Menu

Basis

Opvoeden is gevaarlijk

Een wandelaar op weg

Kinderen hebben volwassenen nodig om op te kunnen groeien. Dat stelt eisen aan hun ouders. Kun je je kind wel echt beschermen?

Andere moeders doen ook maar wat’ staat er op een bordje achter het raam van een van mijn buren. Zo’n zin maakt mij vrolijk. Kleine kinderen verzorgen zou niet moeilijk moeten zijn. Het enige wat baby’s doen, is drinken, slapen, plassen, poepen en huilen. Zorg bestaat dus uit voedsel, rust en verschonen. O en ze mogen natuurlijk niet te warm of te koud worden.

Toch klinkt dat makkelijker dan het is … Het loont om na te denken over opvoeding. Voorbeelden van familie en vrienden helpen om scherp te krijgen wat belangrijk is. Wat zijn mijn grenzen? Waartegen wil ik het kind beschermen? Wat kan ik leren over opvoeding, bijvoorbeeld uit de Bijbel?

Maar zoals bij veel onderwerpen geven bijbelteksten geen eenduidige richting aan. Er zijn de Tien Geboden. Jezus heet kinderen welkom en stelt ze tot een voorbeeld. Maar andere teksten spreken over ‘kastijden’ als je je kind liefhebt.

Ingeborg Bosch stelt dat ouders het nooit goed kunnen doen

Slaan? ‘Kinderen hebben ruimte nodig,’ zei een moeder eens. Maar in een wereld vol gevaren hebben ze ook grenzen nodig. En iemand moet die stellen … Maar hoe? Opvoeden vraagt tijd en aandacht en soms valt dat ouders te zwaar. Na een preek over liefde en verdraagzaamheid vertelde ik gemeenteleden dat ik die zondagmorgen boos tegen mijn dochter uitgevallen was. Ze moesten een beetje lachen. De spanning tussen ideaal en werkelijkheid is bij de opvoeding van kinderen erg herkenbaar.

Afhankelijk

Cover van De onschuldige gevangene, geschreven door Ingeborg Bosch

In haar boek met de titel De onschuldige gevangene benadrukt Ingeborg Bosch de kwetsbaarheid van kinderen. Zolang ze nog niet kunnen praten, zijn ze voor hun overleven: voedsel, verschoning en lichamelijk contact, volledig afhankelijk van hun ouders of verzorgers. Begrijpen zij wat het kind nodig heeft?

In die afhankelijkheid is er geen besef van tijd. Er is altijd wel een moment dat hun behoeften niet worden opgemerkt of vervuld. Als reactie ontwikkelt een kind verschillende vormen van afweer. Bosch onderscheidt er vijf: Ontkenning van Behoeften (ik red me prima), Valse Hoop (als ik maar …), Valse Macht (die ander moet …), Primaire Afweer (ik doe er toch niet toe) en Angst.

Ze stelt dat ouders het nooit goed kunnen doen en pleit ervoor hen op te voeden voor ze aan kinderen beginnen, met name door te kijken naar hun eigen afweer. Daar heeft ze een methode voor bedacht: Past Reality Integration (PRI). De makkelijkste manier om die te omschrijven is de ‘wasmachine’.

Als een situatie jou triggert om in de afweer te schieten (belangrijke signaalwoorden zijn ‘nooit’ of ‘altijd’), speel dan de herinnering af uit je kindertijd die de afweer oproept, als een wasje dat in de machine draait. Voel de pijn uit het verleden terwijl je je ondertussen ervan bewust bent dat je in het heden niet langer afhankelijk bent, maar volwassen. Je kunt nu gaan en staan waar je wilt. Als ouder moet je volgens Bosch alert zijn op de afweer die het kind bij je oproept. Wat maakt dat je boos wordt (Valse Macht) of bang (Angst), of dat je niet los kunt laten (Valse Hoop)? Hoe kun je reageren op de situatie zoals die nu is, dat wil zeggen: reageren op de behoeften van het kind?

Ze heeft daar twee basisprincipes voor uitgewerkt. ARE en GeVeS. ARE is de afkorting voor Aanwezigheid, Responsiviteit en Empathie. Zonder Empathie (voelen wat het kind doormaakt) heeft het geen zin om aanwezig te zijn en op de behoeften van het kind te reageren. Maar Aanwezigheid is wel een voorwaarde voor die andere twee. GeVeS, het tweede principe, staat voor: Gezondheid, Veiligheid en Schadeloosheid. Omdat ouders en verzorgers voor de veiligheid van hun kinderen verantwoordelijk (willen) zijn, moeten ze situaties snel kunnen beoordelen: moet ik ingrijpen of niet? Bosch geeft een aantal voorbeelden. Schade aan derden: in de supermarkt pakjes op de grond gooien. Tanden niet willen poetsen is een kwestie van gezondheid.

In die gevallen moet je het kind uitleggen dat iets (niet) moet, of sturen door het af te leiden. Maar een snotneus hoeft niet afgeveegd te worden. Belangrijker is dan om na te gaan waarom je je daar zorgen over maakt. Zegt Bosch. Bosch houdt niet van tips (Valse Hoop). Wel laat ze zien hoe een volwassene kan omgaan met de afweer van een kind. Dat is een van de dingen waarop ze kritiek krijgt. De ouder of verzorger kruipt dan te veel in de rol van een therapeut.

Afbeelding van Ben Kerckx via Pixabay

Kwetsbaar en onveilig

Cover van De Firma Intimidatie en Bedrog, geschreven door Wietske de Blocq van Scheltinga

Dat is niet de enige kritiek op haar PRI. Wietske de Blocq van Scheltinga beschrijft in De Firma Intimidatie en Bedrog hoe het haar verging toen ze de opleiding tot PRItherapeut volgde. Afgezien van de introductie en een rode poes is het een vooral kostbaar traject geweest dat absoluut onveilig was voor haar en haar medecursisten. Tijdens de laatste opleidingsweek die Wietske meemaakt, bij het prachtige huis in Frankrijk van Bosch zelf, wordt er gescholden en gevloekt. Wietske toont af en toe ook hoe het – volgens de methode! – anders had gekund. En ze schrijft:

PRI legt sterk de nadruk op het idee van verdrongen herinneringen die in iedereen verborgen zouden liggen en van het ervaren van de ‘oude’ pijn die daarbij hoort. De nadruk in andere therapieën ligt juist op het herkennen en leren verdragen van datgene wat in het heden pijn doet. Ervaringen en vormende gebeurtenissen uit het verleden kunnen hierin een rol spelen, maar worden niet per definitie gezien als iets dat verdrongen of ontkend is of dat opnieuw als ‘oude pijn’ moet worden ervaren om het te kunnen verwerken. (p. 146)

PRI is een verdienmodel geworden en heeft een sekteachtig karakter gekregen. Godsdienst en therapie raken elkaar hier. Juist op de momenten dat iemand kwetsbaar en onzeker is, kan de therapeut, de biechtvader, predikant of geestelijk leider ongewenste en soms onveilige invloed krijgen op de ander.

Samen leven

Een veilige omgeving heeft ook te maken met de maatschappij waarin we leven. Ingeborg Bosch noemt een aantal mogelijkheden waardoor de samenleving ouders beter kan ondersteunen. Ze pleit onder andere voor scholing aan ouders. Dat vraagt ook om een financiële vergoeding voor de deskundigheid en tijd die aan zorg voor kinderen besteed worden.

Deze bescherming kent haar eigen paradox

Maar veiligheid is meer dan emotie. Kinderen moeten ook beschermd worden tegen verkeer, tegen gewelddadige volwassenen, tegen oorlog, tegen klimaatverandering. En deze bescherming kent haar eigen paradox. Denk aan de onveilige situatie rond scholen als de ouders hun kinderen daarnaartoe brengen, soms met een grote wagen die veel CO2 uitstoot. Goedkoop speelgoed komt uit fabrieken waar wellicht andere kinderen werken tegen lage lonen. Het gebruik van plastic luiers scheelt pijnlijke billetjes en tijd, maar maken de afvalberg steeds groter. En dat is misschien wél wat de Bijbel ons kan leren. Het kan dodelijk zijn om onszelf en onze naasten tegen alles te beschermen…

Joanne Seldenrath is theoloog en eindredacteur Woord en Dienst.


Ingeborg Bosch, De onschuldige gevangene. Over opvoeding en overleven. Amsterdam 2007. €17,50. ISBN 9789045029832

Wietske de Blocq van Scheltinga, De Firma Intimidatie en Bedrog, Amersfoort 2023. €25,50. ISBN 9789090367293


Veiligheid
Woord & Dienst 2023,
nr. 6/7

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken