Menu

Basis

Keti Koti 2023

Bewustwording van het Nederlandse slavernijverleden is al gaande, schrijft Haydy Nelson. Maar meer aandacht is nog steeds nodig, ook in de kerken. Een opmaat voor een serie.

In 2023 is het honderdzestig jaar geleden dat de slavernij in Suriname en de voormalige Nederlandse Antillen werd afgeschaft. In Nederland is hiervoor meer aandacht gekomen door de aanwezigheid van mensen uit de voormalige kolonies en door de jaarlijkse nationale viering van Keti Koti, het verbreken van de ketenen, op 1 juli in het Oosterpark te Amsterdam.

Het grote aantal mensen dat zich daarbij betrokken voelt, heeft alles te maken met de Nederlandse aanwezigheid in Azië, Afrika en de Amerika’s in de zeventiende, achttiende en negentiende eeuw. De Nederlandse handel ging aanvankelijk om goud, ivoor, cacao en specerijen; de handel in slaven volgde. Het economische plaatje was een succesverhaal.

Maar het vrije en mooie leven van de Europese elite had als keerzijde generaties lang een systeem van uitbuiting, hardvochtigheid en ontmenselijking. Er waren uitzonderingen, maar het lot van de slaven, een lot van uitzichtloosheid, kan en mag niet vergeten worden. Daarom zijn de herdenking en herinnering aan Keti Koti ook in Nederlandse kerken belangrijk.

Nationaal Monument Slavernijverleden, Oosterpark, Amsterdam, gemaakt door Erwin de Vries (2002)

Een kerkelijke geschiedenis

Op de schepen van de Verenigde Oosten West-Indische Compagnieën gingen predikanten mee die in de kolonies kerken stichtten, dus ook op Curaçao en in Suriname. Bij de verovering van Suriname op de Engelsen in 1667 was een van de voorwaarden overname van de Engelse pastorie en kerk waar de eerste gereformeerde predikant zich vestigde. Zijn taak was de gemeenteopbouw van de blanke inwoners.

Hij noch zijn opvolgers keerden zich tegen de slavernij vanwege hun afhankelijke positie van de plantage-eigenaren, die aanvankelijk hun traktement betaalden. Toen het traktement een tijd uitbleef, werd de dominee zelf plantage- en slavenhouder.

De predikanten dachten dat slavernij hoorde bij dit leven

De gereformeerde en lutherse predikanten dachten op grond van hun uitleg van Oude en Nieuwe Testament dat slavernij hoorde bij dit leven en niet in strijd was met het geldende mensbeeld. Afrikanen waren vervloekt vanwege Cham, de vader van Kanaän, die Noach naakt had gezien (Genesis 9:25). Ook het gereformeerde gedachtegoed van de predestinatie, de uitverkiezing, hield de kloof tussen wit en zwart in stand.

Geleidelijk werd de gereformeerde kerk staatskerk en kon bepalen welke kerk wel of niet welkom was. Maar ook de zendelingen van de Evangelische Broedergemeente (EBG) uit Duitsland en de rooms-katholieke missionarissen uit Nederland verzetten zich niet tegen het slavernijsysteem. Zij begonnen hun ziekenzorg, alfabetiseringsen geloofsonderricht onder inheemsen en gevluchte slaven (Marrons).

Uiteindelijk kregen deze beide kerken vanuit het gouvernement de opdracht tot bekering en kerstening op de plantages. Hun medewerking werd gevraagd bij het manumitteren (vrijkoop van slaven vanaf 1733) en bij de afschaffing van de slavernij in 1863.

Herstel

De nazaten van de ‘tot slaaf gemaakten’ maken veelal deel uit van kerken in Nederland. Het is belangrijk dat er ruimte komt om na te denken over de gevolgen van deze verschrikkelijke periode. Aandachtspunten zijn dan achterstelling van hun sociaaleconomische positie, racisme, ontkenning, discriminatie en gebroken gezinnen. Tien jaar geleden maakte de Raad van Kerken excuses voor het slavernijverleden met een verklaring die positief werd ontvangen. Er is beloofd om samen te werken; tijdens een internationale conferentie in Mennorode te Nunspeet (2013) bood de EBG de gelegenheid tot dialoog, ontmoeting en verwerking van het slavernijverleden.

Ook het Nationaal Instituut voor Nederlands Slavernijverleden en Erfenis (NiNSee) organiseert al jarenlang museale en educatieve activiteiten. Dit instituut trekt regelmatig samen op met de kerken. De Evangelisch Lutherse Gemeente en de Protestantse Gemeente Amsterdam-Zuidoost herdenken jaarlijks Keti Koti samen in de zondagse eredienst. Zo worden alle gemeenteleden bij deze herdenking betrokken.

Haydy Nelson is lid van de Protestantse Gemeente Amsterdam-Zuidoost, theologe en redactielid van de ZijSpiegel.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken