Menu

Basis

Nieuwe vormen van kerkzijn kijken anders tegen het ambt aan

Groep mensen aan tafel aan het praten.
(Beeld: Antonio_Diaz via iStock)

Alsof de jeugd het anders wil dan de ouders… Leidinggeven in gemeenten van nieuwe vormen gaat anders dan in ‘oude’ gemeenten. Of lijkt dat meer zo dan het in werkelijkheid is? Zijn het vooral de benamingen?

Pioniersplekken kennen meestal een platte structuur en een andere bestuurscultuur dan reguliere gemeenten. Ze lijken minder te vergaderen en sneller te organiseren. Per jaar stromen bijna tien pioniersplekken door als zelfstandige (wijk)gemeente binnen de Protestantse Kerk. Zelfstandig of semi-zelfstandig in de vorm van kerngemeente, reguliere of missionaire wijkgemeente. Er zijn enkele monastieke initiatieven. Deze nieuwe vormen van kerkzijn worden geleidelijk onderdeel van het kerkelijke circuit van de Protestantse Kerk en moeten wennen aan de ambten. Accepteren zij de kerkordelijke regelgeving en de ambtscultuur van de Protestantse Kerk? Is er sprake van een andere ambtsopvatting?

Vier pioniersplekken, die kerngemeente werden, moesten wennen aan de kerkordelijke regelgeving en de uitgebreide procedure. Dat riep o.a. deze reacties op: ´Kunnen we onze termen blijven gebruiken, zoals teamlid, voorzitter, secretaris en penningmeester in plaats van ouderling, diaken en kerkrentmeester?’, ´Onze geloofsgemeenschap koos juist voor een lichte organisatiegraad en een cultuur van minder vergaderen en vastleggen. De opties die de Protestantse Kerk biedt komen zwaar over.´,

´Zij worden nu ambtsdrager, maar ze hadden tot voor kort geen idee wat dat inhoudt.´, ´Mogen onze gastleden en vrienden ambtsdrager worden?´ en ´Wil de Protestantse Kerk ook iets van ons leren of moeten wij ons alleen aanpassen?´ Uiteindelijk was de erkenning als kerngemeente en het bevestigen van de ambtsdragers een heugelijk feit, wat tot dankbaarheid stemde.

Verscheidene pioniersplekken, die kozen om missionaire wijkgemeente te worden, merkten op dat het allemaal zo formeel en kerkordelijk toegaat. Men was blij en dankbaar dat men een geloofsgemeenschap was geworden, maar vroeg zich af waarom aan de nieuwe naam zoveel regelgeving vast zit.

Wil de PKN ook iets van ons leren of moeten wij ons alleen aanpassen?

Nijkleaster

Eén monastiek initiatief is Nijkleaster. Dit protestantse klooster wilde een volwaardige vorm van kerkzijn met behoud van de eigen vorm en identiteit worden. Dat lukt door samen te gaan met de Protestantse Gemeente Westerwert. In de nieuwe plaatselijke regeling van PG Westerwert werd vastgelegd dat kerkgemeente en klooster als twee entiteiten samen gaan en dat kloosterlingen, vrienden en gastleden lid van het bestuur, c.q. de kerkenraad kunnen worden. Men vond deze ruimte in de kerkorde. Zolang alternatieve bestuurlijke termen of andere vormen van lidmaatschap in de plaatselijke regeling worden benoemd is één en ander kerkordelijk mogelijk.

Ook reguliere gemeenten hebben de ruimte voor niet-ambtsdragers in de kerkenraad en een delegerende stijl van leidinggeven gevonden. Adviseurs, kerkrentmeesters en diaconale rentmeesters, die geen ambtsdrager zijn, werken mee in de kerkenraad. De kerkenraadsvorm met werkgroepen, cf. ordinantie 4 artikel 9, faciliteert het delegeren van verantwoordelijkheden aan werkgroepen, waar gemeenteleden verantwoordelijkheid en taken op zich nemen. In de praktijk wordt het onderscheid tussen ambtsdragers en niet-ambtsdragers kleiner. Formeel en principieel gezien blijft het onderscheid.

Er was en is sprake van verlangen om verantwoordelijkheid te dragen

Taakdragers

De bestuurscultuur van pioniersplekken, zelfstandig geworden kerngemeenten en missionaire wijkgemeenten draagt bij aan het gebruik maken van de talenten en roeping van leden, die taakdrager dan wel ambtsdrager willen zijn. Deze pionierspraktijk droeg bij aan de thematiek in theologische reflecties op het ambt en de kerk, zoals de rapporten Mozaïek van kerkplekken (2019), Geroepen en gezonden (2020), Lichter Ingevuld (2021) en Geroepen door Christus (2022). Ook taakdragers dragen immers bij aan het leidinggeven aan het leven en werken van de gemeente. Pioniersplekken bleken veelal moeite te hebben met het begrip ‘ambt’. Er was en is wel sprake van verlangen van mensen die zich geroepen voelen om verantwoordelijkheid te dragen en daarop aanspreekbaar te willen zijn. Van pioniers wordt een geestelijk leiderschap verlangd, dat niet alleen tot uitdrukking komt in de verkondiging, maar ook in het vermogen om het evangelie in het persoonlijke leven tot uiting te laten komen en anderen daarin te begeleiden. Dit is terecht in Geroepen en gezonden opgemerkt.

Ambtsopvatting

De onbekendheid met de geschiedenis en betekenis van het ambt, de beeldvorming en het verschil in terminologie doet vermoeden dat er een andere ambtsopvatting bij de nieuwe vormen van kerkzijn is. Principieel gezien zal dat meevallen. Leden van nieuwe vormen van kerkzijn voelen zich doorgaans onderdeel van de Missio Dei, de beweging van Gods liefde naar de wereld toe. Het perspectief van Gods zending impliceert dat het niet om de kerk gaat. Het gaat uiteindelijk om het werk van de Heer, zoals Geroepen en gezonden beschreven heeft. In welke mate er in de praktijk een andere ambtsopvatting is valt te bezien.

Het lijkt erop dat pioniersplekken de Protestantse Kerk ervaren als een (te) ambtelijke organisatie. Daar zou meer onderzoek naar moeten komen. Toch mag er begrip gevraagd worden voor het punt dat ordening en zorgvuldig bestuur in de Protestantse Kerk nodig zijn. Dat vraagt om het vastleggen van verantwoordelijkheden, taken, rollen en kerkjuridische afspraken. De onbekendheid met de geschiedenis en betekenis van het ambt dient door toerusting opgevangen te worden. De kruisbestuiving op lokaal vlak tussen enerzijds de algemene kerkenraden en (wijk)kerkenraden en anderzijds de nieuwe vormen van kerkplekken zou bevorderd dienen te worden.

Burret Olde is als predikant met bijzondere opdracht werkzaam in de Dienstenorganisatie van de Protestantse Kerk. Hij heeft aandacht voor de doorstroom van pioniersplekken, Lichter Kerk Zijn en de samenwerking van gemeenten.


Ambt
Ouderlingenblad 2024, nr. 10

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken