Menu

None

Het vleesgeworden Woord

Maandag is de dag van de Theologenblog; een actuele blog uit de pen van een richtinggevend theoloog. Deze week is dat Daniël De Waele, die schrijft over eigene van het kerstverhaal in het Evangelie van Johannes.

portret Daniël De Waele

Daniël De Waele

Johannes doet iets unieks: het Woord van God wordt vlees.

De eerste zin van een boek is belangrijk. Een goede eerste zin eist de aandacht op en maakt nieuwsgierig naar wat volgt. Sommige eerste zinnen zijn beroemd geworden, zijn zelfs deel gaan uitmaken van ons collectief geheugen. Zo weet u zeker wie deze bekende openingszin schreef: “Ik ben makelaar in koffie en woon op de Lauriergracht no. 37.”

Een andere bekende openingszin, onder gelovigen althans, is deze: “In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God.” En dan legt Johannes – van wie deze zin is (maar dat wist u) – uit dat in dat Woord het licht was, en dat dat licht in onze duistere wereld kwam. Het gaat dus over kerst.

De kerstsfeer: van buiten en diep van binnen

Kerst! Het is de tijd van de lage grijze hemelen, de miezerige dagen, de lange zwarte nachten. Maar het is ook de tijd van de kerstverlichting buiten, alom, die met haar talloze lichtjes in de kruinen van kale bomen ons opbeurt, die ons als een nabije sterrenhemel vertroost. Er is de kou buiten, maar ook de warmte binnen bij het haardvuur, de kerstboom, de fonkelende ballen, de vele pakjes, bol.com dat weer een flinke omzet genereert. Wat is er gezelliger dan kerst?

Noch de Wijsheid, noch het Woord vinden een plaats om te vertoeven

Maar het diepste woord over kerst geef Johannes. Want kerst gaat over nogal wat: het gaat zowaar over God die mens wordt! Ook Lucas en Matteüs hebben het daarover, maar die beschrijven eerder de buitenkant van het gebeuren: de geboorte van Jezus in Bethlehem. Doch Johannes wil wat dieper doordringen in het mysterie van die menswording. Alleen, hoe moet je spreken over zo’n geheimenis? Welke woorden zal je gebruiken? Welke taal? Johannes gebruikt – als jood – begrippen die hij kent uit het jodendom.

Eigenschappen van God als Personen

In het jodendom kende men, met een moeilijk woord, de hypostasering. Dat betekent het verpersoonlijken van eigenschappen van God. Zo werd de ‘Wijsheid’ van God als een persoon voorgesteld; dan ‘roept’ de Wijsheid, zij ‘laat zich horen’. Ook in het buitenbijbelse boek Henoch lezen we dat de Wijsheid haar verblijfplaats zocht in te richten te midden van de mensenkinderen. Maar hoe zij ook zocht, waarheen zij zich ook keerde en wende, zij vond geen plek – die werd haar niet gegund. Droef ging de Wijsheid uiteindelijk heen en verbleef onder de engelen. Je proeft zo de melancholie over deze mensenwereld waar geen plaats is voor de Wijsheid, die vinden mensen waarschijnlijk alleen maar lastig.

Ook het Woord van God werd gehypostaseerd. Zoals de Wijsheid is ook dat Woord komende van God. De jood Philo, een tijdgenoot van Jezus, noemde dat Woord, de ‘eerstgeboren zoon’. Zo komt het Woord, dat enerzijds in en van God is, toch als iets zelfstandigs te staan tussen God en zijn schepping. Tot zover de joodse theologie. Als Johannes zegt dat het Woord bij God is, zelf God is [of goddelijk], dat niets ontstaan is zonder dat Woord, dan is Johannes joods aan het denken (niet rabbijns joods maar hellenistisch joods).

Johannes doet iets unieks: het Woord van God wordt vlees

Maar dan doet Johannes iets unieks. Dat Woord van God wordt vlees, zegt Johannes; het wordt mens. Is dat geen heugelijk nieuws? Nou, de wereld stond niet bepaald te juichen. “Hij kwam naar wat van hem was, maar wie van hem waren hebben hem niet ontvangen.” Zoals volgens Henoch de Wijsheid Gods niet erg welkom was, zo was volgens Johannes het mensgeworden Woord, Jezus, evenmin erg welkom. Lucas en Matteüs vertellen op hun manier hetzelfde. Bij Lucas is er geen plaats in de herberg – in onze wereld dus. En bij Matteüs moeten Jozef en Maria met het kind vluchten, opdat Jezus niet gedood zal worden.

De God die mens is

Hoe zou het zijn als Jezus in onze tijd hier in het Westen zou geboren zijn? Ik fantaseer. Hij is niet de zoon van een timmerman, maar heeft een kantoorjob, nine to five. ’s Avonds gaat hij met de bus terug naar huis. Het is druk want iedereen wil naar huis, het is donker, het miezert. Door de regendruppels heen die langs het raam neerwaarts meanderen, kijkt hij naar buiten, hoe de lichten van de auto’s weerspiegeld worden in het natte asfalt. Hij ziet de slierten kerstverlichting. Dat is eigenlijk wel grappig want hij is binnenkort jarig en het lijkt wel alsof die kerstverlichting speciaal voor hem werd opgehangen. Hij komt thuis, warmt wat resten op van een vorige maaltijd. Hij kijkt naar het journaal. Hij is eenzaam.

Dit is fantasie, maar zij illustreert een diepe waarheid: God is in Jezus zo ongelooflijk menselijkgeworden. God kan helemaal met de mens meevoelen, omdat hij in alle dingen op gelijke wijze als wij geleefd heeft, gezucht heeft, geleden heeft, gelachen heeft. God is geen God die van op zijn verheven troon hoog in de hemelen op ons neerkijkt en wel weet wat er zich in ons afspeelt (God weet immers alles), hij voelt ook mee met onze zwakheden – en onze vreugden. Met onze onredelijke angst, eenzaamheid, vreugde en hoop, teleurstelling en wanhoop, hij weet uit ervaring wat dat allemaal is, en zo kan hij heel dicht bij ons staan.

Wie verlangt er nou niet naar het goede?

Toch een plek om te vertoeven

Al wordt er gezegd dat de wereld die hem toebehoort, hem niet ontving, toch is er nog een ander joods verhaal. Dat vertelt hoe de Wijsheid naar de aarde afdaalde, op zoek naar een plek om er te vertoeven, en die nergens vond – behalve in Israël. Altijd zijn er weer mensen die wel openstaan voor de Wijsheid, of voor het Woord, waarover Johannes spreekt. Matteüs heeft het over ‘mensen van goede wil’. Dat is niet hetzelfde als ‘goede mensen’ die je dan tegenover slechte mensen zou kunnen stellen (zoals de ‘Bijbel in gewone taal’ suggereert). Want zo eenvoudig is de mensheid niet op te delen. Maar het gaat wel om mensen die verlangen naar het goede – en wie wil dat niet?

Johannes besluit zijn ‘kerstlied’ met een stevig slotakkoord: “Het Woord is mens geworden en heeft bij ons gewoond, vol van goedheid en waarheid, en wij hebben zijn grootheid gezien, de grootheid van de enige Zoon van de Vader.”

Daniël De Waele

De eerste zin van een boek is belangrijk. Een goede eerste zin eist de aandacht op en maakt nieuwsgierig naar wat volgt. Sommige eerste zinnen zijn beroemd geworden, zijn zelfs deel gaan uitmaken van ons collectief geheugen. Zo weet u zeker wie deze bekende openingszin schreef: “Ik ben makelaar in koffie en woon op de Lauriergracht no. 37.”

Ontluikend christendom

Ontluikend christendom van Daniël de Waele is een cultuurgeschiedenis over het ontstaan van het christendom. Hoe beleefden heidenen, joden en christenen het ondermaanse bestaan in de eerste eeuwen van onze jaartelling, zo ongeveer van de eerste tot de vierde eeuw?

cover Ontluikend christendom

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken