Menu

Basis

Waarom wel of niet geregistreerd als orgaandonor?

In het laatste themanummer kwam ‘Orgaandonatie’ aan de orde. Met uiteraard ook de bedoeling dat we als lezers bij onszelf zouden nagaan wat onze argumenten en keuzes t.a.v. onze registratie zouden kunnen zijn. In dit ‘Aan de slag’ een werkvorm om dat – in een groep, op een speelse manier – helder te krijgen.

Mw. A. Nijland MA is als kerkelijk werker verbonden aan de Protestantse Gemeente Ulrum-Niekerk-Vierhuizen en als zzp’er op het gebied van jongeren- en opbouwwerk actief voor verschillende protestantse gemeenten in de provincie Groningen. Zij is lid van de redactie van Ouderlingenblad

Het februarinummer jl. stond in het teken van orgaandonatie. Het onderwerp is niet specifiek een kerkelijk thema, maar zeker één dat zich leent voor bespreking binnen al dan niet kerkelijk groepsverband. Niet op zijn minst omdat per 1 juli van dit jaar een nieuwe donorwet ingaat. Die houdt in dat mensen die ingeschreven staan in een Nederlandse gemeente en die geen keuze hebben aangegeven in het donorregister automatisch geregistreerd worden als ‘heeft geen bezwaar tegen orgaandonatie’. Dit geldt voor iedereen vanaf 18 jaar en daarmee voor het gros van onze samenleving.

Hieronder volgt de bespreking van een methode om het onderwerp te behandelen met een gespreksgroep. Uiteraard zullen hiervoor vele andere methodes zijn. Ik beoog dan ook niet volledig te zijn, noch zou ik deze willen aanprijzen als de beste. Het is wellicht een mogelijkheid die interessant kan zijn voor uw gespreksgroep. Het heeft overigens de voorkeur dat het een groep betreft die enigszins vertrouwd is met elkaar, aangezien de deelnemers een rollenspel met elkaar zullen uitspelen op basis van persoonlijk inlevingsvermogen en improvisatie. Dat vergt lef en vraagt om een gevoel van vertrouwen en veiligheid.

Voorbereiding

Ter voorbereiding op de bijeenkomst zou het lezen dan wel doornemen van (één van) de eerste vijf artikelen uit het februarinummer van Ouderlingenblad waardevol zijn, beginnend op de pagina’s 4, 6, 10, 14 en/of 18 (zie de inhoudsopgave op pagina 3). Dit om meer feeling te krijgen met het onderwerp en met de afwegingen die bij orgaandonatie een grote rol spelen.

Rollenspel

Binnen kerkelijke kringen is bibliodrama een bekende vorm van bijbelstudie. Nu gaat het bij orgaandonatie niet om het bestuderen van een bijbelverhaal, maar wel om het uitdiepen van een thema waarbij persoonlijke gevoelens en overwegingen een grote rol spelen. Daarom lijkt de methode van bibliodrama toepasselijk bij het behandelen van dit thema in een groep. Dat behoeft enige uitleg. Ik licht eerst toe wat bibliodrama is, vervolgens zal ik uitleggen op wat voor manier deze vorm kan worden toegepast bij het bespreken van het thema orgaandonatie in groepsverband.

Wat zou jij doen als je in zijn/haar schoenen stond? Welke persoon begrijp je het best, welke het minst?

Bij bibliodrama gaat het erom dat een groep deelnemers zich inleeft in een bepaald bijbelverhaal en op die manier het verhaal van binnenuit gaat zien en ervaren. Elke deelnemer kruipt in de huid van één personage uit dat verhaal. Vervolgens wordt dit verhaal als een rollenspel uitgespeeld, zonder dat daarvoor een script wordt geschreven. Het gebeurt geheel volgens improvisatie en op basis van inlevingsvermogen van de deelnemers in het karakter van het personage waar hij/zij zich in verdiept heeft.

Bron: https://www.pthu.nl/Bijbelblog/!/14114/ bibliodrama-een-veelzijdige-methode-vanbijbelstudie

Achteraf bespreken wat het uitspelen met de speler zelf deed en welke gevoelens domineerden

Ik zal een voorbeeld geven. Stel dat het verhaal van Jozef wordt behandeld waarin hij door zijn broers in een kuil is gegooid en een deelnemer heeft voor de rol van Jozef gekozen. Dan is het vervolgens de bedoeling dat die deelnemer zich verdiept in de situatie. Hij/ zij stelt zich bijvoorbeeld een uitgestrekt landschap voor waar niet veel mensen komen en stelt zich de vraag hoe Jozef zich gevoeld moet hebben. Welke emoties spelen een rol? Omdat het gaat om iemands eigen inlevingsvermogen, kan deze vraag alleen maar persoonlijk beantwoord worden. De gedachten en gevoelens die in mijzelf opkomen zijn bijvoorbeeld die van angst, want Jozef is alleen achtergelaten in onbewoond gebied en kan er niet weg. Maar ook de emotie van afwijzing komt in me op, omdat zijn broers hem bewust aan zijn lot overlaten.

Wanneer iedereen zich heeft ingeleefd in het door hem/haar gekozen personage, wordt het verhaal als een rollenspel uitgespeeld met de andere deelnemers. Nu gaat het om improvisatie, om het spelen van de rol op basis van de gevoelens die door het inleven bij de betreffende persoon naar boven zijn gekomen. In het voorbeeld zou ik een bange en verdrietige Jozef spelen, omdat dat de gevoelens zijn die bij mij zijn opgekomen. Zo ontstaat een nieuwe scène, een nieuw verhaal, op basis van persoonlijke gevoelens.

Het belangrijkste moment van deze methode komt echter na afloop van het naspelen van het verhaal. De deelnemers komen weer bij elkaar en bespreken met elkaar wat het uitspelen van het verhaal deed met de speler zelf en welke gevoelens domineerden. Het kan zijn dat dit nog weer andere gevoelens zijn dan die op basis van het inlevingsproces voorafgaand naar boven waren gekomen. Op deze manier wordt het verhaal niet alleen uitgediept, maar is er ook ruimte voor persoonlijke betrokkenheid, waardoor een verhaal meer betekenis kan krijgen voor de deelnemer.

Orgaandonatie

Terug naar het thema van orgaandonatie. Uiteraard komt dat thema niet voor in de Bijbel, maar het kan interessant zijn om met dezelfde methode een casus over orgaandonatie te behandelen. De interviews uit het februarinummer 2020 van Ouderlingenblad zouden bijvoorbeeld als casus kunnen dienen. Op de pagina’s 22 tot en met 30 staan in totaal vier interviews.

Elke deelnemer zou zich kunnen inleven in één van de personages die in het interview aan bod komen door zich bijvoorbeeld af te vragen hoe diegene zich gevoeld moet hebben en welke persoonlijke afwegingen en/of emoties een rol spelen. Vervolgens kan de casus worden uitgespeeld waarbij de deelnemers improviseren en reageren op de ander op grond van de antwoorden op hier bovenstaande vragen die ze hebben gevonden bij het zich verdiepen in het door hem/haar gekozen personage.

Bij de rol van Rieke in het eerste interview, de vrouw van Bram ‘de Samaritaan’, zou ik me bijvoorbeeld kunnen voorstellen dat angst een rol speelt of Bram goed uit de operatie komt, en twijfel waarom je je gezonde lichaam op het spel zou zetten. Maar ik kan me ook voorstellen dat je als partner trots bent, dat hij dit wil doen voor een ander. Het gevoel van vertrouwen lijkt uiteindelijk te winnen, vertrouwen in zijn beslissing en overweging en in een goede afloop.

Bij het uitspelen van een scène tussen Bram en Rieke zouden de genoemde emoties en gevoelens een rol kunnen spelen. Na het uitspelen van één of meerdere scènes die uit de casus voortvloeien, is het de bedoeling dat de deelnemers weer bij elkaar komen en met elkaar bespreken hoe het was om dit te spelen en welke gevoelens de overhand hadden. Vervolgens zouden in het nagesprek andere vragen aan bod kunnen komen. Wat zou jij doen als je in zijn/haar schoenen staat? Of wie van de personen uit de casus kun je het best begrijpen en wie het minst? Op deze manier worden de deelnemers op creatieve wijze aan het denken gezet om vervolgens het thema in een groepsgesprek verder uit te diepen en zich eigen te maken.

De interviews

Als opzet worden hieronder per interview de rollen weergegeven die door de deelnemers gebruikt zouden kunnen worden. Het staat elke groep of groepsleider uiteraard vrij om voor andere rollen te kiezen dan wel rollen te schrappen. Ook zou u voor een andere casus kunnen kiezen dan de genoemde interviews.

Rolverdeling 1e casus ‘Waarom niet?’ – interview op pagina 22

• Bram ‘de Samaritaan’

• Zijn vrouw Rieke

• Kind(eren) van Bram & Rieke

• De huisarts

• Transplantatiemedewerker(s) in het ziekenhuis

Rolverdeling 2e casus ‘Zo was zij!’ – interview op pagina 24

• Esther

• Man van Esther

• Ellen zelf – Dit is een spannende, omdat Ellen overlijdt -maar je zou kunnen doen alsof ze na haar dood meekijkt en meedenkt met de keuze die haar ouders maken voor orgaandonatie

• Broer van Ellen

• De arts(en) die betrokken zijn bij Ellens operatie en donatie

• De Spaanse dorpsgemeenschap

• De Spaanse (jonge) ontvanger(s) van Ellens organen en weefsels

• De toehoorder(s) van Ellens lezingen

Rolverdeling 3e casus ‘Ik moest er tevreden mee zijn, maar kon dat helemaal nog niet’ – interview op pagina 27

• Mevrouw zelf

• Haar man

• Hun kinderen

• Het stel dat hun nier aanbiedt

• Zorgmedewerker(s) die mevrouw bijstaan bij de keuzes die ze moet maken

Rolverdeling 4e casus ‘De anonimiteit is een groot goed’ – Interview op pagina 29

• Meneer zelf

• Zijn vrouw

• Hun kinderen

• Zijn collega’s

• De anonieme donor

• De arts(en) in het ziekenhuis die betrokken zijn bij de transplantatie en dus bij de operaties van beiden

• De zorgmedewerker(s) die contact onderhouden met zowel de altruïst als de ontvanger en de brief hebben doorgegeven ■

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken

Lid worden