Menu

Premium

10.3. Ons ten goede!

Zie ook

Heidelbergse Catechismus

Vraag 49: Welk nut heeft de hemelvaart van Christus voor ons?

Antwoord: Ten eerste dat Hij in de hemel onze Voorspraak is voor het aangezicht van Zijn Vader. Ten tweede dat wij [in Hem] ons vlees in de hemel hebben als een betrouwbaar onderpand dat Hij als het Hoofd ons, Zijn leden, ook tot zich zal nemen. Ten derde dat Hij ons Zijn Geest als tegenpand zendt, door wiens kracht wij zoeken wat boven is, waar Christus zit aan de rechterhand van God, en niet wat op de aarde is.

Vraag 50: Waarom wordt daaraan toegevoegd: zittend aan de rechterhand van God?

Antwoord: Omdat Christus is opgevaren naar de hemel om zich daar het Hoofd van Zijn kerk te betonen, door wie de Vader alle dingen regeert.

Vraag 51: Welk nut heeft deze heerlijkheid van ons Hoofd Christus voor ons?

Antwoord: Ten eerste dat Hij door Zijn Heilige Geest in ons, Zijn leden, de hemelse gaven uitstort. Vervolgens dat Hij ons met Zijn macht tegen alle vijanden beschut en bewaart.

Relatie van het thema tot het hoofdthema

In de vorige leerdienst is een poging gedaan om iets te zeggen over de ‘plaats’ van de hemel in ons moderne wereldbeeld. Dit kan helpen om niet bij voorbaat onze schouders op te halen als het gaat om de betekenis van Christus’ hemelvaart voor ons.

De leefwereld van de hoorder

‘Waarheen is God? Ik zal het jullie zeggen! Wij hebben Hem gedood − jullie en ik. Wij allen zijn moordenaars. Maar hoe hebben wij dit gedaan? Hoe waren we in staat de zee leeg te drinken? Wie gaf ons de spons, om de hele horizon weg te wissen? Wat deden we toen we deze aarde losketenden van haar zon? Waarheen beweegt zij zich nu? Waarheen bewegen wij ons? Van alle zonnen vandaan? Vallen wij niet voortdurend? En naar achteren, opzij, naar voren, naar alle kanten? Bestaat er nog een boven en een beneden? Dwalen wij niet als door een oneindig niets? Staart ons niet de lege ruimte aan? Is het niet kouder geworden? Komt niet voortdurend de nacht en meer nacht?’ (Friedrich Nietzsche, Werke in drei Banden, herausgeg. von Karl Schlechter, Band II, S. 127, par. 125). Dit ‘gesloten wereldbeeld’ dat uit het citaat van Nietzsche spreekt, verslaat zijn duizenden: de gedachte dat we op deze wereld aan onszelf zijn overgeleverd en er geen contact is met iets buiten deze voor ons zichtbare werkelijkheid. Als een ruimteschip zweven we door de ruimte en we zijn het radiocontact met ground control kwijtgeraakt. Waar gaan we naartoe en wie zit er aan het roer van dit ruimteschip Aarde? We voelen ons opgesloten en tegelijk de ruimte in geslingerd.

Met het oog op de tieners

In de tienerwereld kunnen vriendschappen niet hecht genoeg zijn. Afstand en eenzaamheid zijn schrikbeelden waar ze heel erg onder kunnen lijden. Hoe kan hemelvaart ons ‘ten goede’ komen als het in de eerste plaats afstand schept? En de hemel lijkt zo vreemd en zo ver weg. Hoe kan Jezus nabij zijn, als Hij in de hemel woont? En omdat de hemel afscheid van de aarde lijkt te impliceren, willen tieners er misschien ook niet te veel aan denken. Ook kunnen zij zich afvragen hoelang Jezus erover deed om in de hemel te komen. De zon is immers al duizenden lichtjaren van ons verwijderd. Het luchtruim is oneindig groot en ver. Ook het gegeven dat mensen tegenwoordig de ruimte in gaan en studies op het gebied van lucht- en ruimtevaart populair zijn, kan de hemelvaart problematisch maken. Niet zozeer de strekking van het gebeuren (Christus’ vereniging met de Vader), maar het beeld dat het woord oproept. Hemel en ruimte worden ten onrechte aan elkaar gekoppeld. Een andere vraag die tieners kan bezighouden, is: Waarom wordt een zo opzienbarende gebeurtenis niet door alle evangelisten vermeld?

Met het oog op de kinderen

Kinderen zijn over het algemeen beter in staat geloofswerkelijkheden te ‘pakken’, omdat ze (nog) meer gevoeligheid hebben voor een andere werkelijkheid dan de direct waarneembare. De hemel heeft voor kinderen ook iets van een ver land. De discipelen die na de hemelvaart naar boven blijven staren, zijn voor hen heel herkenbaar – zoals je een vertrekkend familielid in het opstijgende vliegtuig op Schiphol nakijkt.

Uitleg

De Zondagen 11 tot en met 19 volgen het Apostolicum bij zijn beschrijving van de persoon en het werk van de Zoon van God, en leggen de ‘betekenis’ of het ‘nut’ uit. Met de trappen van afdaling en verhoging worden het leven en werk van de Zoon uitgebeeld. Van de hemel daalt Hij af naar de hel, van de hel stijgt Hij op naar de hemel. In de opklimmende reeks vormen hemelvaart en zitten aan de rechterhand van God, de verbinding tussen opstanding en wederkomst. Jezus’ werk in die tussentijd is hiermee gekwalificeerd. Maar op zijn beurt kwalificeert Jezus’ werk het leven van de kerk tussen opstanding en wederkomst.

Lezen we de vragen door op het thema ‘Ten goede’, dan levert dat een overvloed aan ‘goederen’ op die Jezus door Zijn hemelvaart aan ons ter beschikking stelt. Voor ons betekent de hemelvaart afstand, en afstand geeft eenzaamheid. Maar in de antwoorden van de HC blijkt het tegendeel het geval. De hemelvaart komt ons pastoraal ten goede. Je kunt de vraag stellen of twee theologische twistpunten hier niet hun grond vinden. De ubiquiteitsleer van Luther hield in dat Jezus na Zijn hemelvaart in het avondmaal lichamelijk aanwezig en nabij was. Calvijn formuleerde het zogenaamde extra-calvinisticum. Als de Zoon van God mens wordt op aarde, dan blijft de Zoon ook in de hemel aanwezig. De Triniteit wordt niet opgebroken. Het is waarlijk God Zelf die nabij is (zie CD, hoofdstuk 10, p. 376-377).

Vraag en antwoord 49
De drie punten van vraag 49 zijn drie aspecten van de verzoening. Het eerste aspect heeft betrekking op het offer dat Jezus op Golgotha bracht; met het offer gaat Hij de hemel binnen, zoals de Hogepriester op de grote Verzoendag met het bloed van de verzoening het heilige der heiligen binnengaat (Hebr. 9:11 vv.). ‘Het Nieuwe Testament zet heel de taal van de tempelcultus in om dit te verwoorden’ (CD, §11.10, p. 440). Jezus brengt dit offer voor de troon van God. De Pleitbezorger is de Man die voorbede doet bij God. Hij is de Hogepriester die met offer en voorbede tot God nadert en op grond van het offer pleit voor vergeving.

Het tweede aspect betreft het gegeven dat toen Jezus werd geboren, Hij ons vlees heeft aangenomen. Vlees is de mens die door de zonde is prijsgegeven aan de dood. Dit vlees nam Jezus aan bij Zijn geboorte, in dit vlees werd Hij gekruisigd en in dit vlees is Hij opgestaan. Let wel: nog steeds ‘ons’ vlees. Maar dit vlees is onsterfelijk en onverderfelijk geworden door de opstanding in het eeuwige leven (1 Kor. 15). En dit vlees, ‘ons vlees’, neemt Hij mee naar de hemel. In Jezus verkeren wij voor de troon van God. Hij vertegenwoordigt ons bij God. De kloof van de zonde en de dood is gedicht door de vleeswording, het offer, de hemelvaart en de voorbede van Jezus. De verzoening is hier werkelijkheid. God en mens hebben elkaar gevonden. Wij die eens veraf waren, zijn nu nabij gekomen (Ef. 2:11 vv.).

