Menu

Basis

Stilte in Haarlem: hobby of noodzaak?

Stiltemeditaties in Haarlemse kerken

Man die kaars aansteekt bij een stiltemeditatie in Haarlem
Kaars aansteken bij stiltemeditatie in Haarlem. Beeld: Sophie Koster

Stadsdominee Tom de Haan ervaart de stilte niet als liefhebberij, maar als bittere noodzaak. Mede door zijn toedoen kun je in Haarlem korte stiltemeditaties bezoeken, op een doordeweekse ochtend. Juist in haar contrast met het alledaagse is de stilte betekenisvol.

Lang ben ik als stadsdominee van Haarlem tamelijk kritiekloos meegegaan in het heersende beeld dat de trits ‘meditatie, stilte en verstilling’ een soort spirituele hobby is voor een specifieke groep mensen. Net zoals het beeld dat een kerk voor ‘gelovige’ mensen is, of het lezen van boeken of het dragen van sandalen nu eenmaal voor sommigen een aantrekkingskracht heeft. Stilte was dan een soort product voor de liefhebbers en dus ook voor consumenten daarvan. In dit perspectief – dat nogal dominant is – ligt het accent op de aantrekkingskracht van de stilte. Noem het maar de ‘pull-factor’.

Mensen worden eerder naar de stilte gedreven, dan dat de stilte aan ze trekt

Mijn ervaringen de afgelopen acht jaar als stadsdominee in Haarlem beginnen eigenlijk precies aan de andere kant: Wat drijft mensen richting de stilte? Waarom zou je je ‘naar binnen keren’? Want dát is wat ik vooral zie gebeuren: mensen, mijzelf inbegrepen, worden eerder naar de stilte gedreven, dan dat de stilte aan ze trekt. Of nog stelliger geformuleerd: stilte is geen liefhebberij, maar een noodzaak. Daarmee bedoel ik dat de aanleiding tot het zoeken van de stilte niet zozeer bestaat uit theorieën, verwachtingen of ideeën over wat je in die stilte zult gaat ervaren, maar dat er een ‘nood’ is. Noem het maar de drukte en veelstemmigheid van het leven – van de ‘niet-stilte’ – die mensen doet verlangen naar een ruimte en tijd die anders zijn dan het gangbare. Tegenover de pull-factor van de stilte, kun je dit zien als de ‘push-factor’. Zo’n perspectief raakt eigenlijk aan wat in de theologie al heel lang een bekende weg is: die van de negatieve theologie. God zoeken, door te beschrijven wat Zij niet is. Zo zie ik daarom tot nog toe de stilte vooral als datgene waar in het dagelijks leven vaak geen ruimte voor is.

Vrouw die op een gong slaat in een kerk Haarlem.
De gong bij de stiltemeditatie in Haarlem. Beeld: Sophie Koster

Paaskaars

Tenminste, zo begon het voor mijzelf toen Nadia Kroon en ik een jaar of negen geleden op ons kantoortje in de Bavo tegenover elkaar zaten, allebei een beetje moe geraakt van de vele vergaderingen en activiteiten waar we als zogenoemde ‘reliprofessionals’ bij betrokken waren. Dit kon toch niet de bedoeling zijn van ons werk in de kerk? Dat maakt ons juist ook voor andere mensen toch geen vóórgangers? Waarom zouden we dus niet iets ‘geestelijks’ organiseren? Bijvoorbeeld een terugkerend meditatief moment, juist ook voor onszelf? Iets waarvoor je ook als professional niets hoeft voor te bereiden qua teksten, inhoud of werkvorm. Iets waar je gewoon ook zelf kunt aanschuiven en waar je ‘mag zijn’ met alles wat er in je is. Niet als specialist, maar met Hannah Arendt in gedachten juist zelf ook steeds als beginner, elke keer opnieuw.

We waren allebei een beetje moe van de vele vergaderingen en activiteiten

Nadat deze vraag zo een paar maanden bleef borrelen, kreeg het vaart toen Nadia een idee opperde. Ze bedacht om als meest eenvoudige vorm van inleiding op- en afsluiting van een stiltemeditatie drie keer een gong te laten klinken. Dat idee was de sleutel naar een super eenvoudig stiltemoment dat geen woorden behoefde, maar voor iedereen die stilte wilde delen open zou zijn. Daarbij zouden we dan wel de Paaskaars aansteken, samen met twee tafelkaarsen op de avondmaalstafel in het koor van de Grote of Sint-Bavokerk.

Stiltemeditatie in Haarlem.
Stiltemeditatie in Haarlem. Beeld: Jaap Kroon

Alleen maar samen

Vervolgens plaatste ik een berichtje op Facebook met de vraag of er misschien belangstelling zou zijn voor zo’n stiltemeditatie én welke tijd in de ochtend dan het best zou passen. Daar kwamen veel meer reacties op dan op enig ander bericht dat ik tot dan toe had geplaatst. En de meningen waren ook heel uitgesproken! Het moest ’s ochtends van half acht tot acht uur, zodat het nog kon voor het werk. Anderen wilden juist van negen tot half tien, zodat eerst de kinderen naar school gebracht konden worden. We hakten een knoop door en kozen voor negen tot vijf voor half tien, zodat je om half tien ook echt weer buiten kunt staan.

Samen stil zijn geeft een meerwaarde

Sinds 7 maart 2016 is er praktisch elke maandagmorgen een groep van vijftien tot dertig mensen in het koor van de Grote of Sint-Bavokerk, en zij zijn dan bijna vijfentwintig minuten stil. Want dat is naast de prachtige locatie de meerwaarde: dat je sámen stil bent. Je bent wel alleen, maar toch samen. Zeker in het begin had ik sterk het gevoel dat die anderen door hun aanwezigheid op hun beurt ook mij weer die stilte gaven. Dit als een onmiddellijk contrast met een samenleving waarin we die stilte vaak aan elkaar ontnemen of invullen. De stilte geeft me de mogelijkheid om me bewust te worden van de alledaagse stroom waarin ik zit.

Dat wordt nog versterkt doordat op maandagochtend rondom de kerk de glasbakken van de horeca van het afgelopen weekend worden geleegd, met een enorme herrie. En dan zijn er ook nog luidruchtige veegwagentjes van Spaarnelanden en lossende vrachtwagens die hun motor niet uitzetten vanwege de koelinstallatie. De eerste maanden gaf dat mij, als ‘eindverantwoordelijke’ van het stiltemoment, een ongemakkelijk gevoel: het is helemaal niet stil in de kerk… En toch begon ik ook te voelen hoe we samen in de stilte een soort tegengeluid brengen, midden in de 24-uurseconomie waar we allemaal deel van uitmaken. Toen ik na lang aarzelen eens contact opnam met Spaarnelanden vanwege de glas- en veegherrie, beloofden ze tot mijn verrassing om te kijken of de ophalers tussen negen en half tien een eindje uit de buurt van de kerk konden rijden. Heel sympathiek. Het lukt helaas niet altijd.

