Ambt, als het piept en kraakt
Waar nauwelijks ambtsdragers meer te vinden zijn – in sommige delen van Nederland echt aan de orde! – moeten andere oplossingen gevonden worden. Hoe gaan we voorzichtig om met de energie die voorhanden is? Hoe houd je het enthousiasme vast?
Het werk van een ambtsdrager in deze tijd lijkt wel wat op dat van een circusartiest. U kent die act wel, de artiest houdt een heel aantal borden op stokjes draaiend in de lucht. Een hele kunst! In het zuiden van ons land zien we dat het werk van de kerkenraad door steeds minder mensen wordt gedaan. En omdat het werk niet minder wordt, en de kerkenraad kleiner, nemen de leden steeds meer taken op zich. Als ik vraag hoeveel taken dat zijn, is het antwoord al gauw vijf, zes, zeven of meer. Soms geven mensen ook aan dat ze vermoeid zijn. Dat ze eigenlijk wel willen stoppen, maar dat er geen opvolgers klaar staan. Want de jongere generaties sluiten niet zomaar aan.
Het is uit liefde en toewijding aan de kerk dat ambtsdragers dit werk op zich nemen. Met alle goede bedoelingen, en vaak al heel erg lang. Het is geen uitzondering dat iemand in haar derde termijn zit en erbij zegt, dat ze daarvoor al vaker ouderling of diaken is geweest. Er gebeuren heel mooie en zinnige dingen, maar het is wel de vraag hoe je dit vol houdt.
In het gesprek dat we vervolgens hebben bij het bezoek van de classispredikant aan de gemeente, haal ik vaak psalm 1 aan. Een vertrouwd beeld van de boom die geplant is aan stromend water en die altijd groen is en op tijd zijn vruchten draagt.
Hij zal zijn als een boom, geplant aan stromend water. Op tijd draagt hij vrucht, zijn bladeren verdorren niet. Alles wat hij doet komt tot bloei.
Het is een beeld van een gezonde energiehuishouding. En – zeg ik met een knipoog – de psalmist had het speciaal voor kerkenraadsleden geschreven kunnen hebben. Want deze allereerste psalm gaat over de vraag hoe je fris blijft. Hoe zorg je ervoor dat de energie blijft stromen, en dat je niet belandt in een sleur van alleen maar regeldingen? Het zou toch mooi zijn als je van een kerkenraadsvergadering naar huis gaat en bij jezelf bedenkt: Dit was een goede avond!
Het werk wordt niet minder – kerkenraadsleden nemen steeds meer taken op zich
Waartoe is de kerk er?
Volgens de kerkorde geeft de kerkenraad geestelijk leiding aan de gemeente. Deze termen schrikken mensen soms af. Maar er wordt wel iets moois mee bedoeld, namelijk dat de kerkenraad ook nadenkt over de vraag waarom we de dingen doen zoals we ze doen. Geestelijk leiding geven houdt in dat je telkens terugkeert naar de bron en een goed gesprek voert over wat wezenlijk is, en samen bidt. Dat is niet vermoeiend, nee, dat geeft bezieling. En het verwijst naar het evangelie dat ook vol staat van verhalen die mensen gevoel geven voor de eeuwigheid en God, en die het leven op een bijzondere manier kleuren. Putten uit de bron dus, want het evangelie is er toch op gericht dat wij werkelijk leven?
Heel concreet zou je bijvoorbeeld niet alleen kunnen bespreken in welke vorm het avondmaal wordt gevierd, maar het onderwerp gebruiken om een ronde te houden waar ieder iets vertelt over wat je aan het avondmaal beleeft. Ik verzeker u, dat u van alles kunt vergeten van die vergadering, maar niet de verhalen van mensen!
Vooral koersen op zaken die energie géven, want energie is kostbaar
En zo kun je elke vergadering één van de onderwerpen kiezen om eens wat verder over door te praten. Het bevordert ook de teamvorming.
Geen eenvoudige oplossingen
Maar het is duidelijk dat er geen eenvoudige oplossing is voor de problemen die de onderbezetting van de kerkenraad met zich meebrengt. Het is belangrijk niet in een overlevingsstand te belanden, waarin geen enkele ruimte meer is voor een nieuw initiatief.
Soms kan het helpen om samen te werken met een andere kerkenraad. Waar maar één of twee diakenen zijn, kan een samenwerkend college gevormd worden met diakenen uit de omliggende gemeenten. Samen sta je sterker.
Een andere oplossing die veel gemeenten toepassen, is het werken met taken. Mensen buiten de kerkenraad worden gevraagd iets te doen. Dit verlicht het werk van de ambtsdragers, en zorgt ervoor dat er meer mensen betrokken zijn.
Wat ook energie geeft, is je verbinden met mensen buiten de eigen kring. Het kan veel opleveren om eens jongeren uit te nodigen die sympathiseren met bijvoorbeeld Extinction Rebellion, of een biologische boer. Gesprekken zijn inspirerend en houden de kerkenraad ook bij de vraag wat de rol is van kerk en geloof in deze samenleving.
Je kunt je ook afvragen of alles wat we doen even zinvol is. Mensen hebben de neiging om alles wat ooit is bedacht, te blijven doen. Soms is het echter goed ergens mee te stoppen, om zo energie te hebben voor andere activiteiten. Want energie is kostbaar. Een goede richtlijn is vooral te koersen op zaken die energie geven, en waar mensen enthousiast voor worden. Als de energie op een goede manier blijft stromen, kan de gemeente kleiner worden, maar toch vitaal zijn.
Wees als een boom geplant aan stromend water.
Marco Luijk is classispredikant voor Noord-Brabant, Limburg en Réunion Wallonne.