De HC houdt wel een slag om de arm. ‘Ons’ vlees dat met Jezus in de hemel bij God is, en zo nabij is gekomen, dat is een ‘onderpand’. Zeg maar: de garantie dat wij op een dag opgenomen worden in de gemeenschap van Christus en de Vader. Nu zijn we nog op aarde, waar zonde en dood weliswaar door Jezus verslagen zijn, maar nog altijd macht hebben. En dat laatste tekent de spanning waarin de christen leeft. In het geloof geldt ‘het reeds nu, het is volbracht, het is volkomen’. Maar om ons heen zien en ervaren we het: ‘nog niet, ik ellendig mens, onze beste werken zijn met zonde bevlekt’. Dat is de spanning. Met haar geloof in de hemelse werkelijkheid, staat de kerk met twee voeten in de aardse modder. Maar daar staat zij niet alleen.

Het derde aspect houdt in dat zoals wij ons vlees bij Jezus in de hemel hebben, zo is Zijn Geest bij ons op de aarde. Hij zendt ons Zijn Geest, waardoor wij zoeken wat boven is. Opnieuw valt het woord ‘onderpand’. Pand en tegenpand. We houden het er voor dat de hemelse werkelijkheid de onze is. Dat is wat we boven zoeken. Ons vlees is in de hemel: Jezus vertegenwoordigt ons bij God. Zijn Geest is in ons: Jezus vertegenwoordigt God bij ons.

De spanning is niet de spanning van de stilstand, die langzaam ondraaglijk wordt en ons opbreekt. Jezus is het Hoofd van Zijn kerk aan de rechterhand van God. Hij regeert. De aardse machten zullen het niet winnen aan het eind: Zijn Koninkrijk komt. En in dat Koninkrijk geldt alleen nog de hemelse werkelijkheid. Daarheen zijn we op weg. Dit uitzicht maakt de spanning draaglijk. Elke dag is een stap dichter bij dit Koninkrijk.

Vraag en antwoord 50
Op de hemelvaart volgt het zitten aan de rechterhand. Een metafoor: God zit op de troon en Zijn Zoon zit naast Hem. Aan de rechterhand, dat is de hand waardoor de Vader regeert. Zo is de Zoon koning en priester. Psalm 110 speelt op dit punt in het nieuwtestamentisch getuigenis een belangrijke rol met name rond Jezus lijden en bij het formuleren van de apostolische verkondiging (zie ‘Relevante bijbelgedeelten’). Door dit Hoofd van de kerk regeert de Vader alle dingen. In de regering over de aarde neemt de kerk, de gelovige gemeenschap die het bij de hemelse werkelijkheid houdt, een aparte plaats in. De kerk is de plaats van de verkondiging van het Evangelie in de wereld. De priester is niet alleen koning, de koning is ook profeet. De Vader regeert door Christus. Dat gaat niet buiten het werk van Christus om. Dat gaat niet buiten de kerk van Christus om. Er wordt geregeerd vanaf het kruis. Het koningschap is een verborgen koningschap. Maar de machten van deze wereld hebben het niet meer voor het zeggen.

Vraag en antwoord 51
Het zitten aan de rechterhand heeft zijn nut. Opnieuw klinkt hier helder het ten goede werken. Het Hoofd heeft een lichaam: de kerk. In de gelovigen als leden van Christus’ lichaam stort Jezus door Zijn Geest hemelse gaven uit (zie Ef. 4:7-16). Door Zijn Geest vertegenwoordigt Jezus God bij ons. Maar dat blijft niet bij woorden. De hemelse gaven voegen zich bij het geloof in de hemelse werkelijkheid. Gaven die ons bekwamen om de goede strijd van het geloof te strijden in deze aardse werkelijkheid. Daarnaast beschermt en bewaart Hij ons door Zijn macht tegen de vijand. Dit onderstreept de macht van de koning. Het garandeert ons dat het onderpand op een dag wordt ingewisseld tegen contanten. De gemeente is als een pelgrim op weg naar het nieuwe Jeruzalem en haar aankomst staat vast.

Samengevat komt door de ‘hemelvaart en zitten aan de rechterhand’ het volgende ons ten goede:

  • Jezus is de Pleitbezorger die voor ons bidt;

  • ons vlees woont in Jezus in de hemel bij God;

  • Zijn Geest woont in ons en leert ons rekenen met de hemelse werkelijkheid (antwoord 51 pakt dit inwonen van de Geest op en werkt het uit in de gaven die Hij ons geeft);

  • in de strijd op aarde zal Jezus als het Hoofd ons beschermen.

Relevantie van het thema

Velen denken: wij mensen zitten opgesloten in het ruimteschip Aarde en worden door de eindeloze ruimte geslingerd, zonder richting of bestemming. Het contact met ground control hebben we verloren en we weten niet waar we heen gaan. Onderschat het levensgevoel niet dat hierbij hoort. We zijn overgeleverd aan onszelf en moeten zelf maar richting en bestemming zien te vinden. Denk aan de zanger David Bowie en zijn lied over Major Tom die er maar niet in slaagt contact te leggen met ground control en omgekeerd. Hemelvaart herstelt het contact met ground control. Er komt weer contact tussen hemel en aarde, tussen God en mens door Jezus. We worden aangestuurd en geleid op onze weg door het leven, door de Heer die over alles heerst. We zijn niet weggeslingerd in de eindeloze ruimte om eventueel opgezogen te worden in de zwarte gaten van het heelal. Sinds hemelvaart is er druk verkeer tussen hemel en aarde. Wij wonen bij Jezus in de hemel, Zijn Geest woont bij ons op de aarde.

Met het oog op de tieners

Kun je op afstand staan en toch nabij zijn? Voor tieners lijkt dit onmogelijk. In de hemel is Jezus ver weg. En is Hij dan toch dichtbij? Jezus heeft ons bestaan aangenomen en een plaats gegeven in de hemel voor God. Omgekeerd woont Hij door Zijn Geest bij ons. Door de social media kan dit goed verhelderd worden. Via Skype kunnen ouders met hun ‘backpackende zoon in Australië praten. Je hoort en ziet hem, hoewel hij toch duizenden kilometers ver weg is. Hij is veraf en toch dichtbij. Maar zelfs via Skype kun je elkaar niet omhelzen. Dat kan pas als je elkaar op Schiphol weer ontmoet. Zo houdt de wederkomst van Jezus vanuit hemelvaart ook altijd een belofte in. Daarbij is het troostrijk dat Jezus in de hemel ook voor tieners bidt.

Met het oog op de kinderen

De afstand die ervaren wordt bij hemelvaart, kan in de vertelling naar de kinderen toe ondervangen worden door de komst van de engelen die Jezus blijkbaar onmiddellijk na Zijn hemelse entree heeft uitgezonden om Zijn discipelen te troosten. Hier blijkt Zijn zorg voor hen. Hun boodschap luidt: ‘Zoals Hij is opgestegen, zo komt Hij eens terug. En ga naar Jeruzalem en wacht op Zijn Geest.’ De afstand is niet blijvend.

Relevante bijbelgedeelten

Schriftlezingen zijn er in overvloed. Afhankelijk van wat men in de preek wil benadrukken kan een keuze worden gemaakt. Handelingen 1:4-14 is het hemelvaartsevangelie. Het kan ook verteld worden zonder dat het gelezen wordt, dan zijn twee andere lezingen mogelijk. Daarnaast kan onderstreept worden op welke bijbelgedeelten dit antwoord van de HC terugvalt: 1 Johannes 2, Romeinen 8:34, Johannes 14:2.

Verder valt te denken aan Psalm 110 of citaten van deze Psalm in het Nieuwe Testament: Mattheüs 22:41-45 en 26:64; Markus 12:35-37; Lukas 20:41-44; Handelingen 2:34 en 7:55; Hebreeën 1:13 en 8:1; 1 Petrus 3:22; 1 Korinthe 15:25. De Paulusbrieven bieden ook uitvoerig materiaal, zoals Efeze 4:1-16, Filippenzen 3:17-21, Kolossenzen 3:1-4. En dan is er natuurlijk de brief aan de Hebreeën, hoofdstuk 4:14-16, 8 en 9. Uit de overvloed aan bijbelgedeelten blijkt wel wat een rijke bron aan materiaal hier wordt aangeboord.

Aanwijzingen voor de leerdienst

Doelstelling

Na deze dienst weet de gemeente hoe de hemelvaart van Christus en Zijn zitten aan de rechterhand van God, de gemeente ten goede komt: Hij is Pleitbezorger voor de troon; Ons vlees is bij God; Zijn Geest is in ons; en Jezus bewaart ons op aarde.

Homiletische aanwijzingen

Omdat het hier om de verkondiging van een heilsfeit gaat, en verwezen wordt naar hemelvaart en het zitten aan de rechterhand, is het goed om met het bijbelverhaal uit Handelingen 1 te beginnen. Neem daar zo’n vijf minuten voor. De kennis wordt opgefrist en het doet ook recht aan de kinderen. Bovendien kan hier in de preek makkelijk op aangesloten worden. Wellicht kan tijdens de vertelling van het verhaal al een begin worden gemaakt met de punten die u aan de orde stelt.

Jezus vertrekt van de aarde naar de hemel. Het wereldbeeld achter deze omschrijving is: de veilige hemelkoepel boven de platte aarde waarop wij wonen. Denk aan het tweede gebod: ‘… niets van wat boven in de hemel, op de aarde of in de wateren onder de aarde is, zult u dienen.’ God die vanuit de hemel als een Vader op ons mensen neerziet. Ervaren wij dat nog zo? Of staat de ervaring van David Bowie dichter bij ons? In zijn lied zweeft hij als ‘Major Tom’ in zijn ruimteschip door het eindeloze heelal en tracht tevergeefs het contact met ground control te herstellen. Als wij foto’s van de aarde zien die ruimtevaarders vanaf de maan hebben gemaakt en we zien daar onze aarde als een ronde bol door de ruimte zweven, hebben we dan niet het gevoel dat we alle richting kwijt zijn? Het ruimteschip ‘aarde’ waarvan we niet weten waar het heen gaat; dat alle contact met Boven verdwenen is? Waar komen we vandaan? Waar gaan we naartoe? En kunnen we nog wat bijsturen, of worden we weggezogen in de zwarte gaten van het heelal? Het beeld zelf roept iets van onbestemdheid en verlorenheid op. Een leven zonder grond onder je voeten.

De hemelvaart van Jezus komt ons ten goede. Niet door het oude wereldbeeld te herstellen, maar wel door het contact tussen hemel en aarde te herstellen. Tussen God en mens. Dat we de hemel kwijt zijn, kan een kwestie van aanpassing van ons wereldbeeld zijn. Dat we God kwijt zijn, is een gevolg van de zonde. Jezus gaat naar de hemel en herstelt het contact. Maar dan is het wel de vraag welke hemel we bedoelen. Voor de hemel als een ruimte die we kunnen beschrijven in de ons bekende (drie) dimensies is geen plaats binnen het huidige wereldbeeld. Maar buiten die drie dimensies bestaat een andere werkelijkheid (zie de vorige leerdienst). Zijn intrede in de hemel en Zijn zitten aan de rechterhand van God op de troon komt ons op vier punten ten goede:

  • Hij is Pleitbezorger voor de troon;

  • ons vlees is bij God;

  • Zijn Geest is in ons;

  • Jezus bewaart ons op aarde.

Het is mogelijk bovenstaande punten uitvoerig uit te werken, maar dan is één preek niet genoeg. U zou elk punt kunnen aanstippen, een korte typering kunnen geven met een enkele tekst. Vervolgens kan de rijkdom ervan benadrukt worden en beschreven worden wat aan deze punten ten grondslag ligt, namelijk de verzoening die Christus tot stand bracht met Zijn offer aan het kruis. Van daaruit kan goed aangehaakt worden bij de vraag van afstand en nabijheid die vanuit het oogpunt van de tiener is getekend onder ‘Relevantie’. Het is nuttig voor ons dat Jezus heengaat. Zo komt Zijn offer ons ten goede. Maar zo kan ook goed aangesloten worden bij het feit dat de hemelvaart vraagt om de wederkomst. Zoals Jezus is heengegaan, zo komt Hij weder op de wolken. Dan zal God alles en in allen zijn.

Met het oog op de tieners

Al is Jezus alleen geestelijk nog nabij, geestelijke werkelijkheden zijn wel ‘krachtvelden’. U zou deze kracht kunnen verduidelijken door hem te vergelijken met een magnetische kracht of de zwaartekracht: onzichtbaar, maar wel effectief aanwezig. Zo is Jezus na Zijn opstanding aanwezig in Zijn volgelingen, en dat is te zien. De kerk is de plek waar Gods aanwezigheid te merken is, en niet alleen voor volwassenen. De oproep net na de hemelvaart is in dit verband misschien ook wel veelzeggend: ‘Wat staat gij daar en ziet op naar de hemel…’ Hiermee wordt bedoeld: Stop met omhoog te kijken en kijk maar weer gewoon om je heen. Ga maar weer naar de stad waar je woont, want Jezus moet daar werkelijkheid worden. Dit geldt ook voor tieners. Ook zij vertegenwoordigen Christus op aarde en ondertussen vertegenwoordigt Christus hen als mens in de hemel. Ook tieners is Hij voorgegaan.

Met het oog op de kinderen

Jezus is zegenend ten hemel opgevaren. Zoals Hij dat in het bijzonder ook bij kinderen deed. Jezus heeft deze zegen mee naar de hemel genomen, waardoor er geen plek en geen moment meer bestaat waar een kind niet onder de zegen van God leeft. En daarom keren de volgelingen ook helemaal niet rouwend en bedroefd terug naar Jeruzalem. Integendeel: ‘Ze brachten Hem hulde en keerden in grote vreugde terug naar Jeruzalem, waar ze voortdurend in de tempel waren en God loofden.’ Jezus is dus niet zomaar ineens verdwenen. Dan zouden we ons kunnen afvragen waar Hij gebleven is. Maar nu hoeven we daar echt niet naar te raden. Hij gaat zichtbaar van de aarde naar de hemel. Zijn leerlingen zien hoe Hij op een wolk de hemel binnengaat.

Om het duidelijker te maken voor kinderen kan het volgende voorbeeld helpen. ‘Dat naar binnen gaan in de hemel zou je een heel klein beetje kunnen vergelijken met het naar binnen gaan bij koning Willem-Alexander. Daar kan niet iedereen zomaar naar binnen lopen. Boven aan de trap bij het paleis staat iemand op wacht. Zou hij die man die de trappen beklimt tegenhouden of binnenlaten? Hij laat hem binnen. Want die man die op weg is naar de koning, dat is Mark Rutte, onze minister-president. Natuurlijk laat de koning hem wel binnen.

Maar bij God kan geen mens binnenlopen. Want in de Bijbel staat: “Wie mag de berg van de heer bestijgen, wie mag staan op Zijn heilige plaats? Wie reine handen heeft en een zuiver hart, zich niet inlaat met leugens en niet bedrieglijk zweert” (Ps. 24:3-4). En toch zien we de Here Jezus de berg van de heer bestijgen; toch zien we Hem op weg gaan naar Gods heilige plaats. Ja, als je goed leest wat Lukas schrijft, dan is het nog bijzonderder. Want er staat: “(Jezus) werd voor hun ogen omhooggeheven.” Hij klom dus niet zelf omhoog, maar Iemand anders tilde Hem naar boven. God Zelf bewijst Hem die eer. Hij wil de Man die Zijn leven voor ons gegeven heeft, weer zo dicht mogelijk bij Zich hebben.’

Er kan, als voorbeeld, ook gedacht worden aan de macht die de farao aan Jozef gaf. Omdat alleen Jozef het beste wist wat goed voor Egypte was, gaf de farao hem de bevoegdheid om nu ook het goede voor Egypte te zoeken. Hij deed zijn zegelring af, schoof die aan Jozefs vinger en zei: ‘Ik ben de farao, maar zonder uw toestemming zal niemand in heel Egypte een stap verzetten’ (Gen. 41:36-44). Hetzelfde zegt God in het hemelvaartsevangelie van Lukas tegen Jezus. Maar in plaats van Zijn zegelring af te doen en om Jezus’ vinger te schuiven, omhult Hij Hem met een wolk. Voor het volk Israël was dat vanouds het teken van Gods macht en van Gods nabijheid.

Liturgische aanwijzingen

Gezongen kunnen worden de Psalmen die bij hemelvaart horen: 21, 24, 47, 68, 110. Bij de Gezangen valt te denken aan 229, 231, 234, 235 uit het Liedboek voor de Kerken. Een kinderlied is Op Toonhoogte lied 356.

Pastorale aanwijzingen

Zie wat geschreven is bij de ‘Homiletische aanwijzingen’.

Met het oog op de kinderen

Het kan zijn dat sommige kinderen recent te maken hebben gehad met een verlies of afscheid, en nadenken over waar die persoon nu is. Het is voor hen dan troostvol om te weten dat Jezus is weggegaan, en mogelijk ook daar is waar die gestorven persoon nu is.

Met het oog op de tieners

Bovenstaande kan uiteraard ook voor tieners gelden. Zij hebben wellicht meer twijfels ten aanzien van de troost die de hemelvaart kan bieden in moeilijke omstandigheden. Maar ook zij mogen zoals de apostelen vertrouwen op de Trooster die God gezonden heeft.

Helpende vormen

Naar aanleiding van de vier eerdergenoemde punten kunt u vier vragen formuleren en die alvast op de gemeentebrief zetten:

  • Jezus pleit of bidt voor ons tot Zijn Vader. Wat betekent dat voor ons gebed?

  • Ons vlees is bij God in de hemel. Kijkt u nu anders naar uw lichaam?

  • Zijn Geest woont in ons. Wat betekent dat voor uw lichaam?

  • Hij bewaart ons op aarde. Kent u een psalm of lied dat spreekt over bewaring?

Met het oog op de tieners

Als uw gemeente een zendingswerker heeft uitgezonden, maak dan eens een afspraak om met een catechisatiegroep met hem of haar te skypen. Stel van tevoren vragen op en probeer, ondanks de afstand, toch nabij te komen. Ook kan de catechisatiegroep erover nadenken hoe ze Christus tastbaar en voelbaar kan maken in de kerk en de eigen omgeving.

Met het oog op de kinderen

Trek na de schriftlezing uit Handelingen 1:4-14 een paar minuten uit om de kinderen het verhaal te vertellen. Dat kan in een soort voorwoord of aan het begin van de preek. Kinderen zouden thuis of op de club droomwolken kunnen maken: grote, uit papier geknipte wolken, waarop ze hun dromen van een hemel op aarde tekenen, knippen of plakken.

Literatuur

  • G. van den Brink en C. van der Kooi, Christelijke dogmatiek. Een inleiding. Zoetermeer, 2012. (CD)

Nieuwe boeken