Juist de werkweek en het stiltemoment zijn sterk met elkaar verbonden

Stiltemeditatie in Haarlem.
Stiltemeditatie in Haarlem. Beeld: Sophie Koster

Geen kerkleden

Na aan aantal maanden vroeg iemand of het mogelijk was om ook een stiltemoment te beginnen op een andere ochtend, bij de kerk vlak bij haar huis. Toevallig was het een van de kerken waaraan ik ook ben verbonden en waar al een meditatiegroepje was. Dat groepje wilde hun moment wel opengooien voor nieuwe mensen en verplaatsen naar de ochtend, tussen negen en half tien. Dat tweede stiltemoment in de Oosterkerk wordt ook nog steeds goed bezocht. Na afloop is er koffie, thee en ontmoeting, voor wie wil. Niet lang daarna begon in de prachtige oude Doopsgezinde Grote Vermaning op woensdagmorgen ook een groepje. In de Bavo viel mij inmiddels op dat er onder de bezoekers van de meditaties bijna geen kerkleden waren. Het wekelijkse spirituele moment van veel kerkleden is blijkbaar toch de zondagochtendviering. Als je zondag al ter kerke bent geweest, ga je niet zomaar de volgende dag weer. Want dan is de zondag voorbij en is de werkweek alweer begonnen. Voor de stiltebezoekers lijken juist de werkweek en het stiltemoment sterk met elkaar verbonden. Dat merk ik doordat er in de vakanties minder mensen komen. Inmiddels is ook de Amersfoortse stadsdominee een stiltemeditatie gestart, in de Sint-Joriskerk. Evenzo deed Janneke van Zelst in Rotterdam, in Citykerk het Steiger.

Stiltemeditatie in Haarlem.
Stiltemeditatie in Haarlem. Beeld: Sophie Koster

Je hoeft niet naar een klooster, in je eigen stad kun je verstilling en inkeer vinden

Kerk en stilte

Opmerkelijk is het hoe sterk Nederlanders een kerk associëren met stilte en inkeer, terwijl het kerkelijk leven in werkelijkheid vaak gevuld is met vieringen, activiteiten, lezingen en concerten. Veel kerken missen zelf ook de stilte en de verstilling. Een seconde of twintig bij het stil gebed op zondagochtend, of misschien een minuut voor aanvang van de dienst en dat is het wel. Als een kerkelijke gemeente samenkomt, dan is een lange stilte vaak iets ongemakkelijks. Stel je nu eens voor dat er in Haarlem tien kerken of andere plekken zouden zijn die met elkaar iedere dag van de week stiltemomenten gaande houden. Stel je voor dat je als Haarlemmer voor stilte en bezinning niet op retraite naar een klooster hoeft, maar dat je in je eigen stad en ín je eigen leven de mogelijkheid van verstilling en inkeer kunt vinden. Dit visioen vormde het begin van wat nu Stadsklooster Haarlem is, opgezet samen met Stichting Kerk zonder Grenzen uit Bloemendaal. Onder leiding van Judith van der Wildt is het Stadsklooster inmiddels uitgegroeid. Naast de stiltemeditaties is er een divers programma van bezielende en meditatieve activiteiten, rond de kernbegrippen van ‘Stilte, Schoonheid en Aandacht’.

Stiltemeditatie in Haarlem
Stiltemeditatie in Haarlem. Beeld: Jaap Kroon

Stilte en rumoer: in hun wisselwerking schuilt de kracht

Stilte als verzet

Maar ook hier zie ik hoe snel de samenleving en de media stilte en inkeer als een product voor de liefhebbers schetsen. Het gaat eigenlijk vanzelf. Terwijl ik als stadsdominee juist die stilte ook zie als een vorm van ‘verzet’. Zoals het beroemde boek van Dorothee Sölle als titel draagt: Mystiek en verzet. Begrijp me goed: de stilte zoeken is geen activisme tégen een ander partij. Het is niet krampachtig. Het opzoeken van de stilte brengt simpelweg voor jezelf een nieuwe dynamiek op gang, het plaatst het rumoer van je eigen leven in een ander kader. Je hoeft niet te kiezen voor het één of het ander, juist in hun wisselwerking schuilt de kracht. Het doet me denken aan wat schrijver G.K. Chesterton ergens al bedacht: als we het geloof in de hemel verliezen, verliezen we ook het geloof in de aarde. De dingen ontlenen betekenis aan elkaar.

Daarom heb ik denk ik moeite met spiritualiteit zodra die geschetst wordt als een heel eigen werkelijkheid met eigen methodes en theorieën, waaraan je je moet leren overgeven om het licht te bereiken. Ik hou me dan vast aan beelden van Jezus over het Koninkrijk der Hemelen, dat als een zaadje in de akker en dus ín deze wereld ligt. Om déze wereld is het te doen. Dáár groeit het. Zelfs de oude kloosters, die vanuit hun essentie en hun naam soms zoveel mogelijk ‘afgesloten’ zijn van de wereld, verlenen uiteindelijk hun betekenis aan het feit dat ze in deze wereld staan.

Gedeelde stilte is heel anders dan de eenzame stilte thuis

Het is dus niet mijn doel om zoveel mogelijk ‘stilteliefhebbers’ in Haarlem te verzamelen. Voor een deel van die groep zijn namelijk die vijfentwintig minuten al veel te kort. Mijn doel is wel om alle Haarlemmers te laten weten dat er steeds meer plekken zijn waar belangeloos de stilte wordt gedeeld, en waar je altijd van harte welkom bent om aan te schuiven. Mensen die nog nooit bij een stiltemoment zijn geweest, zijn zelfs positief geraakt door het simpele feit dat ze überhaupt in hun stad zijn. Verder geloof ik dat veel bestaande kerken iets missen als er geen mensen zijn die samen de stilte delen.

Tom de Haan
Tom de Haan, stadspredikant in Haarlem. Beeld: Jaap Kroon

Hartmut Rosa

Ik blijf erbij: de stilte is iets ongemakkelijks in een tijd waarin we het liefst de dingen overzichtelijk invullen met doelen, plannen of vermaak. Voor stiltemeditaties moet je daarom niet werven met het oog op liefhebbers van de stilte. Nee, het is belangrijk om te erkennen dat de stilte ook iets van een verzet biedt tegen wat de Duitse socioloog Hartmut Rosa de ‘razende stilstand’ van onze samenleving noemt. Laten we vanuit dat perspectief de stiltemomenten dan als ‘stille voortgang’ zien. Er gebeurt namelijk echt wel van alles in de stilte. Voor mij is de stilte nog nooit een keer hetzelfde geweest. Maar ik kan er niet het doel of het nut van bepalen. Hooguit dat ik door deze momenten iets leer van hoe het leven op een of andere manier ‘anders vast te houden’ is.

In het contrast ontstaat de tussenruimte om te leven

Natuurlijk zijn er ook eenzamen of ouderen die juist graag aan de stilte van hun leven willen ontsnappen door ontmoeting en sociaal contact op te zoeken. Toch is zelfs voor die groep de gedeelde stilte een heel andere vorm dan de eenzame stilte thuis. Van drukke jonge ouders hoor ik weer vaak hoe graag ze een halfuurtje stilte in hun week zouden hebben. Door de jaren heen zag ik juist ook jonge mensen aanhaken bij de stilte wanneer ze een burn-out kregen en ziek thuis zaten, of wanneer ze op zoek waren naar een nieuwe baan, of een volgende opdracht als ZZP’er. De mensen van tussen de dertig en vijftig ziet de stiltemomenten juist als belangrijk moment in hun werkweek. Juist dan is het nodig.

Hemel en aarde

Mede hierom zie ik de stilte als betekenisvol in haar contrast met het alledaagse. De rijkdom schuilt erin dat je als mens met beide verbonden bent. Als ik dat zo schrijf, besef ik hoe analoog dat is aan mijn kijk op de betekenis van de kerk in de samenleving: De bedoeling is niet dat je kiest voor het één en tegen het ander. Je hoeft niet te vluchten in een van beide, de kerk óf de stad, de drukte óf de stilte. Beide komen vanwege hun verschillen tot betekenis in hun onderlinge relatie. Net als in het scheppingsverhaal uit Genesis, dat ook begint met het onderscheid tussen donker en licht, hemel en aarde, zee en land. Daar ontstaat blijkbaar de tussenruimte voor de mens om te leven. Juist met onze voeten op de aarde, en ons hoofd in de hemel.

Tom de Haan (1980) is stadsdominee in Haarlem namens de Protestantse Gemeente Haarlem. Hij werkt vanuit de Grote of Sint-Bavokerk en was mede oprichter van Stadsklooster Haarlem. Hij speelt saxofoon en gitaar in de band The Irrational Library.


Verstilling
Herademing 2024, nr. 2

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken