Op zoek naar wijsheid
In het oude Israël werden veel wijsheden doorgegeven van vader op zoon en van moeder op dochter. In het bijbelboek Spreuken lezen we heel veel dergelijke uitspraken.
In Groningen zitten we elke dinsdag met een groep studenten aan een grote houten tafel. De boodschappen zijn gedaan, het eten staat op tafel. Voordat we gaan eten zijn we even stil. Je hoort de vogels fluiten, even geen druk gepraat, een moment van rust en dan… ‘Eet ze met hapjes!’ Die uitspraak heb ik van mijn moeder. Die zei dat ook altijd bij het begin van een maaltijd. Onlangs kwam ik erachter dat de zin eigenlijk niet af is: ‘Eet ze met hapjes, drink ze met slokjes en stik niet in de brokjes’, of, zoals een vriendin het kent: ‘Eet u hartelijk en vermakelijk, met hapjes en smakelijk.’
Verzameling
Wat neem je mee uit je opvoeding, wat herinner je je van wat opa’s of oma’s altijd zeiden?
Het bijbelboek Spreuken is zo’n soort verzameling. Verschillende dichters hebben een bijdrage geleverd aan deze verzameling spreuken. Een heel aantal van die spreuken wordt toegeschreven aan Salomo. Hij was de koning van wie men wist dat hij veel wijsheid bezat. Maar je vindt in het bijbelboek ook spreuken van andere wijze mensen.
Praktische wijsheid
Het boek bevat spreuken die je kunt gebruiken in het dagelijks leven. Hoe ga je om met mensen, wat is daarin verstandig? Hoe moet je je gedragen in gezelschap? Op welke manier ben je eerlijk en betrouwbaar? Hoe kun je je oefenen in de juiste levenshouding?
Het boek bestaat uit drie delen. Het eerste deel, hoofdstuk 1 t/m 9, bevat goede raad van een ouder aan een zoon, of misschien van een leermeester aan een leerling. Vaak staat de eerbied voor God centraal: ‘Je moet dus eerlijk zijn, en alleen omgaan met goede mensen. Want als je goed leeft en trouw bent aan God, blijf je in leven’ (Spreuken 2:20-21).
Of: ‘Denk altijd goed na voordat je iets zegt. Dat is het belangrijkste in je leven. Vertel geen leugens, en bedrieg andere mensen niet. Wees altijd eerlijk en betrouwbaar’ (Spreuken 4:23-25).
In deze hoofdstukken wordt degene aan wie het boek gericht is, vaak gewaarschuwd. Het is opvallend dat er vooral wordt gewaarschuwd voor slechte vrouwen. Daar moet je voor oppassen; als je door haar verleid wordt, is het niet best.
Een mooi contrast is dat in Spreuken 8 de wijsheid als vrouw wordt verbeeld. Dit hoofdstuk is een soort loflied op de wijsheid. De wijsheid zelf vertelt dat zij er al was voordat God hemel en aarde maakte. Als je haar blijft opzoeken, zul je gelukkig worden.
Spreuken van Salomo
In hoofdstuk 10 t/m 29 vinden we de eigenlijke spreuken van Salomo, een groot aantal losse spreuken. Je zou elke dag een spreuk kunnen lezen als spreuk van de dag.
Bijvoorbeeld: ‘Mensen die zomaar iets zeggen, doen snel domme dingen, maar mensen die eerst rustig nadenken, zijn verstandig’ (Spreuken 10:19). Of: ‘Een volk dat geen goede leiders heeft, wordt verslagen, maar een volk met veel raadgevers wordt gered’ (Spreuken 11:14).
Zelf vind ik de volgende spreuk een waar woord: ‘Vriendelijke woorden geven mensen kracht om te leven, maar boze woorden maken mensen kapot’ (Spreuken 15:4).
Vergelijkingen
In Spreuken 25 en 26 staan een heel aantal spreuken met vergelijkingen. Ze zijn soms best grappig. ‘Vertrouw niet op slechte mensen als je in moeilijkheden bent. Dat is net zo dom als proberen te eten zonder tanden, of als lopen met een gebroken voet.’ Of ‘Luie mensen zitten vast aan hun bed, net zoals deuren vastzitten aan de deurpost’ (Spreuken 26:16).
Een van de voor ons meest herkenbare uitspraken is: ‘Iemand die een kuil graaft voor een ander, valt er zelf in’ (Spreuken 26:27).
Een sterke vrouw, wie vindt haar?
Het boek Spreuken eindigt met een loflied op een sterke vrouw, waarbij het opvalt dat een vrouw sterk is wanneer zij altijd aan het werk is en nooit rust houdt. Ze is vooral dienstbaar aan anderen. Deze tekst kan een behoorlijke druk hebben gelegd op vrouwen om altijd maar aan het werk te zijn en te zorgen voor anderen. Maar het slot van het lied is: geef haar de eer die zij verdient.
Jasja Nottelman is studentenpredikant en predikant bij De Bron, een van de vierplekken van de Protestantse Gemeente Groningen.