de reacties, die het boek als bemoedigend ervaren proef ik de emotie van gekend te zijn in de eigen verlegenheden. Veel mensen is de neergang van alles wat hen lief was in kerk en geloof overkomen als een verdriet, waarover ze nauwelijks konden praten. Bij geloven hoort immers zoiets als de kracht van het positief denken. Je moet niet zeuren. Neergang is er ook altijd wel geweest, maar er komen vast wel weer andere tijden. Of vromer gezegd: Jezus heeft overwonnen, houd goede moed. Veel mensen hebben echter geen gelegenheid gekregen hun verdriet, pijn en vragen uit te spreken. ‘Samen zaten we op de meisjesvereniging, samen deden we belijdenis, maar van mijn hele vriendinnengroep van vroeger ben ik nu nog de enige, die naar de kerk gaat. Hoe komt dat toch? Wat is er met ons gebeurd?’.
Bij mij rees de laatste maanden de vraag: in hoeveel gemeenten zou deze voor zeer velen herkenbare problematiek in de afgelopen jaren gethematiseerd zijn? Hebben we het onderwerp gemeden als te lastig, te deprimerend en zo gedacht: wanneer je er niet teveel over praat, valt het probleem nog wel een beetje mee? Intussen gaan soms ook de kinderen van het enige meisje, dat overbleef, niet meer naar de kerk. Dat komt nog harder aan dan dat de vriendinnen van vroeger niet meer gaan.
Allerlei mensen hebben in mijn boek iets herkend van hoe zij zelf de tijd ervaren, waarin wij leven. Mijn spreken over een oordeel van God, vonden sommigen van hen nogal heftig, maar omdat ik het verbind met het kruis van Christus, die meer dan iemand anders onder de afwijzing heeft geleden en die tegelijk Gods oordeel over die afwijzing heeft gedragen,, vonden ze het tegelijk ook troostvol.
Wanneer het gaat om de reacties van hen, die het boek als ontmoedigend ervaren proef ik de emotie van angst voor verlamming. Soms las ik tussen de regels door (vooral bij predikanten) iets van: als dit waar is wat Dekker allemaal schrijft, raak ik mijn drive om er tegenaan te gaan kwijt. Sommige collega’s putten zich ook uit in het opsommen van zegeningen. Heb je wel oog voor het feit, dat er ook vandaag veel mensen tot geloof komen, schreven ze? Denk aan het grote succes van de Alphacursussen. Tegen al deze collega’s en gemeenteleden wil ik zeggen: gaat u vooral door met God te danken voor de zegeningen en wees ook creatief in het missionaire werk. Ik wil er graag van horen en ik wil er graag van leren. U heeft trouwens in de laatste hoofdstukken van mijn boek toch wel kunnen lezen, dat ik ook doorga met het beproeven van missionaire mogelijkheden en dat het gesprek met de agnostische tijdgenoten mij zeer ter harte gaat.
Bij mij kwam in dit verband de vergelijking op met de tijd van Elia, waar de bijbel zo aangrijpend en beeldend over vertelt. Elia lijkt de enige te zijn, die nog overtuigd is van het unieke van JHWH. Dan opeens blijkt er echter ook een Obadja te zijn, die honderd profeten van JHWH op een geheime plaats onderhoudt. Geweldig. Dat bestaat ook! Even later zegt God zelfs tegen Elia, dat er nog zevenduizend zijn, die de knie voor Baäl niet gebogen hebben. Zevenduizend is een symbolisch getal, in werkelijkheid kunnen het er nog meer geweest zijn. In ieder geval: Gods werk gaat door. Als er in die tijd al getwitterd zou zijn, had Elia vast bemoedigende twitterberichtjes ontvangen. Dat had hem wellicht geholpen niet te wanhopen. Toch, dit alles gezegd zijnde, blijft waar dat de hoofdstroom in zijn tijd niet de kant van JHWH opging, maar de andere kant op en dat de meeste mensen gevoelig bleken om zich bij de hoofdstroom aan te sluiten. Dat was toen zo, dat is nu nog zo. Ook vandaag is de hoofdstroom de andere kant op. Dat betekent voor de aanbidders van JHWH vandaag niet minder tegen de stroom in zwemmen dan in de dagen van Elia. Mijn boek kun je ook interpreteren als zwemles geven. Ik ervaar dat als een positieve bezigheid, ook bemoedigend voor mezelf.
—
Wim Dekker is de auteur van het boek Marginaal en missionair, kleine theologie voor een krimpende kerk (uitgave Uitgeverij Boekencentrum). Gedurende de maand juli 2011 is Marginaal en missionair het boek van de maand. U kunt dit boek winnen door een lezersreactie te plaatsen bij een van de uitgaven op de website van de uitgever: www.boekencentrum.nl.
Bemoediging of ontmoediging
Nu zo ongeveer iedereen met vakantie is, heb ik de gelegenheid te baat genomen alle reacties, die tot nu toe naar aanleiding van mijn boek Marginaal en missionair zijn verschenen te ordenen en nog eens over een en ander na te denken. één ding licht ik er nu uit: de meesten voelen zich door het […]