Menu

Basis

Pastoraat aan mensen met een verstandelijke beperking

Basisinformatie en tips

Misschien heb je ze wel eens ontmoet: mensen met een verstandelijke beperking. Vroeger woonden ze vooral wat achteraf, op een instellingsterrein, maar de laatste decennia wordt er vaak voor kleinschaligere woonvormen gekozen, midden in een woonwijk. We kunnen elkaar dus makkelijker tegenkomen, op straat of in de winkel, misschien zelfs in de kerk.
In de praktijk van het pastoraat aan verstandelijk gehandicapten blijkt integratie in reguliere geloofsgemeenschappen in veel gevallen beslist niet makkelijk van de grond te komen. De kerk lijkt ermee verlegen te zijn hoe deze mensen in haar midden op te nemen. Onbekendheid is hierin geen onbelangrijke factor. Evenals het feit dat ze ‘anders’ zijn dan wij. Dat kan zich uiten in andere geluiden of ongecontroleerde bewegingen. Ze zien er anders uit. Ze praten niet of reageren juist op alles wat gezegd wordt. Anderen lijken juist weer helemaal nergens op te reageren. Waar doe je het dan voor? Wat moet je ermee? Wat weten we er eigenlijk van?

Wat is een verstandelijke beperking?

Alle informatie die wij in ons leven tot ons nemen, alles wat we leren en waarnemen, komt binnen via onze zintuigen. We zien, horen, voelen, ruiken, proeven, en al die prikkels worden verwerkt in ons brein. Als er sprake is van een verstandelijke beperking gaat er ergens in dat brein iets niet goed. Er is iets mis met de opname van informatie, de prikkelverwerking, het denkvermogen, het geheugen – alle functies die wij vaak aangeven met ‘verstand, cognitieve functies, denkvermogen, mogelijkheid tot zingeving’. De omvang van de handicap en de (on)mogelijkheden die dat met zich meebrengt zijn mede afhankelijk van waar in de hersenen de beperking zit. Vaak hebben de gevolgen wel betrekking op het totale functioneren: denk bijvoorbeeld aan het sociaal functioneren (in hoeverre kan iemand zich aanpassen aan zijn omgeving?), emotionaliteit (verstandelijk gehandicapten kunnen heel impulsief en direct reageren, of ze nu blij, boos, bang of verdrietig zijn) en communicatiemogelijkheden (wat als je niet kunt praten bijvoorbeeld?).

Vroeger werd er een indeling op IQ gemaakt: hoe hoger het IQ hoe kleiner/lichter de beperking. Ook de vergelijking met kinderen wordt wel getrokken. Dan zeggen we bijvoorbeeld ‘hij functioneert op het niveau van een peuter’. Dat kan soms mooie handvatten geven voor communicatie, maar tegelijk werkt dat het gevaar in de hand dat we volwassen mensen kinderachtig gaan benaderen. Ze hebben echter vaak wel twintig, dertig, veertig jaar levenservaring – wat we van een kind van twee niet kunnen zeggen.

Wat zijn de gevolgen van een verstandelijke beperking?

Prikkels komen misschien wel binnen, maar lopen vast en komen niet daar waar ze normaal gesproken verwerkt kunnen worden. Of ze worden omgeleid. Dat kan betekenen dat informatie vertraagd binnen komt.

Stel, je stelt een vraag en krijgt niet meteen antwoord.

Dan kan de vraag onduidelijk zijn, iemand begrijpt niet wat jij wilt weten. Je woordkeus is mogelijk te moeilijk of te abstract. Het kan al helpen om dezelfde vraag nog eens te stellen, maar dan in eenvoudigere woorden.

Het kan ook zo zijn dat de vraag tijd nodig heeft om binnen te komen. Iemand heeft nog niet voldoende tijd gehad de vraag goed tot zich door te laten dringen. Het blijft dus even stil. Probeer dan niet te snel nóg een (andere) vraag te stellen.

Misschien dat iemand het antwoord op jouw vraag wel weet, maar niet (goed) kan verwoorden. Omdat iemand zelf niet kan praten, maar wel degelijk lijkt te begrijpen wat jij zegt. Of omdat iemand wel kan praten, maar niet goed uit zijn woorden kan komen. Verstandelijk gehandicapten zijn in hun taalgebruik vaak minder gevormd, hun taalgebruik is minder aangeleerd. Vooral overdrachtelijk taalgebruik (her)kennen ze vaak niet (spreekwoorden bijvoorbeeld) – taal wordt dan heel letterlijk genomen. ‘Geloven geeft kracht’ kan dan verstaan worden als: spierkracht. Dus als ik iemand in elkaar sla, heeft God mij daar kracht voor gegeven. Een misverstand is zo ontstaan…

Andersom kunnen verstandelijk gehandicapten woorden en beelden gebruiken die ons niet meteen bekend zijn. ‘Mijn buik staat op verdriet’. Voor ons geen bekende beeldspraak, al is die met een beetje verbeelding wel te verstaan. Het blijft van belang altijd te checken wat iemand zegt, wat hij bedoelt en of je hem goed begrijpt. En andersom: begrijpt hij wat ik zeg en wat ik bedoel?

Geloof en levensbeschouwing

Gelukkig is verbale communicatie geen voorwaarde om te kunnen geloven! Alles wat we waarnemen komt via onze zintuigen binnen. Krachtige middelen om zintuigen te prikkelen zijn bijvoorbeeld rituelen, symbolen en muziek. Zij doen immers een appel op onze zintuigen: er valt iets te zien, te horen, te voelen, mogelijk zelfs te proeven en te ruiken. Bovendien zijn het hele concrete aspecten van geloven.

Symbolen zijn vaak voorwerpen met een verwijzende functie. Zoals een beker op ‘koffie’ duidt en een rugtas op ‘werk’, verwijst een kruis bijvoorbeeld naar ‘Jezus’.

Rituelen hebben hun eigen symbolische waarde. De kracht van rituelen ligt in het doen. In het doen kun je er iets aan beleven en door de beleving brengt het ritueel contact, communicatie, tot stand. Een gezamenlijke beleving van het ritueel brengt communicatie tussen mens en God en tussen mensen onderling. Door mee te doen met een ritueel geef je je er aan over. Rituelen brengen mensen tot delen in elkaars leven en (geloofs)beleving. Denk bijvoorbeeld aan ‘bidden en danken’, aan de zondagse viering, de Maaltijd van de Heer. Rituelen zijn in tijd en handelen apart gezet, bijzonder.

Muziek is beleving bij uitstek; je vindt iets mooi of niet. Muziek is ook beweging: ritme en gebaren. Muziek appelleert ergens aan. Of je het nu kunt verstaan of niet (denk aan vreemde talen, aan gebruik van fantasiewoorden, aan onduidelijke-, aarzelend gezongen- of totaal door muziek overstemde teksten) – het doet wat met je. Waar woorden te moeilijk kunnen zijn, kan muziek iemands aandacht pakken. Waar klanken niet tot iemand door kunnen dringen, kunnen muziekinstrumenten voelbare trillingen veroorzaken, die voor even de aandacht opvragen.

Gebruik van symbolen, rituelen en muziek creëert de mogelijkheid en gelegenheid om actief mee te kunnen doen, deel te kunnen nemen. Daarin kunnen we verstandelijk gehandicapten laten ervaren, laten beleven dat ze erbij horen, deel uitmaken van de gemeenschap. In de geloofsgemeenschap gaat het erom je gekend te weten, zoals je je bij God gekend mag weten. Noem mensen bij hun naam, laat ze aan den lijve ondervinden dat ze gezien worden, dat ze welkom zijn, dat ze ertoe doen. Dat ze mogen zijn wie ze zijn.

