Menu

None

Uitkomsten van geluksonderzoek en de bergrede

Deze rede is uitgesproken op Jansdebat te Gouda op 17 juni 2025 n.a.v. van de verschijning van “Geloven maakt gelukkig” van prof. dr. Johan Graafland.


Het is een bijzondere ervaring wanneer uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek bevestigen wat je zelf op grond van heilige teksten bent gaat geloven. Dat is natuurlijk lang niet altijd het geval, maar bij het lezen van het boek van Johan Graafland is zoiets me wel overkomen.

Eerlijk gezegd voel ik me er een beetje ongemakkelijk bij. Loop ik niet het risico in een soort ‘zie je wel, ik wist het toch’ denken terecht te komen? Voeg ik me niet automatisch in het gilde van religieuze handelsreizigers die hun publiek met beloftevolle praatjes trachten te overtuigen?

Dit alles bedacht hebbend zeg ik toch gewoon schaamteloos: Jezus had dus gelijk. Er zitten overeenkomsten in thema’s die te vinden zijn in het boek van Johan en in het onderwijs van Jezus. En wat dat laatste betreft: ik heb me de afgelopen jaren intensief beziggehouden met de ongetwijfeld beroemdste aan ons over-geleverde toespraak van Jezus: de Bergrede. In deze tekst – te vinden in hoofdstuk 5-7 van het Evangelie volgens Mattheüs – vinden we de waarschijnlijk beste samenvatting van de levensleer van Jezus.

Het is ook zíjn antwoord op de vier levens-vragen die elk mens zich stelt en door filosofen en levensleraren van alle tijden is getracht te beantwoorden: Wat is werkelijk? Wie is gelukkig te prijzen? Wie is een waarachtig goed mens? Hoe kan je een waarachtig goed mens en dus gelukkig worden?

Het interessante is nu dat Jezus begint met de vraag naar het geluk en vervolgens een aantal kanalen noemt waarlangs geluk gevonden of versterkt wordt die precies ook uit het onderzoek van Johan zijn gekomen. Ik neem jullie maar even mee door de Bergrede heen en dan hebben we straks vast iets om over door te praten.

Geluk volgens Jezus

Het is opmerkelijk dat de Bergrede begint met een serie gelukkigprijzingen. Acht of negen zijn het er, afhankelijk van hoe je telt.

De stijlvorm van deze spreuken is die van de ‘gelukkigprijzingen’ uit het Oude Testament. Het zijn geen beloften, maar constateringen. Dat is goed om beseffen. In elke van de afzonderlijke spreuken is er weer een andere groep mensen tegen wie Jezus zegt: Ook jullie zijn goed af, jullie hebben het getroffen, jullie zijn gelukkig te prijzen.

Het is belangrijk om dit goed te beseffen, want anders begrijpen we van veel van deze spreuken niet waarom de aangesprokenen in ’s hemelsnaam gelukkig worden geprezen. Neem de eerste groep: nederigen van hart. Letterlijk staat er: armen van geest. Volgens Lucas: gewoon armen. Laten we het erop houden dat Jezus arme mensen op het oog heeft die vanwege hun armoede hun eigenwaarde kwijt zijn geraakt. Hoe kan Jezus hen dan toch gelukkig prijzen? Hetzelfde geldt voor andere omstandigheden die hij noemt: treurenden (mensen die ergens verdriet over hebben), vervolgden omwille van de gerechtigheid. Ook voor de mensen met een ideaal die genoemd worden (zij die hongeren en dorsten naar gerechtigheid en vredestichters) zit er geen causaal verband met geluk. En hetzelfde geldt voor mensen met een bepaald karakter (barmhartigen, mensen met een zuiver hart).

Het kan met andere woorden niet zo zijn dat geluk volgens Jezus een doel op zichzelf is. Evenmin lijkt hij te bedoelen dat geluk in de omstandigheden, de idealen of de karaktereigenschappen zit. En dat klopt ook: de bron van geluk is volgens Hem het koninkrijk van God. Het koninkrijk van God in de zin van ‘het bereik van Gods effectieve wil’ in ons ons leven. De ruimte waar God is, de interactie is met de levende God en met de overvloedige bron van zijn liefde en het goede (gerechtigheid). In de eerste gelukkigprijzing wordt dat expliciet duidelijk: Gelukkig zijn jullie armen, want van jullie is het koninkrijk van God.

De spanning tussen extrinsiek en intrinsiek

Een uitkomst die er voor mij wel uitsprong in het onderzoek van Johan is, dat er een verband zit tussen geluk en de intrinsieke motivatie van geloof in vergelijking met een meer extrinsieke motivatie. Met andere woorden: hoe meer je het geloof beoefent, hoe meer je er je hart en dus je wil aan geeft, hoe dieper je ook verbonden wordt met de bronnen van geluk. Zo heb ik het tenminste gelezen.

Wat nu zo interessant is: de hele Bergrede is eigenlijk één grote oproep om tot een intrinsiek gemotiveerde en hartelijke beoefening van de levenslessen over het koninkrijk van God te komen. En het interessante dáárbij is weer dat Jezus voortdurend waarschuwt tegen een meer extrinsieke manier van geloof die zich wel met uiterlijke dingen maar minder met het hart bezighoudt. Deze extrinsieke, uitwendige gehoorzaamheid, zag Jezus bij allerlei geestelijke leiders van zijn tijd en hij verwijt hen hun gerechtigheid vooral te doen om door mensen gezien te worden.

De insteek van Jezus is echter helemaal op het hart en op de overvloed van het koninkrijk gericht. Hij zegt: Laat je gerechtigheid overvloediger zijn dan die van de Farizeeën en de schriftgeleerden. Dat is weer zo’n sleutelzin in de Bergrede: het gaat hem om de intrinsieke motivatie om in de geestelijke realiteit van God te leven en te putten uit de overvloedige energie en Geestkracht die daar te vinden is. Een overvloed die – net als in de deugdethiek van Aristoteles – tot karaktervorming en innerlijke transformatie leidt.

Ik vind het al met al fascinerend dat de uitkomst in Johans onderzoek op dit punt bevestigt wat Jezus met zijn Bergrede beoogt: een intrinsieke motivatie tot geloof en beoefening van de lessen voor het leven die als belangrijkste vrucht geluk heeft.

Drie overeenkomende geluksfactoren die Jezus noemt

En dat brengt me bij nog een frappante overeenkomst. Een belangrijke uitkomst in de studie van Johan is, dat geluk wordt bemiddeld langs verschillende kanalen of mediërende factoren. Ik begrijp dat zo, dat het geluk dus niet ín die factoren zelf zit, maar dat die factoren – zeker als ze intrinsiek worden beleefd en geoefend – de overstijgende bronnen van geluk aanboren, ik had het tot nu tot nu toe niet zo gezien, maar in het licht van deze uitkomsten van Johan ontdekte ik opeens dat Jezus in de concrete voorbeelden die híj noemt precies ook deze kanalen noemt en bespreekt. Ik wil er drie uitlichten.

Het eerste kanaal is dat van de zingeving. In de woorden van Johan: ‘Religie versterkt psychologische factoren die op hun beurt weer mentale gezondheid bevorderen.’ Met andere woorden: als onze gedachten en emoties gevormd worden door een bezield verband van een hogere orde dan bevordert dat onze ervaring van geluk. Laat dit nu precies aansluiten bij wat naar mijn overtuiging de belangrijkste sleutel is om toegang te krijgen tot het onderwijs van Jezus. Het gaat om deze zin waarmee Mattheüs het hele onderwijs van Jezus samenvat (projecteren!): ‘Kom op andere gedachten, want het koninkrijk van de hemel is dichtbij.’

In veel vertalingen staat hier ‘bekeer je’, maar het Griekse woord ‘metanoia’ betekent: op andere gedachten komen, anders gaan denken. Wat er dus staat is: laat je gedachtenleven vernieuwen door de werkelijkheid van het koninkrijk dat zo dichtbij is dat je je met hart en ziel aan kunt verbinden. Er zijn talloze getuigenissen van mensen die aan deze oproep gehoor gaven en die hebben ervaren dat de vernieuwing van hun denken hun mentale welzijn en dus hun levensgeluk wonderbaarlijk verhoogden. Metanoia in het koninkrijk van God is dus een vorm van zingeving die Johan in zijn onderzoek beschrijft en die ook door respondenten bevestigd wordt.

Ik noem nog een voorbeeld. Geld en inkomen. Geld maakt niet gelukkig, zeggen we. En dat blijkt uit het onderzoek ook zo te zijn. Er zit geen sterk verband tussen meer inkomen en een groter geluk (tenminste: niet boven een bepaalde grens). Als ik het goed heb begrepen is het wél zo dat gelovigen sneller tevreden zijn als het om materiële middelen gaat, misschien ook omdat ze zich meer oefenen in matigheid. Even een sprekende zin van Johan:

‘Dit kan erop duiden dat geloof de deugden van de matigheid en van de tevredenheid stimuleert, waardoor ondanks een laag inkomen gelovige mensen toch tevreden zijn met wat ze verdienen. Inkomen is dus minder van belang dan geloof.’ Nou ja, u raadt het al: dit is precies wat de wijsheid van Jezus ons ook wil leren. Verzamel geen aardse schatten, horen we hem zeggen, maar verzamel de schatten van het koninkrijk van God.

Het is niet zo dat hij absolute armoede preekt, maar hij relativeert rijkdom als bron van geluk op zichzelf. En tegen mensen die bang zijn dat ze te weinig hebben zegt hij: maak je geen zorgen over de dag van morgen, maar zoek eerst het koninkrijk en zijn gerechtigheid en al het andere zal je bovendien gegeven worden. En dus kunnen we ook hier zeggen dat geld en goed hooguit een middel of een kanaal zijn waardoor we met de bronnen van het ware geluk verbonden kunnen worden. Op zichzelf genomen leidt het zomaar tot vormen van verslaving of zelfs afgoderij.

Het derde voorbeeld gaat over een goed huwe-lijk als bron van geluk. Maar wellicht kan dat nog even in de discussie.

Tenslotte

Ik weet niet of dit helemaal tegemoetkomt aan het idee van een debatavond, maar zoals u hebt gemerkt ben ik vooral verrast door de wijze waarop het onderzoek van Johan Jezus’ levenslessen bevestigt.

Het kan zijn dat ik me te rijk reken en hier te veel Entdeckersfreude aan de dag leg. Dan moeten Paul van Tongeren of u als aanwezigen me in de discussie maar even op de pijnbank leggen.

Mij helpen de uitkomsten in het boek van Johan in ieder geval om de levenslessen van Jezus des te vrijmoediger aan te prijzen. Voor Generatie Z lijkt de zoektocht naar het ware geluk steeds acuter te worden, omdat velen van hen zich domweg ongelukkig voelen in een wereld zonder God. Er komen steeds meer verhalen los van jonge mensen die tot geloof komen (niet alleen christelijk, natuurlijk, maar zeker ook wel). Ook die verhalen bevatten allerlei factoren en elementen die we vanavond bespreken.

Ik heb het altijd gehoopt en door Jezus’ levenslessen meer en meer geloofd dat geloof een bron van geluk kan zijn. Nu ben ik erin bevestigd. Ik ben benieuwd naar jullie mening.

Bas van der Graaf is theoloog, coach en geestelijk begeleider. Hij is sinds 2025 hoofd van de afdeling Toerusting van de IZB


Johan Graafland, Geloven maakt gelukkig. Verrassende inzichten uit geluksonderzoek en theologie. Uitgeverij: Utrecht, KokBoekencentrum Uitgevers, 2025. 272 pp. € 22,99. ISBN 9789043543170

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken