Menu

De dood heeft in de Bijbel vele gezichten. Dat heb ik lange tijd niet zo scherp gezien. Dat kwam omdat ik het verrijzenisidee als de eigenlijke boodschap zag en al het andere beschouwde als een voorbereiding op dat ene gouden idee. Toen dat idee er eenmaal was (en dat was pas het geval in de tweede eeuw voor Chr.), konden andere bijbelse opvattingen over de dood als primitief en achterhaald worden beschouwd. Wat we overhielden was een Bijbel waarvan het grootste deel zo donker was als de nacht. Pas in enkele jonge geschriften uit het Oude Testament werd het licht van het verrijzenisgeloof ontstoken, en toen dat concept eenmaal op Jezus was toegepast, kon Paulus beweren dat het hele geloof waardeloos is als er geen opstanding is.

Nog maar kort geleden hoorde ik de Duitse kardinaal Lehmann, die zelf een toptheoloog is, beweren dat het geloof in een eeuwig leven in het huidige West-Europa bijna is uitgestorven. Hij beklaagde zich erover dat bijna iedereen denkt dat het met de dood over en uit is. Curieus vond ik dat hij het geloof in een eeuwig leven claimde voor het christendom, terwijl hij de opvatting dat met de dood alles is afgelopen, toeschreef aan atheïsten.

Als dat zo zou zijn, zijn ook grote stukken uit de Bijbel voer voor atheïsten, want er zijn vele teksten ook in jongere geschriften waarin het radicale idee te vinden is dat de dood een zwart gat is zonder dat er licht gloort aan het einde van de tunnel. Deze gedachte gaat in de Bijbel helemaal niet gepaard met het idee dat er geen God zou zijn. Integendeel. Het zijn daar juist gelovigen die de dood kunnen beleven als een radicale crisis, die de hele persoon wegvaagt. Het sterke punt van dit geloofsmodel is dat het de dood volstrekt serieus neemt. De dood is de toekomst die alle mensen wacht: de mens gaat liggen en staat niet meer op (Job 14:12). Deze oude stem heeft een lange adem en is niet meteen verstomd toen het idee opkwam dat doden verrijzen.

Dat de dood het einde is en dat zelfs God daar niets aan verandert, is een respectabel idee, dat ook voortleeft in de moderne westerse wereld. We hoeven op dit punt geen wig te drijven tussen de Bijbel en de moderne cultuur. Toch kunnen bittere ervaringen met de dood ook tot een geloofscrisis leiden, vooral wanneer de dood onrechtvaardig schijnt te zijn of veel te vroeg komt. Denk maar aan de dood van een kind.

Er is nog een andere radicale visie op de dood in de Bijbel, die meer hoop­gevend is: leven met God en een integere levenswandel hebben een open einde. Het kernpunt is hier dat God zijn relatie met mensen die zich aan hem gehecht hebben en zich houden aan de thora, nooit opgeeft. Volgens dit model tilt God iedereen die hij in het leven heeft geroepen, doorlopend uit boven de wateren van de dood. Omdat God er is, ligt de weg naar het leven ook na de dood nog altijd open.

Het bijzondere van dit model is dat de hoop op leven hier helemaal gefun­deerd is in God. De Ene is degene die het leven openbreekt. Zo heeft het leven een open einde. Uit zichzelf kan de mens zover niet komen; er is niets in ons dat de dood kan overleven, geen ziel, geen hoger bewustzijn, geen diepste Zelf. Het sterke punt van deze tweede visie is dat niet concreet wordt ingevuld wat dit open einde precies inhoudt.

Het idee van de dood als een zwart gat en het idee van de dood als een open einde kunnen heel goed met elkaar samengaan. Het zijn twee kanten van dezelfde medaille. De ene visie tilt zwaar aan de dood, de andere wil God de ruimte geven. Als we alleen het zwarte gat naar voren schuiven maken we de dood te groot en God te klein; als we alleen inzetten op de dood als een open einde nemen we God wel serieus maar bagatelliseren we de dood.

Dat God het werk van zijn handen nooit laat varen, is ook de kern van het later opgebloeide opstandingsgeloof. Ook hier is het niet zo dat mensen uit zichzelf het vermogen zouden hebben om boven de dood uit te stijgen. Ze zijn daarvoor helemaal aangewezen op Gods scheppingskracht. Mijn boek bevat verschillende hoofdstukken over het verrijzenisconcept, dat zelf een gelaagd begrip is. In de Bijbel is het verrijzenisidee nog niet vermengd met de gedachte aan een onsterfelijke ziel; nee, het gaat daar om het herstel van de hele mens, met lichaam en al. Toch is verrijzen iets anders dan de reanimatie van je vroegere lijf en leden, want dan zou je gewoon terugkeren naar het leven aan deze kant van de dood. Verrijzen is een doortocht door de dood, naar een nieuwe aarde en een nieuwe hemel. Je blijft wel dezelfde maar niet hetzelfde. Mijn boek bevat een zestien bladzijden tellend kleurenkatern waarin ik laat ik zien hoe sterven en verrijzen in de moderne schilderkunst, die zelf een bron is van zingeving, worden verbeeld.

We vinden de opvatting van de dood als een zwart gat terug in het gedicht Gegen Verfhrung van Bertold Brecht. Hij keert zich tegen dromerijen over een leven aan gene zijde van de dood. Ik citeer enkele regels:

Lasst euch nicht verfahren.
Es gibt keine Wiederkehr.
(…) Es kommt kein Morgen mehr.
(…) Ihr sterbt mit allen Tieren
Und es kommt nichts nachher.

Wie denkt dat we hier de Bijbel achter ons gelaten hebben, heeft het mis. Het is zonneklaar dat Brecht teruggrijpt op het boek Prediker waarin staat dat mensen en dieren hetzelfde lot treft. Zoals een dier sterft, zo sterft ook een mens; ze delen in dezelfde adem. Dat is hun beider lot. Een mens is niet beter af dan een dier.’

Een tekst als deze roept weerwerk op. Dat is te vinden in een gedicht van Kurt Marti uit Bern. Hij sluit duidelijk aan bij het herhaalde es kommt in de tekst van Brecht. Ook uit het gedicht van Marti citeer ik enkele regels, die nauw uitsluiten bij de bijbelse idee dat met het dood alles nog open ligt als er een God is:

 (..) es kommt eine Auferstehung
Die ganz anders wird als wir dachten.
Es kommt eine Auferstehung die ist
Der Aufstand Gottes gegen die Herren
Und gegen den Herrn aller Herren: den Tod.

Een duidelijker antwoord op de vraag in de titel van mijn boek kan ik niet geven.

Wim Weren

—-

Prof. dr. Wim Weren is hoogleraar Bijbelwetenschappen aan de Universiteit van Tilburg. Samen met Jan Fokkelman redigeerde hij het standaardwerk De Bijbel literair. Zijn boek Vensters op Jezus werd vertaald in het Engels, Spaans en Italiaans. In november verscheen bij Uitgeverij Meinema van zijn hand het boek Dood. En dan? Stemmen uit de Bijbel, echo’s in onze cultuur. Op zaterdag 23 oktober verscheen onder de titel Een postmoderne verrassing een artikel over van Wim Weren over Dood. En dan? in Trouw, Letter & Geest.

Denkend aan de dood kom ik tot leven

Denkend aan de dood kom ik tot leven - Piet Schelling

In Denkend aan de dood kom ik tot leven deelt emerituspredikant en publicist Piet Schelling gedachten over het levenseinde, met als doel anderen te stimuleren daarover na te denken.  ‘Ik ga dood.’ Zo opent dit boek. Drie woorden waarachter een wereld van gedachten en gevoelens schuilgaat. Open en toegankelijk laat de auteur zien wat het levenseinde met hem doet. Hij deelt zijn gevoelens, vraagt naar wat waarde houdt, ruimt op wat hem dwarszit, erkent de pijn van het loslaten en afscheid nemen. In dat alles zoekt hij naar houvast en troost. Ook vertelt hij hoe hij zich verhoudt tot actuele thema’s zoals reanimatie, orgaandonatie, euthanasie en voltooid leven. 

Dood, en dan?

Wim Weren over hoe hij de dood ziet en ervaart.

Boekomslag Dood en dan? van Wim Weren
Boekomslag Dood en dan? van Wim Weren

Nieuwe boeken