Tips

  1. Zoek oogcontact om aandacht te krijgen van de ander.
  2. Wees je bewust van je lichaamstaal (mimiek, gebaren), je intonatie en de melodie van je stem. Dat wat je wilt zeggen wordt hier grotendeels door bepaald!!
  3. Bied zoveel mogelijk zintuiglijke ervaringen aan (dingen die je kunt zien, horen, ruiken, proeven, voelen).
  4. Kies waar mogelijk voor een individuele benadering. Onderschat niet het belang van het mensen (voortdurend) bij hun naam noemen, hoe moeilijk dit soms ook kan zijn als je met grotere groepen te maken hebt. Raak mensen aan, geef ze een hand – laat voelen dat je de ander ziet, dat hij gekend wordt en dat je aandacht voor hem of haar hebt.
  5. Je zult meer bereiken in een rustige omgeving. Dit hoeft niet per definitie één-op-één te zijn, als de ruimte maar rust uitstraalt. Maak hierbij gebruik van geur, rustige achtergrondmuziek, een rustige houding, rustige stem. Sfeer is heel bepalend. Denk ook aan een indeling, waarin mensen zich vrij rond kunnen bewegen en zich niet makkelijk kunnen bezeren.
  6. Reageer op elke vorm van communicatie van de ander. Geef bevestiging, moedig aan. Maak hierbij ook gerust gebruik van muziekinstrumenten. Reageer op geluiden en bewegingen die de ander maakt.
  7. Onderken het belang van herhaling, herkenning en regelmaat. Start bijeenkomsten met een zelfde lied of geluid. Sluit met een zelfde lied af. Je kunt ook denken aan bijvoorbeeld: het aansteken van de Paaskaars in elke viering, elke zondag aandacht vragen voor de zieken en de jarigen, die bij naam worden genoemd, elke veertien dagen een zangavond organiseren. Veel mensen geven vaak al blijk te weten wat er komt – al is het maar bij het betreden van de ruimte.
  8. Maak zelf muziek of zing. Dat prikkelt meer zintuigen en daarmee meer alertheid. Zingen is beleven. Wees je bewust van wat je zingt: blij of ingetogen, biddend (Onze Vader) of vertellend (van Abraham, Mozes, David, Jezus).
  9. Als je ervoor kiest een Bijbelverhaal te vertellen, gebruik dan korte, eenvoudige zinnen. Probeer zoveel mogelijk in de tegenwoordige tijd te vertellen. Tijdsaanduidingen op zich zijn vaak al te moeilijk, laat staan wisselingen van verleden naar toekomst. Het gaat veelal om de beleving hier en nu. Beperk je tot de grote lijnen van het verhaal en laat je er niet toe verleiden teveel details aan te halen. Dat maakt de boodschap te groot en daardoor ook onoverzichtelijk.
  10. Als je gebruik maakt van woorden, ondersteun dat waar mogelijk met natuurlijke gebaren, voorwerpen, foto’s of symbolen: laat zien wat je zegt – visualisatie!

Deskundigen

Op het gebied van geloven en mensen met een verstandelijke beperking:

  • Roelie Reiling en Wynette Schouten zijn beiden werkzaam als geestelijk verzorger in de verstandelijk gehandicaptenzorg en hebben een rijke ervaring met de doelgroep, juist ook op het gebied van geloven. Op hun website www.onbeperktgeloven.nl stellen zij (praktische) informatie beschikbaar. Denk aan achtergrondinformatie, tips, literatuurlijsten. Er is ook een facebookpagina Onbeperkt Geloven, waar elke week een tip, een boek, een beleving, een vraag of een lied gedeeld wordt.
  • Het is ook mogelijk om deskundigen te raadplegen bij een zorginstelling in de eigen omgeving, en de eventueel werkzame geestelijk verzorger daar.
  • Dit Koningskind is een landelijke vereniging voor christenen met een beperking en allen die bij hen betrokken zijn. Maakt zich sterk voor de integratie van mensen met een beperking in kerk en samenleving. Vanuit bijbelse principes, zoals beleden in de gereformeerde kerken.
  • Landelijke christelijke instellingen die zorg en begeleiding bieden aan mensen met een verstandelijke beperking:www.philadelphia.nl en www.stichtingsprank.nl

Meer weten

Op www.onbeperktgeloven.nl  zijn uitgebreide literatuurlijsten te vinden. We lichten er hier enkele boeken uit:

  • Meedoen met het verhaal van God, Piet Brongers (1996), Uitgeverij Callenbach b.v. Baarn. Bijbelverhalen in het hier en nu verteld, aan de hand van thema’s die ook in de eigen belevingswereld een rol spelen.
  • Van en voor allen, Herman Meininger (2004) Uitgeverij Meinema, Zoetermeer. Hoe kan de kerk vieren, leren, dienen en pastoraal aanwezig zijn sámen met mensen met een verstandelijke beperking?
  • Adam: een vriendschap, Henri Nouwen. Uitgeverij Lannoo, Tielt (1998). Een aangrijpend (geloofs)getuigenis van Nouwen over zijn leven met Adam, zijn gehandicapte vriend uit de Arkgemeenschap.

Roelie Reiling en Wynette Schouten zijn werkzaam als geestelijk verzorger in de verstandelijk gehandicaptenzorg.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken