Menu

Basis

Over de objectieve werkelijkheid van Christus

Ook na zijn emeritaat blijft Bram van de Beek schrijven. Gerben Roest sprak hem over zijn meest recente geschrift: Thuis.

Na vele jaren hoogleraar Theologie te zijn geweest, in Leiden en Amsterdam, is Bram van de Beek nu alweer een aantal jaren met emeritaat. In 2020 verscheen een afsluitend en samenvattend boek van zijn reeks ‘Spreken over God’, die begon met Jezus Kurios in 1998. Tussendoor schreef hij dunnere boekjes, goed leesbaar voor gemeenteleden en kerkenraadsleden. We spreken elkaar bij hem thuis over zijn nieuwste boek.

Hoe was je als kind en jongere thuis in de kerk?

‘Ik groeide op in Lunteren, in de sfeer van de Gereformeerde Bond. Je moest persoonlijk geloven. Ik had daar nooit moeite mee en ook nooit de vraag of ik er wel bij hoorde. Je voelde als kind een sfeer, misschien was dat wel het belangrijkste. Een sfeer van geheimenis, eerbied, respect. Op mijn achttiende deed ik belijdenis. Ds. Klaas van de Pol was er toen predikant. Een Helmut Kohl-type: een groot, rond, kaal hoofd, felle ogen, grote handen, soms een vuist op tafel. Wij zeiden een keer: “Als er uitverkiezing is, dan maakt het toch niet meer uit wat je doet?” Toen werd hij heel stil, begon te huilen. “Jongens, als er geen verkiezing was, was er voor mij als mens geen kans geweest.” Ze hebben mij nooit meer uit hoeven leggen wat uitverkiezing is. Ik leefde binnen de kaders van de gereformeerde traditie en heb ook vanaf jonge leeftijd kritische vragen gesteld. Theologische vragen stellen leerde ik goed bij professor Van Ruler, dat is de leraar die mij het meest gevormd heeft.’

Bram van de Beek: ‘Ze hebben mij nooit meer uit hoeven leggen wat uitverkiezing is’

Is je eigen theologie een antithese van de theologie van Van Ruler geworden? Hij is gericht op deze wereld, die door God wordt gered, met Jezus Christus als ‘noodmaatregel’. In jouw theologie is er een radicale discontinuïteit tussen deze schepping en Gods nieuwe schepping, en Jezus is het Lam ‘dat van eeuwigheid geslacht is’.

‘Mijn theologie is eerder een verdieping bij Van Ruler. Hij reageerde toen op het existentialisme waar de schepping geen rol meer speelde. Nu zeg ik: de schepping is ook betrekkelijk. Er is een diepere, objectieve werkelijkheid in Christus. En die objectieve werkelijkheid van Christus is present in de kerk in de eucharistie. Van Ruler was in zijn laatste fase ook meer op de kerk en de liturgie gericht. Onze gemeenschappelijke af keer van Karl Barth heeft hier eveneens mee te maken. Bij Barth heeft de kerk geen continuïteit, het is elke keer weer een zootje heidenen.’

Het gaat om een welkom aan wie in de kreukels van deze wereld zitten

Je zet je nieuwe boek ‘Thuis’ in bij de objectiviteit van de doop.

‘Het is nog sterker: de doop is bevestiging van een objectiviteit die er al is. Tijdens het Concilie van Carthago in 251 werd gezegd: je wordt in de kerk geboren, al in de buik van je moeder ben je in Christus. Er is geen zweem van de idee dat je als baby niet gedoopt kunt worden. Dit boek heb ik ook geschreven naar aanleiding van gesprekken met bevindelijke mensen. Voor hen moet er naast de doop wel wat gebeuren, je moet dit kennen en dat ervaren. Ook bij evangelischen is dat zo, de doop zegt eigenlijk niets, je moet wat beleven. Dit staat zo dwars op alles wat ik uit de vroege kerk en de hele kerkelijke traditie ken, het is zo bepaald door de moderniteit.’

En als mensen niet in de kerk geboren worden en niet als baby gedoopt?

‘Het oordeel is niet aan ons. Wel is de grens van de kerk nooit helemaal hard geweest. De vroege kerk sprak over Socrates die zo naar de waarheid stond, dathij wel iets van het geheimenis heeft verstaan. Het gaat me erom dat als mensen gedoopt zijn, dat ze mogen weten dat ze bij die gemeente horen. Benader je mensen als evangelisatievoer of als broeders en zusters?

Bram van de Beek doopt zijn kleindochter

Ik denk ook aan iemand die vroeger het gevoel had dat Jezus op elke hoek stond te loeren. Hij is blij dat hij van het geloof af is. Laat hem maar even, denkt God misschien. In de kerk gaat het om een welkom aan hen die in de kreukels van deze wereld zitten. De vroege kerk was een kerk van de steden, een plek van hoogopgeleiden. Dat is vaak zo met een nieuwe stroming. Cyprianus in Carthago was geen armoedzaaier met zijn landgoed. Maar de kerk was een plek waar de armen welkom waren, thuis konden komen als gelijken, dat gaf ruimte. Kinderen werden in de kerk geboren. Je hebt een identiteit voordat je geboren wordt. Terwijl het Romeinse recht zei dat een kind pas bestaat als persoon nadat de vader het aanvaard heeft, anders kun je het net goed langs de kant van de weg gooien.’

Zonder die basic trust wordt het paniekvoetbal

Is die waarde van iedere persoon ook niet in de westerse moderniteit tot ontplooiing gekomen?

‘Ik kijk er inderdaad voor uit om te zeggen dat humanistische idealen aan het evangelie ontleend zijn. Maar draai het om: het evangelie zegt in ieder geval zo met mensen om te gaan. In de westerse cultuur met haar toenemende individualisme is steeds minder ruimte voor de ander. De oudheid was patriarchaal, gelukkig is dat veranderd. Maar mag de ander die je veel inspanning kost, er ook zijn? Dat geldt voor buren, oude vrienden, de contacten die je hebt. Daarin ligt de missie van de kerk: niet allerlei pogingen doen om je spiritueel wel te bevinden maar het belang van de ander hoger achten dan dat van jezelf.’

Hans de Knijff, hoogleraar in Utrecht, zei vlak voor zijn sterven in 2019: ‘Als ik nu predikant zou zijn, in de kracht van mijn leven, dan wist ik het wel. Ik zou werken aan een gemeenteleven dat op het gebied van milieu heel andere keuzes maakt dan het nu doet, ten aanzien van autogebruik, vliegen, vakantiebestemmingen.’

‘Die bewogenheid om het milieu ken ik ook. Het gaat erom hoe je het brengt. Als de context is: de wereld redden, die redden we niet, heb geen enkele illusie. De kerk is met een handjevol mensen. China, Rusland, de Verenigde Staten, Shell en KLM gaan toch wel door. De vraag is wat je zelf doet – ongeacht het succes.’

Nu dus geen illusies hebben, maar wat kun je als predikant positief bijdragen?

‘Dat we gemeente van Christus zijn, kinderen van God, het eeuwige leven ontvangen en dat mogen vieren. Dat is het vaste punt in een wereld waarin zoveel speelt, zoveel naar je toe komt. Het eerste is: hier wordt de rust geschonken, zeg maar: een basic trust. Zonder die basic trust wordt het alleen maar paniekvoetbal. Daarbij zou ik veel meer nadruk leggen op het sacramentele van de kerkdienst. Het belang van het werkelijke samenzijn beseffen we na covid sterker. Een preek is geen info of peptalk, maar Gods oordeel over jouw leven. Vandaar kun je deze wereld in, waarvan God zegt: deze wereld is het niet. Het is niet de meest aangename plek voor de meeste mensen. Je kunt het misschien wel goed hebben. Maar op een dag komt het verdriet en hoe ga je daarmee om? En hoe ga je om met mensen bij wie het verdriet al gekomen is. Ben je daar?

De eerste Adam is gedoopt, die is verzopen

We kunnen alle problemen niet oplossen maar wat is je houding? Het maakt uit hoe je mensen tegemoet treedt en ook wat je stemt bij verkiezingen. Hoe kun je liberaal stemmen als je christen bent? Maar laat wat wij te doen hebben, niet vooropstaan. Als ik nu vermanend ga preken, wordt dat onmiddellijk als voorwaardelijkheid verstaan. We zitten op dit moment in een fase waarin het nodig is eerst weer te bevestigen dat het zeker is in Christus. Met het subjectivisme van nu eerst naar het objectieve. Dan komt de rest vanzelf.’

Je schrijft in ‘Thuis’ ook over het belang van onderwijs uit de Bijbel.

‘De Bijbel houdt je bij de les. Besef wel: het grootste deel van de Bijbel bestaat uit nare teksten. De vragen blijven: waarom heeft God de wereld geschapen? Waarom maken broers elkaar dood, waarom de Man aan het kruis die waarom zegt? Het enige antwoord is dat God deze man, dat betekent: deze schepping, uit de doden heeft opgewekt.’

God wilde het kwaad op aarde laten zijn zodat Hij zijn goedheid kon laten zien?

‘Dat is wel heel kort door de bocht geformuleerd. Uiteindelijk is het antwoord dat er geen antwoord is. De wereld zit raar in elkaar. Maar God neemt daarin verantwoordelijkheid, door het kruis en de opwekking van Jezus. Ik heb steeds meer moeite gekregen met de idee van een goede schepping. Ergens heeft dat te maken met de zelf handhaving van de mens. Als ik nu maar van mijn zonde af ben, ben ik oké. Maar ik ben uit mijzelf de eerste Adam. En gelukkig heb ik te maken met de tweede Adam, met Jezus. De eerste Adam is gedoopt, die is verzopen.’

In de eucharistie ontvangen en vieren we het eeuwige leven. Dit boek is niet je eerste pleidooi dit minstens elke zondag te vieren. Waarom verandert er hier in Veenendaal en op andere plekken niets?

‘De praktijk is hard. Je moet het dan natuurlijk op een andere manier vieren. Maar laten we beseffen hoe volkomen onlogisch het is om als gemeente samen te komen en geen eucharistie te vieren. Het is de presentia realis van Christus. We vieren dan de bruiloft van het Lam, maar Hij is er zelf niet bij. Met de hele gemeente, inclusief de kinderen, op zondagmorgen elke week de eucharistie ontvangen – daar is je thuis, dat is je vaste grond, van daaruit kun je de wereld in. Niet als een ideaal christen. Maar ik weet dat ik vrij ben in Christus, dat geeft ontspanning.’

Gerben Roest is predikant te Gouda.


thuis a. van de beek

In ‘Thuis’ gaat theoloog Bram van de Beek in op de betekenis van de kerk. Hij geeft antwoord op de meest prangende vragen die in een gemeente kunnen spelen. Wat is ook alweer de betekenis van de doop? En van het avondmaal? Waarom toch elke keer weer die preek? Bram van de Beek gaat ook in op praktische vragen. Hoe ga je om met kerkverlaters? Hoe geef je het jeugdwerk vorm? Het is een toegankelijk boek in gewone taal om je kennis op te frissen; en om het er even bij te pakken, als er vragen komen.

Bram van de Beek, Thuis. Over de betekenis van de kerk. KokBoekencentrum, Utrecht 2023, 128 p. € 15,99


Influencers
Woord & Dienst 2023, nr. 5

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken