Verkiezing beste theologische boek 2025
Zes titels maken kans op de prijs voor het ‘beste theologische boek’ van het afgelopen seizoen. Welke uiteindelijk de bekroning krijgt, wordt bekend op de Nacht van de Theologie, op 13 november in Utrecht. Dit zijn ze, in alfabetische volgorde op achternaam van de auteur.
Ariaan Baan – Virtuoos leven
Een theoloog die ernstig ziek is, en dan een boek schrijft over het goede leven. En over groeien als mens. Ariaan Baan (47) was dominee in de Protestantse Kerk tot hij de ziekte van Huntington kreeg, die de hersenen aantast. Daardoor kon hij zijn werk niet meer doen.
Virtuoos leven schreef hij als zijn ‘theologisch testament’: een boek over de zeven deugden, de christelijke (geloof, hoop en liefde) en de filosofische (verstandigheid, rechtvaardigheid, matigheid en dapperheid). Hij ziet ze als geschenken van God om een goed leven te leiden in deze, soms ongenadige wereld.
Over ‘dapperheid’ zei hij in het Nederlands Dagblad dat hij het leven niet ziet als een strijd. Hij ‘vecht’ niet tegen zijn ziekte, zoals in onze cultuur vaak wordt gezegd. De kern van het leven is samenleven met God en met anderen.
‘Wat ik als echte dapperheid zie, is accepteren dat lijden onderdeel is van je leven, en je daarover kwetsbaar opstellen. Als je zover komt, ervaar je dat het leven niet alleen zwaar en moeilijk is, maar ook mooi en vreugdevol.
Claartje Kruijff – Een God die in mij gelooft
‘Ik geloof niet in God, maar ik mis Hem wel’, zei de Engelse schrijver Julian Barnes. Veel mensen noemen zich vandaag spiritueel, of zeggen dat ze wel willen geloven, maar het niet kunnen. Doopsgezind theoloog Claartje Kruijff wil in dit boek richting geven aan dit oerverlangen, aan het zoeken naar God, naar rust en houvast.
Ze vertelt verhalen van zichzelf en van mensen die ze ontmoet; van daaruit verkent ze levensthema’s als overgave, kwetsbaarheid, gemeenschap, vreugde en verlies. Hoe geef je woorden aan die ervaringen, wat zou je op die momenten kunnen en mogen geloven?
Vrijzinnigheid en rechtzinnigheid raken elkaar in dit boek, schreef de recensent in deze krant: de een benoemt zijn zoektocht naar zekerheid en houvast in psychologische termen, de andere in bevindelijke taal en beelden.
Peter Nissen – De erfenis van het Concilie van Nicea. Samen beraden, geloven en vieren
2025 is het jaar van Nicea; de geloofsbelijdenis die in veel kerken over de hele wereld elke zondag wordt gesproken of gezongen, is 1700 jaar oud. Kerkhistoricus Peter Nissen bespreekt de aanloop naar het Concilie van Nicea en wat daar werd besproken.
Het blijft niet bij een geschiedenisles; hij trekt de lijnen meteen door naar het kerkelijk landschap vandaag. Het was voor het eerst dat lokale christelijke geloofsgemeenschappen – waarvan vele net uit een tijd van vervolging kwamen – elkaar opzochten. Op het concilie gingen voorgangers in gesprek over wat in het geloof belangrijk is, ze probeerden onder woorden te brengen wat hen verbond, en ze vierden samen hun geloof.
Die drie thema’s zijn nog steeds van belang. Via gespreksvragen kunnen christenen en geloofsgemeenschappen verder beraden, geloven en vieren in het spoor van Nicea.
Hans van Oort – Israël? Israël? Wat Jezus, apostelen en evangelieschrijvers werkelijk zeggen
Moeten christenen pal achter Israël staan? Is dat wat Paulus als hij zegt dat God zijn volk niet heeft verstoten? Is de huidige staat Israël de vervulling van bijbelse profetieën? Wat bedoelt Paulus als hij zegt dat God zijn volk niet heeft verstoten?
Hoogleraar vroege kerkgeschiedenis Hans van Oort wist het niet goed, na de aanslagen van 7 oktober 2023. Hij ging het Nieuwe Testament grondig lezen en kwam tot een conclusie waar hij zelf van schrok: Jezus spreekt nergens over een herstel van een aards rijk voor Israël, en zijn volgelingen evenmin.
‘De focus van de christelijk-messiaanse proclamatie is het wereldwijde koninkrijk van God waarin zowel Joden als niet-Joden zijn opgenomen.’ Dat koninkrijk heeft geen wereldlijke macht; het is een rijk van liefde en gerechtigheid, waar je al tekenen van ziet.
Niet vanwege dit standpunt wordt dit boek genomineerd, maar vanwege het grondige onderzoek van de Bijbel in een omstreden actuele kwestie.
Reinier Sonneveld – Het einde van de hel
Dit boek bracht begin dit jaar veel gesprek op gang. Gaan mensen die niet in God geloven, voor eeuwig verloren? Theoloog Reinier Sonneveld denkt van niet – veel dominees ook niet, volgens hem, ook als ze dat niet hardop durven zeggen. Maar hij gelooft wel in een hel, en in dit boek zoekt hij uit wat hij dan gelooft.
Sonneveld ziet de hel niet als plek van eeuwige veroordeling, maar van loutering en herstel. Volgens hem sluit dit aan bij het beeld van de hel in de vroege kerk: een tijd van ‘geween en tandengeknars’, een slecht geweten dat opspeelt. Wordt Hitler dan uiteindelijk ook behouden? Ja, zegt Sonneveld, maar dan moet hij elke Jood om vergeving vragen.
Dit beeld van de hel is niet makkelijk of soft, vindt Sonneveld. ‘In het recht wordt herstelrecht gezien als zwaarder dan strafrecht. Als je in de gevangenis wordt gestopt, kun je nog zeggen: het is oneerlijk dat ik hier zit. Maar op het moment dat je vergeving moet vragen aan een slachtoffer, moet er echt iets gebeuren.’
Henk Stoorvogel en Bart van Nes – Holy plot
Twee evangelische voorgangers nodigen uit om de Bijbel met nieuwe ogen te lezen. Zet je moraaltheologische (wat moet ik hiervan leren?) en je christocentrische (wat zegt dit gedeelte over Christus?) bril eerst eens af; lees de bijbelverhalen zoals de vertellers ze hebben opgeschreven – als literatuur. Wat wilden zíj ermee zeggen?
Stoorvogel en Van Nes reiken daarvoor zes sleutels aan: let op woordgebruik, handelen, dialoog, personages, structuur en patronen. Neem bijvoorbeeld de reactie van vader Jakob als hij hoort dat Jozef vermist is: de bijbelschrijver gebruikt wel zes werkwoorden om zijn verdriet uit te drukken. ‘De schrijver doet dit om het verhaal te intensiveren. Hij wil dat we het verdriet van Jakob voelen.’
De auteurs stellen de bijbelverhalen voor als raadsels, die vragen om een oplossing. Bij elk hoofdstuk bieden ze leesopdrachten, waarmee lezers zelf aan de slag kunnen.





