Menu

Basis

Een brief van de paus

Over de zorg voor het gemeenschappelijke huis

Persoon die vanuit de Bijbel aantekeningen maakt

18 juni 2015, een belangwekkende gebeurtenis: Paus Franciscus presenteert een nieuwe encycliek, een brief, getiteld ‘Laudato Si’ (‘Geprezen zijt Gij’). Deze encycliek wordt ook wel de groene’, ‘ecologische’ of ‘milieu’-encycliek genoemd.

De presentatie van deze encycliek was niet alleen van belang omdat de rooms-katholieke kerk wereldwijd veel invloed heeft, maar evenzeer omdat velen, ook buiten de kerk, erkennen dat hiermee een belangrijke bijdrage wordt geleverd aan de ontwikkeling van een nieuwe levenshouding.

De encycliek pleit voor een ‘ecologische bekering’

Wat is een encycliek?

Al vanaf de oudheid communiceerden bisschoppen met elkaar over leerstellige en pastorale onderwerpen door middel van rondzendbrieven. In onze tijd kunnen dergelijke brieven ook aan gelovigen gericht zijn en zelfs aan niet-gelovigen, ‘mensen van goede wil’. Het woord ‘encycliek’ is afgeleid van het Latijnse encyclica en het Griekse egkuklios, DAT ‘rondgaand’ of ‘in een kring’ betekent. Een encycliek is dus een rondzendbrief. De paus spreekt zich daarin uit over een actueel onderwerp.

>>> Bekijk hier de link naar de Nederlandse vertaling

De titel van elke encycliek wordt gevormd door de eerste twee woorden, zo ook ‘Laudato Si’. Bewust gekozen woorden, want ze moeten de lading van de hele brief dekken. In deze brief over onze zorg voor de aarde staat de lof voor God, de Schepper, centraal.

Doel

Met deze encycliek stelt de paus zich ten doel ‘met allen in dialoog te treden betreffende ons gemeenschappelijke huis’, de aarde. Hij richt zich ‘tot iedereen (…) die deze planeet bewoont’ (alinea 3) om ‘een nieuwe dialoog [aan te gaan] over de wijze waarop wij de toekomst van de planeet gestalte geven’ (14). Want, zo betoogt hij: ‘Wij kunnen allen meewerken als instrument van God voor de zorg voor de schepping, ieder met zijn eigen cultuur en ervaring, eigen initiatieven en vermogen’ (14). Deze oproep aan iedereen wordt in de encycliek kracht bij gezet door citaten uit een boek van een van zijn favoriete denkers: de Duitse theoloog Romano Guardini schrijver van Das Ende der Neuzeit (Het einde van de Nieuwe Tijd). We lezen ook verwijzingen naar niet rooms-katholieke gezagsdragers zoals patriarch Bartholomeüs, het hoofd van de Oosters-orthodoxe kerk. Illustratief is in dit verband eveneens dat de paus Naomi Klein uitnodigde om in juni 2015 te spreken op een conferentie over Laudato Si. Deze Canadese, uit een joodse familie stammende activiste, schrijfster en feministe staat bekend als het boegbeeld van de andersglobalisten.

Wij zijn zelf een deel van de natuur

Waardering en kritiek

Het verrast niet dat deze encycliek binnen en buiten de kerk naast waardering ook kritiek oproept. Zo oordeelt Anthony McGavin, een priester-econoom dat zij ‘typisch Latijns-Amerikaanse vooroordelen’ zou bevatten en Chris Jackson, hoofdredacteur van The Remnant, een katholiek dagblad schrijft dat hij vanwege dit schrijven ‘als katholiek beschaamd is’. Fritjof Capra, een wereldwijd bekend theoretisch natuurkundige schrijft daarentegen: ‘Met deze encycliek heeft Paus Franciscus in één klap de Katholieke Kerk tot voortrekker gemaakt van de milieubeweging en zichzelf gevestigd als een echte wereldleider.’ De ons wel bekende Herman Wijffels, econoom, voorheen voorzitter van de Sociaal-Economische Raad en tegenwoordig hoogleraar ‘duurzaamheid en maatschappelijke verandering’ noemde de encycliek ‘het meest diepgaande kerndocument (…) over de toestand van de wereld.’

 >>> Wie de waardering en kritiek zelf wil nalezen, vindt de verwijzingen in hier

Samenvatting

Enkele in het oog springende gedeelten in de hoofdstukken van de encycliek geven een goede indruk over de inhoud:

• Hoofdstuk 1 beschrijft wat er in onze tijd gaande is. Aan de orde komen onder andere de vervuiling van het milieu en onze wegwerpcultuur, de klimaatverandering en haar gevolgen, de groeiende tekorten aan helder water, het verlies aan biodiversiteit, en ook de achteruitgang van de kwaliteit van menselijk leven en het sociale verval.

• Hoofdstuk 2 bejubelt de schepping. Vanuit zijn geloof wijst de paus op het mysterie van het universum en de harmonie van het geschapene. Die schepping kan ‘enkel begrepen worden als een gave, geschonken door de open hand van de Vader van allen.’

• Hoofdstuk 3 analyseert de verontrustende symptomen uit hoofdstuk 1 en somt de oorzaken van de ‘ecologische crisis’ op. Hier levert de paus indringend en systematisch kritiek op onze leefwijze en belangenbehartiging. De afbraak van onze leefomgeving en de wereldwijde ongerechtigheid gaan hand in hand en zijn het gevolg van een weloverwogen technisch-instrumenteel ingrijpen van de mens in de natuur, aangestuurd door winstbejag en een ‘obsessief consumentisme’. Natuur en medemens worden daardoor niet als partner gezien, maar als te gebruiken materiaal. In dit ‘structureel perverse systeem’ hebben kortetermijnbelangen voorrang. Het leidt tot onderwaardering van de factor arbeid als betekenis gevend element in een mensenleven.

• Hoofdstuk 4, gewijd aan een ‘integrale ecologie’, schetst de kenmerken van een levenswijze waarin natuur niet louter als ‘omlijsting’ en onuitputbare bron van middelen wordt behandeld. ‘Wij zijn hierin [immers] opgenomen, wij zijn een deel ervan en wij zijn ermee verweven’ (139). Solidariteit met de armen en met toekomstige generaties wordt benadrukt. De paus wijst hier onder meer op de rechten van minderheden, het belang van een degelijke wetshandhaving, de inrichting van grote steden en de voorrang die misschien moet worden gegeven aan openbaar vervoer.

• Hoofdstuk 5 geeft enkele oriëntatie-en actiepunten. De paus roept op tot een debat over het milieu in de internationale en lokale politiek. Hij pleit voor transparantie bij het nemen van beslissingen, maar hoedt zich er voor om met specifieke oplossingen te komen. De kerk, zo zegt hij, heeft niet de pretentie aan politiek te doen. Opvallend is ook dat hij oproept tot een dialoog tussen godsdienst en (empirische) wetenschap. Technologische vernieuwingen bevorderen namelijk lang niet altijd een gelukkiger samenleven.

• Hoofdstuk 6 met de titel ‘Ecologische opvoeding en spiritualiteit’ houdt een pleidooi voor een opvoeding tot ‘ecologisch burgerschap’. Deze dient zich erop te richten ‘om op verschillende niveaus een ecologisch evenwicht te herstellen: het innerlijk evenwicht met zichzelf, het solidaire evenwicht met de ander, het natuurlijk evenwicht met alle levende wezens en het geestelijke evenwicht met God’. (210). De paus wijst op het belang van een milieueducatie waar matiging van behoeften een vanzelfsprekendheid wordt. Het leren van liefde voor de instandhouding van gemeenschappen moet aandacht krijgen, zonder dat het belang van een bevrediging van de materiële en stoffelijke behoeften van de mens als levend wezen verwaarloosd wordt.

• Hoofdstuk 7 bevat twee gebeden, één ‘voor onze aarde’ en één ‘met de schepping’.

Wetenschap en geloof

Het is duidelijk dat deze rondzendbrief zonder de minste terughoudendheid onze wijze van leven en belangenbehartiging tegen het licht houdt. Dat irriteert veel lezers bovenmate. Rick Santorum, tot voor kort presidentskandidaat in de Verenigde Staten zei bijvoorbeeld dat de paus over klimatologische kwesties maar beter kan zwijgen.

Veel kritiek heeft ermee te maken dat de schrijver zich niet beperkt tot een opsomming van alarmerende feiten, maar ook de oorzaken benoemt. De paus heeft zich uitvoerig laten voorlichten door onder meer klimaatwetenschappers, economen en financieel deskundigen. Want, beargumenteert hij: ‘Wetenschap en religie, die een verschillende benadering van de werkelijkheid bieden, kunnen (…) in een intensieve en voor beide productieve dialoog treden’ (62). Daardoor krijgt deze rondzendbrief een onheilspellend, modern karakter en een imponerende draagwijdte. Hier schrijft iemand die niet alleen zorg heeft om het geestelijk heil van mensen, maar ook om de blijvende bewoning van de aarde.

Sommigen valt op dat de paus niet schuwt om een moderne, wetenschappelijk welgedefinieerde term als ‘open systemen’ te gebruiken bij zijn beschrijving van natuurprocessen. Ook de term ‘evolutie’ (in objectief-beschrijvende zin) vermijdt hij niet. Hij betoogt dat de ‘oude verhalen’ in Genesis waar het gaat over de schepping, ‘rijk aan een diepe symboliek’ zijn (70). Daarmee geeft hij aan dat er tussen een wetenschappelijke benadering van de ontstaans-geschiedenis van de aarde en een benadering van de schepping vanuit het geloof niet noodzakelijkerwijs een onoverbrugbare kloof bestaat.

Over (kerk-)grenzen heen

In deze pauselijke rondzendbrief lezen we enkele passages die sommige protestanten als ongemakkelijk zullen ervaren. In paragraaf 120 is te lezen ‘Verdediging van de natuur is evenmin verenigbaar met rechtvaardiging van abortus.’ Ook experimenten met embryo’s wijst de paus nadrukkelijk af (136). Protestanten zullen met gefronste wenkbrauwen kennisnemen van de korte beschouwingen over Maria (‘koningin van heel de schepping’) en Jozef (‘hoeder van de universele Kerk’) in de paragrafen 241 en 242.

Wat echter niet met schouderophalen kan worden afgedaan is zijn genuanceerde, maar niet mis te verstane duiding van de instrumenteel-technologische gerichtheid van de huidige mens en het verband dat hij legt met zinvol werk, goede leefomstandigheden en het armoedevraagstuk. Hij prijst enerzijds de vele zegeningen die wetenschap, techniek en ondernemingszin de afgelopen ‘twee eeuwen’ hebben gebracht; maar waarschuwt ook voor het idee van oneindige, onbeperkte groei (102, 106). De wegen die hij wijst om het tij te keren zijn de moeite van het overdenken waard.

In deze encycliek is een geestelijk leider aan het woord, die grondig, inclusief en genuanceerd kan denken. Deze paus blijkt in staat om vanuit een alles en allen omvattende en wetenschappelijk onderbouwde zorg voor de schepping die zorg in de taal van algemeen-christelijk geloof te verwoorden.

De wegen die hij wijst zijn het overdenken waard

Dat de encycliek pleit voor een ‘ecologische bekering’, een nieuwe bewustwording en opvoeding, daagt uit om haar ook te lezen in kringen van de protestantse kerk. Hier spreekt iemand die bij dit nijpend probleem (het voortbestaan van mens en schepping) de eeuwenlang bestaande, kerkelijke grenzen tracht te doorbreken. Deze aanpak wordt buiten de kerken al door veel mensen herkend en zal op het kerkelijk domein hopelijk dogmatische verschillen doen verbleken.

Wat zou het goed zijn als er binnen de Protestantse Kerk in Nederland een studiedag over deze encycliek kwam. Tijdens zo’n dag kan een toelichting op enkele passages worden gegeven, enkele paragrafen worden gelezen en van gedachten worden gewisseld. En er zou een handreiking kunnen worden gepresenteerd om in de plaatselijke gemeenten (samen met rooms katholieke parochies) verder te praten.

Drs. T. M. Kroon is wijsgerig en historisch pedagoog en was werkzaam in het onderwijs. Hij publiceert over morele opvoeding en verzorgt lezingen over gewetensvorming, de trits ‘vluchteling, barmhartigheid en wet’ en de encycliek Laudato Si.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken