Menu

Basis

Digitaal, formaat en kleur

In deze columns kijken we terug op 100 jaar Ouderlingenblad. Hoe is het werk van de eindredacteur in die tijd veranderd? En het uiterlijk van het blad?

In het jubileumnummer van september vorig jaar stond een afbeelding van de voorpagina van het allereerste nummer van ons blad, van 1 mei 1922. Met direct onder de kop een eerbiedwaardige rij namen van hooggeleerde heren. Daaronder nog het adres van de redactie – zou dat dan de secretaris geweest zijn? – én het adres van de administratie, de drukker in Zutphen, zoals op de laatste bladzijde blijkt. Hoe de redactie de taken verdeeld had, valt hier niet te ontwaren, zelfs niet óf ze wel een taakverdeling hadden. Ik vermoed dat er voor de praktische zaken nog wel wat secretaresses geweest zullen zijn achter rammelende typemachines…

Honderd jaar later… is niets meer wat het was. Ik kan uiteraard geen eeuw Ouderlingenblad overzien, maar ik ga al wel een poosje mee. Midden zeventiger jaren werd ik jeugdouderling en deelde ik in het collectieve abonnement van de kerkenraad. Een hoog, smal formaat, roodbruin, had het toen, het moest, zoals eerder is vermeld, ‘in de binnenzak van het colbert’ meegenomen kunnen worden op huisbezoek. Maar ’t ging om de inhoud natuurlijk, en die heeft me altijd aangesproken, actueel, praktisch en veelzijdig waren de thema’s die aan de orde kwamen. Sindsdien is het met me meegegaan, aanvankelijk langs vrijwilligerstaken in de kerk, later als gemeentepredikant.

Actueel, praktisch en veelzijdig…

In 2010 kwam ik bij de redactie terecht, als notulist van de vergaderingen, drie keer per jaar, in Zwolle. Drie middagen zijn dat om volgende nummers in de steigers te zetten, langere lijnen uit te zetten, in overleg met de uitgeverij te discussiëren en beslissingen te nemen over naam en ondertitel van het blad, een ander formaat, een andere basiskleur en sinds een aantal jaren zelfs met afbeeldingen in full colour. Een repeterende discussie over de titel Ouderlingenblad – het zijn immers al lang niet meer alleen ouderlingen voor wie het geschreven wordt. Inmiddels waren in de redactie nu wél taken verdeeld, een hoofden eindredacteur, een secretaris, redactieleden uit verschillende functies in de kerk, met het oog op meerdere doelgroepen aan lezers. Na de ongelooflijke lange periode dat Jaap de Lange de eindredacteur was, mocht ik op zijn stoel plaatsnemen.

Alles gaat tegenwoordig natuurlijk digitaal. Aan het begin van de maand komen de artikelen voor het nummer van twee maanden verder binnen. De eindredacteur maakt ze klaar voor druk, met info over de auteur, een intro bij het artikel, streamers, soms afbeeldingen, en stuurt dat door naar de uitgeverij. Dan gaat de vormgever er z’n best op doen, een mooie lay-out, kleuren, kaders, passende illustraties, en komt er een drukproef ter correctie. En nog een maand verder ligt dat nieuwe nummer bij u en bij mij op de mat.

Actueel, praktisch en veelzijdig… zo noemde ik Ouderlingenblad, waarvan ik eigenlijk nooit ben losgekomen. Tot vandaag, 100 jaar na dat eenvoudige drukwerkje uit Zutphen. Ik hoop dat het blad, vast ook ‘na mijn tijd’, met dezelfde bedoelingen zal blijven uitkomen, voor een verscheidenheid aan lezers, van allerlei kerken en daarbuiten.

Op theologie.nl/tijdschriften/ouderlingenblad is het complete redactioneel uit het eerste nummer te lezen.

Nelle-Mieke Drop is emeritus-predikant in de Protestantse Kerk in Nederland. Zij is op dit moment de eindredacteur van Ouderlingenblad.


Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken